JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Steven Haesaert: ‘De overheid heeft de huisartsen voldoende ondersteund maar de communicatie tijdens de tweede golf moet beter’

David Geens5/8/2020

foto © Unsplash

De overheid moet duidelijker communiceren over de coronamaatregelen, vindt Haeseart, woordvoerder van het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen

Met de tweede coronagolf in aantocht zien ook huisartsen hun werk opnieuw toenemen. Ze staan in direct contact met de patiënten. Door de vaak sterke vertrouwensrelatie vormen huisartsen een belangrijke schakel in de coronacrisis. In deze aflevering van Doorbraak radio gaat dokter Steven Haesaert, huisarts en woordvoerder van het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen dieper in op de rol van huisartsen tijdens deze crisis. En op de lessen die we kunnen trekken uit de eerste golf.

De veranderingen tijdens de eerste golf

Bij het begin van de eerste golf wierp men huisartsen in de crisis door hen te verplichten hun praktijk te sluiten voor fysieke consultaties. ‘Van de ene dag op de andere mochten huisartsen geen patiënten meer ontvangen, tenzij voor zeer dringende zaken.’ Alles diende telefonisch afgehandeld te worden. Dat maakte het voor huisartsen moeilijker om hun patiënten op te volgen. In feite zijn huisartsen geoefend in het onderzoeken van patiënten op twee manieren, zegt Haesaert. Enerzijds is er het belang van fysiek contact, waarbij huisartsen bij het zien van de patiënt een diagnose kunnen stellen. Anderzijds gaan huisartsen af op de symptomen en klachten die de patiënt vertelt. ‘Tijdens de eerste coronagolf viel deze eerste manier van werken volledig weg, wat het stellen van een juiste diagnose bemoeilijkt.’

Naast het wegvallen van het fysieke contact met hun patiënten, werden huisartsen ook ingezet in de triagecentra. Dat gaf extra veel werk. Volgens Haesaert was de combinatie van enerzijds het leiden van een eigen praktijk en anderzijds het werk in de triagecentra voor veel huisartsen enorm zwaar. ‘Ik merk dat er nog altijd collega’s zijn die deze moeilijke periode nog steeds meedragen.’

De rol van de overheid

Heeft de overheid de huisartsen voldoende ondersteuning geboden tijdens de eerste coronagolf? Haesaert meent van wel. Het is een goede zaak dat huisartsen zijn erkend als zorgverleners in de eerste lijn. Ze staan immers in direct contact met de patiënten. ‘Het werk van huisartsen is op een correcte manier gewaardeerd geweest. Al kan de communicatie vanuit de overheid wel vaak een heel stuk beter.’  Ook moet het werk van huisartsen naar de toekomst toe centraler komen te staan in de keuzes die gemaakt worden op vlak van gezondheidszorg.

Een pijnpunt bleek wel de werking van de triagecentra, en vooral de voorziening van medisch beschermingsmateriaal voor de huisartsen. ‘Huisartsen kregen in het begin van de crisis slechts één chirurgisch mondmasker om acht uur lang mensen te testen op covid-19. Dat is eigenlijk onverantwoord.’ Door het gebrek aan beschermingsmateriaal zijn er ook artsen die zelf een besmetting hebben opgelopen. Daarnaast werden enkel actieve huisartsen ingezet in de triagecentra. Volgens Haesaert waren er zeker andere mogelijkheden om zo de huisartsen minder te belasten.

Uitstel van chronische zorg

Door de toestroom van coronapatiënten is de zorg voor chronische patiënten vaak op de lange baan geschoven. Onderzoeken die op dat moment niet dringend bleken en daarom uitgesteld werden, blijken nu achteraf toch dringender dan gedacht, zegt Haesaert. ‘We zien bijvoorbeeld dat mensen met een hoge bloeddruk een bezoek aan de huisarts hebben overgeslagen. Daardoor blijken ze nu al enkele maanden met een te hoge bloeddruk rond te lopen.’ Dat kan zeer nadelig zijn voor deze patiënten hun gezondheid op lange termijn, beargumenteert Haesaert.

Wat brengt de tweede golf?

Het werk van huisartsen verloopt op dit moment, aan het begin van de tweede golf, anders dan tijdens de eerste golf. ‘We hebben veel meer materiaal om patiënten in de eigen praktijk te testen. Er is ook voldoende beschermingsmateriaal.’ Volgens Haesaert verloopt op dit moment alles goed in de huisartsenpraktijken. De dokters houden evenwel vooral hun hart vast voor de periode na de zomer.

De aanpak zal ook van regio tot regio verschillen. ‘In maart is men snel overgeschakeld naar een aanpak op federaal niveau, maar nu zal het wellicht niet nodig zijn om in alle regio’s nog een triagecentrum op te richten.’ In elke regio zal er op wekelijkse basis geëvalueerd worden of huisartsenpraktijken de situatie nog de baas kunnen. Indien dit niet zo is, kan er opnieuw in triagecentrum ingeschakeld worden. ‘Natuurlijk hopen we wel dat de epidemie niet zo’n vaart zal lopen als in maart en april.’


Beluister ook onze andere podcasts:

David Geens is IT-engineer en bestuurder en investeerder in verschillende vennootschappen. Bij Doorbraak focust hij zich op de audiovisuele activiteiten zoals de podcast en video interviews.

Commentaren en reacties