JavaScript is required for this website to work.

Een leerboek van menselijke verdorvenheid en weerstand

Frans Crols23/7/2021Leestijd 4 minuten
TitelDochters van het daglicht
AuteurJudy Batalion
UitgeverAmbo/Anthos
ISBN9789026344503
Onze beoordeling
Aantal bladzijden608
Prijs€ 24.99
Koop dit boek

Een nazi in Warschau had de gewoonte met een lijkkoets naar de woning van een mooi meisje in het getto te komen om haar te verkrachten, waarna hij haar in haar eigen huis ombracht en afvoerde. Doe het de beesten niet aan om afschuwelijke menselijke gedragingen beestachtig te noemen. Mensen bedrijven wandaden die een tienvoudige abominatie zijn van het barbaarse van beesten. Dochters van het daglicht van Judy Batalion, vers van de pers, vertaald uit het Engels, is het zoveelste bewijs.

Dochters van het daglicht

Hoofdzakelijk herontdekt Batalion de jarenlang weggemoffelde moed en daadkracht van jonge Jodinnen in Polen, Tsjechië en Hongarije tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op de achtergrond gromt de gruwel die Duitse en bevriende bovenmensen, nazi’s, kampbewakers, politieagenten, ambtenaren bedachten om ondermensen te vermorzelen. Dochters van het daglicht is een leerboek van menselijke verdorvenheid en weerstand. Wie het leest snapt opnieuw niet hoe Vlamingen met een rune op de mouw zich tot daderschap leenden bij de Wehrmacht, de SS, de Einsatzgruppen hier, in Centraal-Europa en Oost-Europa.

Judy Batalion is Joods-Canadese van Montreal. Haar milieu bestond voornamelijk uit families die de Holocaust overleefden. Het trauma is in haar genen gegrift — had haar DNA misschien zelfs veranderd, zoals neurowetenschappers vandaag suggereren. Per toeval doorbladert zij in 2007 in de Londense British Library, bij onderzoek over de Joodse vrouwelijke identiteit, Freuen in di Ghettos (Vrouwen in de getto’s), een boek van 1946. Deze bloemlezing verdween volledig uit de leescultuur van de Joden en de goj (niet-Joden) en verhaalt over tientallen vrouwen die vaak gewapenderhand meestreden tegen de nazi’s, voornamelijk in de Poolse getto’s.

Warschau

Buiten het getto van Warschau, alombekend door films als The Pianist, 2012, en memoires, — een derde van de bevolking van die stad was Joods in 1939 — waren er 399 Joden elders in Polen, telkens ophopingen van rechtelozen. Honger, ongedierte, de stank van ongewassen lichamen, lijken op het voetpad, de voortdurende angst voor dwangarbeid of om te worden afgetuigd was daar de werkelijkheid. De nazi’s openden meer dan 40.000 kampen om de uitroeiing van ongewenste volkeren te vergemakkelijken.

De heldinnen van Freuen in di Ghettos kochten bewakers van de Gestapo om, flirtten met nazi’s verleid door drank en seks voor zij tersluiks werden dood geschoten, verborgen wapens in broden, hielpen bij de bouw van ondergrondse bunkers, verdeelden illegale publicaties, organiseerden stiekeme zangstonden en politieke vergaderingen, brachten berichten over tussen de Jodenbuurten, smokkelden Joden naar het ietsje vriendelijkere Slowakije en Hongarije (tot de nazi’s daar de macht trokken uit de handen van hun lokale zetbazen).

Heldhaftige meisjes

Judy Batalion maakte in 2007 kennis met meisjes die het cliché tegenspraken van de laffe, kruiperige Jood die zich zonder verzet in de beestenwagons naar Treblinka en Auschwitz liet jagen. 75 jaar later zijn deze heldinnen onbekend, tot nu. Batalion diepte hun verhaal uit, las honderden dagboeken, duizenden brieven, graaide in halfvergane dozen met foto’s, interviewde naasten in Europa, de VS en Israël en puzzelde die informatie samen tot een indrukwekkende en leesbare tekst.

Uit aantekeningen van Emmanuel Ringelblum, gettobewoner en historicus, citeert zij: ‘Heldhaftige meisjes… Dapper reizen ze heen en weer tussen de steden en dorpen van Polen. Elke dag verkeren zij in levensgevaar. Ze zijn volledig afhankelijk van hun “arische” gezicht en de boerinnensjaal waarmee ze hun hoofd bedekken.’ Inderdaad, sommige van de jonge vrijwilligers konden omwille van hun opvallend Joodse uiterlijk noch reizen, noch ageren voor de strijdbeweging.

Cultuuromslag

Er ontstond in 1939-1945 een cultuuromslag in de Centraal-Europese Joodse gemeenschap. Tussen de twee wereldoorlogen leidde het groeiende antisemitisme en de armoede tot collectieve somberte bij de Pools-Joodse jeugd. Een sterke minderheid in de late jaren dertig leerde Hebreeuws, voerde verhitte discussies, doorploegde de geschiedenis naar staaltjes van Joodse heldhaftigheid, hoopte sterke Joden te vormen die een oorlog zouden overleven of een nieuw land zouden bouwen in Israël. Vechten of vluchten, was het dilemma van deze Joodse voorhoede. De jonge twintiger Renia Kukielka, koerierster van Vrijheid, zag vier jaar de collectieve afslachtingen voor zij gesmokkeld werd naar Hongarije, en schreef: ‘De nazi’s en hun collaborateurs waren altijd bloeddorstig. Het zat in hun aard. Als een drank- of opiumverslaving. Voor hen was het doden van een mens gemakkelijker dan het roken van een sigaret.’

De Joodse vrouwen wisten dat hun strijd hopeloos was. Maar ze wilden liever sterven als waardige mensen dan als schlemielen (jiddisch voor slappeling). Nazicommandant Jürgen Stoop: ‘Een aangehouden Haluzzenmädel lijkt bedeesd en volkomen te berusten in haar lot. Maar dan, als een groep van onze mannen nog maar een paar stappen bij haar vandaan is, haalt ze onder haar rok of uit haar kniebroek een handgranaat en slacht ze de SS’ers af terwijl ze hen tot in de tiende generatie vervloekt — de haren rijzen je te berge! … Ik heb het bevel gegeven hen niet in de buurt te laten komen, maar ze van een afstand met een machinegeweer af te maken.’

Haluzzenmädel

De Haluzzenmädel hadden geen thuishaven. Geen fysiek onderdak, geen geestelijk onderkomen. Geen tijdelijke schuilplaats, laat staan iets om te eten. Geen vrienden. Geen werk, geen geld, geen officiële identiteit. Geen land ook al heeft je familie er duizend jaar gewoond. Niets wordt er van je verwacht, niemand die zich afvraagt waar je bent. Niemand die weet of je nog leeft. Maar de overlevenden moesten door, moesten overleven. Aldus een Joodse verzetsstrijdster.

Judy Batalion deed 12 jaar over haar boek. Zij groeide op in een familie van overlevers van de Holocaust, maar die dat overleven nauwelijks overleven. Oma Batalion jammerde elke middag om de dood van haar zussen, van wie de jongste elf was. Zij en moeder Batalion waren hamsteraar in Montreal en stopten de voorraadkasten vol met jurken uit de uitverkoop, kranten en oude koffiekoeken. Judy Batalion studeerde comedy en kunstgeschiedenis tot zij oplichtte met Freuen in di Ghettos. Het levert een hartverscheurend boek op dat moet gelezen worden.

Frans Crols was hoofdredacteur en directeur van het economisch magazine Trends en na zijn 65 werd hij vrije pen van ’t Pallieterke, Tertio en Doorbraak.

Commentaren en reacties