JavaScript is required for this website to work.
Politiek

Over cultuur gesproken, een idee en een ideaal

Em. Prof. Dr. Johan Swinnen24/5/2019Leestijd 6 minuten
De kunstschatten van het Jubelpark zijn ons ‘Louvre’

De kunstschatten van het Jubelpark zijn ons ‘Louvre’

foto © Reporters / DPA

Onderzoek, identiteit en cohesie zijn de sleutelwoorden voor de nieuwe cultuurminister om een paradigmawissel te realiseren.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Laat ons met het goede nieuws beginnen. Het aantreden van cultuurminister Sven Gatz voelde voor de sector aan als een herademing. Hij legde vervolgens een degelijk parcours af. Wel is het merkwaardig hoe in de aanloop van de Vlaamse verkiezingen de bevoegdheden van cultuur, media, jeugd en (kunst-)onderwijs nauwelijks aandacht krijgen in de publieke debatten in de media.

Superminister

We doen een voorstel naar de te vormen Vlaamse regering om een strijdbare en werkbare beleidsvisie te ontwikkelen. We vragen de koppeling van de bevoegdheden van cultuur, kunstonderwijs, erfgoed, jeugd, media en A.I. (artificiële intelligentie). Deze keuze vindt zijn belangrijkste argument bij cultuurparticipatie en dus in het participatiedebat.

We focussen ook op A.I., want nieuwe technologieën verschaffen innoverende design en machines met een zekere vorm van menselijke creatieve intelligentie. A.I. bevindt zich in de kern van alle nieuwe slimme technologieën en heeft daarom het potentieel om de samenleving radicaal anders te doen functioneren, inclusief op de terreinen van kunst, onderwijs, media en cultuur. Basisidee is dat het verhogen van cultuurparticipatie slechts ten gronde gepromoot kan worden indien het van bij de basis en van op jonge leeftijd wordt gestimuleerd.

Door cultuur aan deze domeinen te koppelen heeft deze superminister alle tools  in handen om deze bevoegdheden op elkaar af te stemmen om de cultuurparticipatie te verhogen. Het is dus een beleid waarbij Vlaanderen de eigen identiteit cultiveert in al haar domeinen, gaande van onderwijs tot welzijn, cultuur en cultuurtoerisme. Muziek, kunst, cultuur en kennis moet veel meer onderwezen worden op scholen. Door deze beleidsmatige koppeling kan er ook gewerkt worden aan de opbouw van de zogenaamde culturele competentie.

Ankers in tijden van globalisering

Het Nederlandse regeerakkoord vermeldt hoe de geschiedenis en waarden ankers zijn in tijden van globalisering en onzekerheid. Scholieren moeten het Rijksmuseum en het parlement bezoeken, en de Nederlandse canon kennen. Vlaanderen heeft ook veel om trots op te zijn, het mooiste en het beste dat Vlaanderen heeft voortgebracht moet niet ondergeschoffeld worden maar getoond.

Vlaanderen heeft grote meesters voortgebracht en vandaag is dat niet anders. Van Breughel en Rubens tot Permeke en Sam Dillemans, van De Vos Reynaert, Conscience tot Willem Elsschot, Hugo Claus, maar ook Paul Ibou, Ann Demeulemeester, Germaine Van Parys, Marie-Jo Lafontaine, Michael Borremans en Dirk Braeckman. Er moet aandacht komen om de Vlamingen in deze cultuurgeschiedenis en beeldcultuur onder te dompelen en te onderwijzen.

We moeten onze mensen aanleren om van deze kunst en cultuur te gaan houden en trots te zijn op onze geschiedenis en toekomst. Daarom moet er ook op al de netten van de VRT meer aandacht besteed worden voor cultuur uit Vlaanderen. Dit sluit harmonisch aan bij de noodzaak van een relevante paradigmawissel die uitgevoerd moet worden zodat de huidige artistieke en culturele activiteiten een betere weerspiegeling worden van onze diverse samenleving. Waarom valt het HISK onder de bevoegdheid van onderwijs en het SMAK onder cultuur, 100 meter van elkaar gelegen en met dezelfde ambities en impact voor Vlaanderen die de grenzen van het beleidsdomein respectievelijk onderwijs en cultuur overschrijden?

Nood aan nieuw offensief

Deze minister zal een grote ethische verantwoordelijkheid dragen en zullen we permanent kunnen afrekenen op basis van initiatieven rond diversiteit, educatie en sociale impact. Laat ons het verschil maken om met dit rijke vermogen van de kunst-, media-, design- en cultuursectoren in te spelen op maatschappelijke, economische en ruimtelijke ontwikkelingen en zodoende de eigen weerbaarheid en duurzaamheid te vergroten.

Een nieuw offensief is na 26 mei nodig om de aandacht van de consument te winnen via een strategie van expansie, verdichting en vervlechting. De nieuwe minister moet bij de actoren integrale planning en marketing bevorderen, tot het clusteren van activiteiten, het positioneren van kunstproducties, het aangaan van nieuwe allianties en het bemiddelen bij fusies.

Fonds

Om een effectief cultuurbeleid relevant te maken volstaat het huidige budget dat enkel anders en beter moet worden besteed. Er moet met hulp van creatieve economen en beleidsmanagers werk gemaakt worden van een transparante, democratische financiering van cultuur. Het ligt voor de hand dat investeringen vanuit het bedrijfsleven moeten gestimuleerd worden.

Verder moet er op korte termijn werk gemaakt worden van de invulling van een Vlaams alternatief voor de stugge belgicistische Koning Boudewijnstichting. Dit nieuw op te richten dynamisch stimuleringsfonds zal helpen bij alternatieve financiering van de sector van kunst, cultuur en erfgoed, ook bij het cultureel ondernemingsschap voor producties, presentaties en creaties uit Vlaanderen in binnen- en buitenland, waar de overheid die (nog) niet doet.

Talentontwikkeling, experiment, onderzoek, verandering, innovatie, praktijkverdieping, cultuureducatie, collectieverrijking, dynamiek en versterking moeten de invalshoeken zijn. Heel wat filantropische Vlamingen wachten op zo’n pluriform initiatief omdat ze zeker willen zijn dat hun filantropie, giften, schenkingen, mecenaat, … als publieke bestedingen werkelijk in handen komen van de cultuur- en kunstsector van de Vlaamse samenleving en zo bijdragen aan de zichtbaarheid van de creaties. De gemeenschapsvormende kracht van dit pluralistisch en humanistisch fonds — waar zal gestreefd worden de overhead  zo laag mogelijk te houden — brengt kunst en cultuur dichter bij de mensen en heeft een verbindende kracht. De democratie wordt er sterker door en zal bijdragen aan een vrije open kijk om zo bij te dragen tot een betere samenleving

Eerste werkdag van de minister

Laat ons twee museale cases van dichterbij bekijken als agendapunten voor de eerste werkdag van de nieuwe minister.

Het Fotomuseum (FOMU) zit op dit ogenblik in een bestuursstructuur van een onzekere Stichting, geschraagd op drijfzand met actoren uit provincie, Stad Antwerpen, Vlaanderen en externe bedrijfsleiders. Fotografie verdient beter en is de taal van de toekomst, de motor van betekenis en zingeving. Daarom moet dit museum een verhaal kunnen schrijven met een nieuwe missie en evolueren naar een Beeldfabriek, een instituut van de beeldcultuur, en dit in de ruime betekenis van het woord.

Zo’n museum zou fantastisch kunnen functioneren in een Vlaanderen dat hoe langer hoe meer etnisch-cultureel divers wordt. Er komen nieuwe betekenissen, tradities, ideeën, genres, beeldtalen die ingang vinden in de samenleving. Beeldkunst biedt zeker in een kosmopolitische stad als Antwerpen volop inhoudelijk kansen om nieuwe perspectieven en verhalen aan te reiken, de canon te herdenken, andersoortige genres en formats te ontwikkelen en meer mensen met een etnisch-diverse achtergrond te betrekken bij het verhaal van beeldcultuur.

Botsende kracht van interculturaliteit

Als Beeldfabriek met een sterke internationale dimensie zou het hier een voortrekkersrol kunnen spelen en mee de context bepalen waarop burgers en het beleid met diversiteit omgaan. Een betere kennis van culturele verschillen en gelijkenissen verandert de blik op de anderen.  Zo een Beeldfabriek kan de verrijkende en de soms botsende kracht van interculturaliteit tonen in tentoonstellingen, voorstellingen, workshops en in een sterke jeugdeducatieve werking.

Om dit te realiseren dient zich de mogelijkheid om deze nieuwe missie samen met hun buren van het KMSK en MUHKA uit te werken en onder Vlaamse bevoegdheid te brengen. KMSK biedt het verleden, MUHKA herbergt reeds het hedendaagse en filmcultuur en het toekomstige Park Dok Zuid verbindt op de kaaien de drie musea. Beeldfabriek werkt als een departement binnen de koepel KMSK-MUHKA en kan zo bijdragen aan de toekomst en aan de ontwikkeling van Vlaanderen in haar totaliteit.

Op het vlak van cultuur maar ook binnen meerdere beleidsdomeinen kan het een platform zijn voor Vlaamse beeldcultuur, op multilateraal niveau, een kruispunt tussen de artistieke sector en de economische wereld. Het kan het autonome wetenschappelijke onderzoek vanuit het cultuurveld aanwakkeren in nauwe samenwerking met internationale en nationale partners én dienen als toeristische aantrekkingspool. We durven dan ook te hopen tot een globaal samenwerkingsakkoord hierover te komen met de Vlaamse regering.

Stilstand in wetenschapsbeleid

Jan Jambon, tot voor kort als minister van regie der gebouwen heeft, vanuit zijn bevoegdheid veel relevante investeringen gedaan aan bakstenen en daken van de federale wetenschappelijke en culturele instellingen. Hij verdient een pluim hiervoor. Daarom is het risico van een cultuurinferno als in het Nationaal Museum van Brazilië in Rio de Janeiro danig verkleind.

Beleidsmatig bij zijn collega’s van wetenschapsbeleid was er de voorbije jaren echter geen vooruitgang, alleen stilstand. Zo kon megalomaan KANAL zich (met miljoenen overheidsgeld) gemakkelijk manifesteren via het inkopen van een Parijse collectie en blijven de collecties van onze Brusselse musea nog steeds opgeborgen in de diepe kelders aan de Kunstberg.

Splitsen naar de gemeenschappen toe? Nooit! De collecties zijn te waardevol en moeten als een geheel onderzocht, ontsloten en bewaard worden. Ze moeten de aandacht krijgen die ze verdienen door een transparante en efficiënte manier van beheren, met een duidelijke toekomstvisie. Breng de musea onder in een NV (naar het puike Bozar-model bijvoorbeeld) met een raad van bestuur die overlegt en controleert of de beheersovereenkomsten uitgevoerd worden, of de financiën in evenwicht zijn, of er naast subsidies gezocht wordt naar private samenwerking, en hoe de beleidsvisie omgezet wordt in realiteit.

De instellingen moeten aan de willekeur van de directeurs onttrokken worden. Tijdens onze contacten met enkele directies kwam steeds de vraag naar een raad van bestuur, omdat ze beseffen dat hun wetenschappelijke commissies met hooggeschoolde experten niet de managers zijn die ze nodig hebben. Ze zijn zelf dus vragende partij naar controlerende bestuursraden. De federale politiek, inclusief Vlaanderen moet zijn verantwoordelijkheid nemen.

Regie

Een Raad van Bestuur moet toezien op de regie. De kunstschatten van bijvoorbeeld het Jubelpark zijn ons ‘Louvre’ dat ons antwoord kan geven op vragen als: waar komen we vandaan? Welke cultuur bindt ons in Europa? Welke invloeden hebben we gekend uit het Nabije en Verre Oosten, uit India of Amerika? Laat ons de Europese dimensie van de musea van bv. Midden-Afrika, Bibliotheek Albertina, Cinematek tot de Sterrenwacht niet uit het oog verliezen. Er moet aandacht komen om opnieuw 50.000 m2 open te stellen voor onze oude meesters en moderne kunst en collecties moeten gedigitaliseerd worden.

Inhoudelijk samenwerkingskader

We veronderstellen dat de nieuwe minister van Vlaanderen houdt, en dus ook van deze musea en dat hij/zij de moed zal hebben om deze instellingen mede te redden. Deze reddingsoperatie zal moed vragen gezien de federale context, waar de kloof tussen twee publieke opinies met een volledig andere economische, culturele en politieke zienswijze aanwezig is.

Een deel van de oplossing is zeker dat de nieuwe Vlaamse cultuurminister een financieel en inhoudelijk samenwerkingskader uitwerkt voor de sector én dat de Vlaamse partijen deze materie collegiaal tijdens de vorming van de federale regering onderhandelen zodat er beweging mogelijk is tijdens de komende regeringsperiode. En liefst pleiten voor één federale minister voor de federale wetenschappelijke én culturele instellingen, deze instellingen verdienen een volwaardige minister en geen staatssecretaris die nog moet gaan aankloppen bij de voogdijminister. Dan is er een realistische kans dat we binnen vijf jaar dit artikel niet copy-paste opnieuw moeten publiceren.

Emeritus professor beeldcultuur (VUB-HISK) en romancier. Kunstcriticus (AICA), Expert Fotografie 19-21ste eeuw (ARGUS/FEBEX) en auteur van de roman ‘Happening. De aanslag in de Inno’ (Uitg. Vrijdag, 2017)

Commentaren en reacties