JavaScript is required for this website to work.

20e druk voor Woesten

Laurens Verrelst26/10/2018Leestijd 4 minuten
TitelWoesten
AuteurKris van Steenberge
UitgeverVrijdag
ISBN9789460016554
Onze beoordeling
Aantal bladzijden392
Prijs€ 15

Wie kent Woesten niet? De roman sloeg in 2013 in als een bom en werd overstelpt met prijzen: beste debuut, Bronzen Uil. 20e druk intussen, en als kers op de taart een lucratieve lauwerkrans die menig schrijver graag zou toebedeeld krijgen: een nakende verfilming. Kris van Steenberge mag trots zijn op het parcours dat hij met dit werk heeft gereden. En zal rijden.

De timing van dit debuut was alvast een meesterzet. Vlak vóór de herdenkingswaanzin rond 14-18 een boek uitbrengen waarin de Groote Oorlog figureert? Goed gezien. De timing van deze 20e herdruk – de ‘Jubileumeditie’ – is niet slechter: vlak vóór het einde van de reeks herdenkingen. Een pluim voor de marketinglui van uitgeverij Vrijdag.

Voyeurisme voor gevorderden

Het boek zelf dan. Het moet gezegd: van Steenberge schrijft goed. Aangenaam leesbaar, nooit dwingend, neemt hij je mee op sleeptouw door de levens en gedachten van de familie Duponselle in het onooglijke dorpje Woesten. Voortdurend nieuwsgierig en jezelf verlustigend als een voyeur loer je mee door het sleutelgat dat van Steenberge in de hersenpan van de personages heeft geboord. De auteur slaagt er zelfs in je je amper schuldig te doen voelen bij dit schaamteloos meekijken over de schouders heen van de protagonisten.

Van Steenberge hanteert met succes een beproefd trucje – meerdere perspectieven. Dezelfde familiesaga wordt door de ogen van telkens een ander familielid verteld. En hij put de mogelijkheden hiervan grondig uit: op basis van een in feite eenvoudig whodunit-verhaal speelt hij met chronologie, plotinformatie, het verwachtingspatroon van de lezer, het karakter van de verschillende personages. Het geeft van Steenberge ook de kans om duidelijk te maken dat niets is wat het lijkt, simpelweg door de invulling van de gebeurtenissen aan iemand anders te laten. En hij grijpt die kans voluit: een dorp dat ademt en reutelt, mensen van vlees, bloed en verborgen gedachten, je gelooft graag wat van Steenberge verhaalt.

Kill your darlings?

Een zeer sterk debuut dus. De prijzen spreken voor zich. De loftuitingen evenzeer. Terecht ook. Maar ik bleef hier en daar dus op mijn honger zitten. Je ziet de debutant aan het werk. De werkkamer waarin het boek tot stand kwam schemert nog wat veel door naar mijn smaak. Je ruikt de inkt en ziet de glimlach op het gelaat van van Steenberge bij een mooie vondst. En ze zijn mooi. Maar de stilistische beheersing van Claus in De Metsiers of de stugge onverzettelijkheid van een Boon in De Voorstad Groeit ontbreken. Het is niet eerlijk dat ik vergelijk met de debuten van deze twee monumenten, maar iedere schrijver krijgt ze toch ooit als een natte handdoek in het gezicht gekletst. Beter dat we er ineens vanaf zijn.

Je leest iemand die duidelijk verliefd is op dit werk. En door die liefde verblind werd. Schaafsel en verfresten slingeren nog rond. Er werd soms gekozen voor het cliché en de voorspelbaarheid. Een frappant voorbeeld is de ontwikkeling van het karakter van mevrouw Duponselle, Elisabeth. Het nieuwsgierige, intelligente puberwicht dat wil losbreken uit het dorp, de oudere, mysterieuze leermeester die haar vanuit zijn boekenkast een venster op de buitenwereld biedt, het uiteindelijke falen om weg te raken uit Woesten,… dat motief kennen we al sinds halverwege de negentiende eeuw als een cliché uit menig Vlaamse familieroman. Elisabeths psyche is te weinig uitgediept en de manier waarop haar innerlijke gedachtegang wordt beschreven strookt niet met de ontwikkeling van het personage. Dit doorbreekt een beetje de suspension of disbelief of, om het literair te houden, de vérisimilitude die eigen is aan het naturalisme dat van Steenberge hier beoefent.

Geslaagde tragiek

Anders is het bij dokter Guillaume Duponselle. Die wordt initieel opgevoerd als een door wrok en kwaadheid verteerd man, een zwakkeling die zich niet kan neerleggen bij de loer die de natuur hem heeft gedraaid. Maar de uitdieping van zijn achtergrond in ‘zijn’ boekdeel plaatst dit allemaal in perspectief. Hierdoor krijg je begrip voor de man en zijn motieven, medelijden ook. Van Steenberge slaagt er in een tragisch figuur neer te zetten die aan zijn eigen tekortkomingen ten onder gaat. De empathie die de schrijver duidelijk voor deze man ent zich bijgevolg onvermijdelijk op de lezer.

In zekere zin geldt dat ook voor de zoons Duponselle, de engelachtige Valentijn en de vreselijk mismaakte Nameloos. Een meesterzet is het beide helften van de tweeling op hun eigen manier slachtoffer te laten zijn van hun uiterlijk. Ontroerend ook de manier waarop beide broers elkaar altijd weer blijven vinden. Ook deze karakters zijn veel beter getypeerd dan Elisabeth, meer van vlees en bloed. Toont dit de blijvende onmogelijkheid aan van het als man zich te proberen inleven in een vrouw?

Verwoesting

En natuurlijk is er de Oorlog. Herdenkingen schilderen de Groote Oorlog steevast af als een totaal zinloze afslachting. Dat staat in schril contrast met de loutering die er van verwacht werd door velen in de aanloop ernaar. Even zinloos als de oorlog zelf was de bereidwilligheid van landen en burgers geweest om er in te stappen. Niet zo bij van Steenberge. Die voert diezelfde oorlog op als cesuur, waarin de personages in het reine komen met de oorlog die in henzelf woedde. Zo krijgt hij bij van Steenberge een ander gezicht. Dat onthult volgens mij de essentie van de roman.

Uiterlijkheden en de verschillende verhalen erachter, de twee gezichten ervan, telkens weer keert dit thema als een obsessie terug in het werk. De twee gezichten van een tweeling, de twee gezichten die elke persoonlijke geschiedenis kent, de twee gezichten van het geloof, van de oorlog. Niet voor niets eindigt het werk met een beschrijving van de portretten van Elisabeth: ‘Geen meesterwerken. Maar er staat telkens een mooie vrouw op, vanuit verschillend perspectief geschilderd. Wat ons opvalt, keer op keer als wij in die kamers komen, is dat zij een glimlach schenkt aan wie het zien wil.’

Op deze manier slaagt van Steenberge er in vorm en thematiek van het werk te doen samensmelten tot een goed doordachte, vlot leesbare roman. Het kenmerk van een goed schrijver. Sommige boeken verorber je best mondjesmaat, anders grijpen ze je te zeer naar de keel. Woesten is zo’n boek. Maar ik kon niet anders dan gulzig verslinden.

Laurens Verrelst is filosoof en literatuurwetenschapper. Hij interesseert zich voor alles wat met gemeenschapsvorming en groepsidentiteit heeft te maken.

Meer van Laurens Verrelst

Een gruwelijk eerlijke roman over een man die zichzelf een spiegel voorhoudt en weinig verkwikkelijke conclusies trekt.

Commentaren en reacties