JavaScript is required for this website to work.

De belofte van British Freedom

Harry De Paepe2/8/2020Leestijd 3 minuten
TitelDe ruwe oversteek
SubtitelGroot-Brittannië, de slavernij en de Amerikaanse Revolutie
AuteurSimon Schama
UitgeverUitgeverij Atlas Contact
ISBN9789045037097
Onze beoordeling
Aantal bladzijden560
Prijs€ 34.99
Koop dit boek

Freedom‘. Als er één woord is dat we vandaag aan de 18de eeuwse Amerikaanse Revolutie ophangen dan is het dat wel. In die periode liep er op het Amerikaanse continent een man rond met de naam British Freedom. Hij was een van de vele zwarten die voor de Britse Kroon vochten tegen de ‘rebellen’. In ruil voor zijn diensten verkreeg British Freedom het recht om te gaan en te staan waar hij wilde. Hij mocht elk beroep uitoefenen dat hij verkoos. Hij was niet langer verhandelbaar bezit en wellicht koos hij zijn opmerkelijke naam op het moment dat zijn slavenbestaan ophield.

Het sentimentele idee van een Britse vrijheid

Het boek De ruwe oversteek van historicus Simon Schama legt een opmerkelijk stuk geschiedenis bloot. Blootleggen, want al jaren hing er de sluier van onbekendheid over het verhaal van de zwarten die deelnamen aan de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog. En die zwarten streden aan beide zijden, voor de Britten of ook voor de Amerikanen. Duizenden Afro-Amerikanen klampten zich aan het einde van de 18de eeuw vast aan het sentimentele idee van een Britse vrijheid. Ook al waren het de Britten die hun voorouders als slaven naar Amerika hadden gebracht.

Interessant is het om te lezen hoe de Amerikanen verbolgen reageren op het gebruik van ‘hun bezit’ tegen hen: ‘de Britse tirannen [die,] verstoken van elk eergevoel, onze slaven tegen ons hebben bewapend’. Maar de slaven kozen voor de verliezende zijde. Op het einde van de oorlog werden ze op schepen gezet en vervoerd naar Nova Scotia. Het was niet de beloofde Amerikaanse vrijheid waarop ze hadden gehoopt. Ze leefden in Nova Scotia wel in vrijheid, echter in barre omstandigheden. Velen van hen dienden voor een schamel loon te werken voor blanke ‘settlers’ die op grotere en betere stukken grond woonden dan hun zwarte medemens. David Walker, een prominente zwarte abolitionist uit de vroege 19de eeuw, beweerde dat de ‘Engelsen de beste vrienden’ waren die ‘de gekleurde mens op aarde heeft’. Nochtans hadden die beste vrienden de gekleurden ook bijzonder veel misleid.

Geen zwart-wit verhaal

De huidige maatschappelijke discussies maken dit boek op zich meer dan lezenswaard. Schama toont aan dat de geschiedenis allesbehalve een zwart-wit gegeven is. De ruwe oversteek vertelt het wel en wee van de duizenden zwarten in deze periode aan de hand van verschillende persoonlijkheden. Daarbij springt de auteur van Londen, naar Boston, naar Nova Scotia, etc. Hij toont hoe blanken en zwarten samenwerkten tegen de slavernij en evengoed hoe andere blanken zwarten misbruikten en voorlogen. De nobele strijd van de Britse abolitionisten krijgt de nodige en verdiende aandacht in het boek. Schama doet dat door de verhalen persoonlijk te maken, zoals het pijnlijke verhaal van de mishandelde slaaf Jonathan Strong die uiteindelijk de vrijheid verwierf.

De Zong

Je leert ook over het belang van de Zong, het handelsschip dat van de kusten van Afrika slaven verhandelde naar Jamaica. In november 1781 achtte de gezagvoerende kapitein van het schip het nodig om de ‘levende lading’ van honderdtweeëndertig geketende zieke mannen en vrouwen overboord te gooien. De hele episode is een misselijkmakend staaltje van meedogenloze wreedheid.

Het verhaal van de Zong, eigenlijk een buitgemaakt schip van de Nederlanders dat ‘De Zorg’ heette, zorgde in zijn tijd voor een schokeffect. Het zette de voorname abolitionist Granville Sharp aan het werk, gesteund door Gustavus Vassa, in die periode een van de bekendste vrije zwarten in Londen. Hij was bijvoorbeeld getuige van hoe de legendarische Horatio Nelson een ijsbeer probeerde te doden op de Noordelijke IJszee. Sharp en Vassa — of Olaudah Equiano zoals zijn Afrikaanse naam luidde — maakten van het drama van de Zong een ruchtmakende gerechtszaak. De ruwe oversteek —dat in 2005 verscheen als Rough Crossings — staat bol van dit soort verhalen. Met zo’n 550 bladzijden kan dat ook haast niet anders. Dat is meteen het enige minpunt van dit boek. Soms verlies je als lezer even de draad.

Goede zielen en slechteriken

Schama schrijft niet alleen gedetailleerd, hij is ook een meeslepend schrijver. Zijn beschrijving van Londen in 1756 brengt je recht in het midden van die omgeving: ‘Langs de straat stonden aaneengesloten rijen handelshuizen en pakhuizen, die vaak te maken hadden met de koloniale handel. Vanaf de Oost- en West-Indische kades kwamen er ’s ochtends met regelmatige tussenpozen vanaf Great Tower Street karren met kisten suiker en thee door de straat aan ratelen, waarna ze zich een weg baanden door het gedrang van pasteiverkopers, bierwagens, bloemenmeisjes, bedelaars en liedbladverkopers, en door de brede poorten naar binnen reden om hun lading op de kinderhoofdjes van de binnenplaatsen te lossen.’

Het boek weerlegt ook het nog vaak gehanteerde stereotype dat zwarten naïeve pionnen waren in de handen van of de Amerikanen of de Britten. Schama leert je dat het verleden geen sprookje is met alleen maar goede zielen en slechteriken.

Harry De Paepe (1981) is auteur en leraar. Hij heeft een grote passie voor geschiedenis en Engeland.

Commentaren en reacties