JavaScript is required for this website to work.

Een prachtboek over Jozef Peeters, pionier van de abstracte kunst in Vlaanderen

Manu Van der Aa22/1/2023Leestijd 3 minuten
TitelJozef Peeters en de strijd tegen den tingeltangel
SubtitelHet (inter)nationale netwerk van een Antwerpse pionier in de avant-garde van de jaren 1920
AuteurPeter J.H. Pauwels
UitgeverRonny van de Velde – Ludion
ISBN9789493039797
Onze beoordeling
Aantal bladzijden496
Prijs€ 75
Koop dit boek

Wat Theo van Doesburg — wiens biografie hier onlangs besproken werd — was voor de ontwikkeling van de Nederlandse abstracte kunst, was Jozef Peeters (1895-1960) voor de Vlaamse. Kunsthistoricus Peter J.H. Pauwels bezorgde niet alleen een tweedelig standaardwerk, maar cureerde ook een boeiende tentoonstelling rond de Antwerpse avant-gardist.

Pauwels publiceerde eerder al monumentale monografieën over Marthe Donas en Jules Schmalzigaug, twee andere in Antwerpen geboren avant-gardistische kunstenaars. De uitgevers maakten van deze biografie/naslagwerk een prachtuitgave, alleen jammer dat er een register ontbreekt.

Korte carrière

Na zijn opleiding aan de academie van Antwerpen raakte Jozef Peeters al vlug geïntrigeerd door de theosofie en de kunstopvattingen van Wassily Kandinsky. De invloeden daarvan zijn duidelijk aanwezig in zijn vroege nog figuratieve werk. Buitenlandse voorbeelden, zoals de Italiaanse futuristen en de Duitse expressionisten, dreven hem langzaam maar zeker naar de abstractie. Een evolutie die tegen 1920 was voltooid en van Peeters een van de pioniers van de Vlaamse avant-garde maakte.

Wegens de ernstige ziekte van zijn vrouw zag Peeters zich eind 1926 genoodzaakt huisman te worden en de kunst te laten voor wat ze was. De man en zijn werk werden zo goed als vergeten. Pas zo’n dertig jaar later, tegen het einde van zijn leven, werd zijn werk herontdekt, onder meer door de nieuwe abstracten van de groep G58. Tot die groep behoorden onder anderen Paul Van Hoeydonck en Dan Van Severen.

Kring Moderne Kunst

De focus van Pauwels’ tweedelige rijkelijk geïllustreerde studie ligt op het indrukwekkende artistieke netwerk van Peeters. Het begon allemaal met de in activistische middens heropgerichte kunstkring Doe Stil Voort, die tijdens de Eerste Wereldoorlog enkele tentoonstellingen organiseerde. Na de oorlog begon Peeters met de modernste van zijn schildersvrienden de Kring Moderne Kunst. Edmond Van Dooren, Jan Cockx en Jos Léonard behoorden tot de eerste leden. Peeters organiseerde met de Kring lezingen en congressen waarvoor hij ook contacten legde met buitenlandse geestesgenoten. Hij correspondeerde of ging op bezoek bij, onder anderen, de leider van de futuristen, F.T. Marinetti; de voorman van De Stijl, Theo van Doesburg; Herwarth Walden van Der Sturm en Alexander Archipenko van La section d’or.

Door zijn op korte tijd uitgebouwde netwerk kon Peeters geregeld in het buitenland tentoonstellen, al leidde dat zelden tot verkoop. Belangrijker was misschien de tegenovergestelde beweging: buitenlandse kunstenaars die in Antwerpen lezingen kwamen geven, zoals Theo van Doesburg. Op de tentoonstellingen van de Kring kon het Vlaamse publiek kennismaken met werk van kunstenaars als Paul Klee, Kurt Schwitters en Giacomo Balla.

Het Overzicht

Een beetje avant-gardist kan natuurlijk niet zonder een eigen tijdschrift. In het geval van Jozef Peeters werd dat Het Overzicht, een blad dat weliswaar was opgericht door Michel Seuphor en Geert Pynenburg als een uitgesproken Vlaamsgezind kunsttijdschrift. Nadat Peeters Pynenburg in de redactie had vervangen, ontpopte Het Overzicht zich dankzij diens netwerk tot een van de opmerkelijkste Europese avant-gardetijdschriften.

Elk nummer kreeg een volledig ander omslag ontworpen door een avant-gardekunstenaar. Bladen als Der Sturm of Lumière hadden ook ieder nummer een andere omslag, maar steeds binnen een karakteristiek sjabloon, waarbij de typografie van de titel, jaargang, etc., dezelfde bleven. Naast van Peeters zelf kreeg Het Overzicht omslagen van onder meer Karel Maes, Victor Servranckx, Carel Willink, László Moholy-Nagy en Robert Delaunay. Dat maakt van ieder nummer een kunstwerk op zich. Een enkel nummer van Het Overzicht, dat indertijd 2 frank kostte, verwisselt vandaag de dag zelden voor minder dan 2.000 euro van eigenaar.

FIBAC & atelierflat

Pauwels schetst een uitstekend beeld van Jozef Peeters’ grote betekenis voor de Vlaamse abstracte kunst. Hoewel zijn werk ondervertegenwoordigd is in Vlaamse openbare collecties — zoals in die van het KMSKA — kan vandaag geen sprake meer zijn van miskenning. Wie zich wil vergewissen van de kwaliteit van zijn werk en van heel wat van zijn tijdgenoten, kan nog tot 31 maart terecht in het prachtige particulier uitgebate museum FIBAC (Filips Ingrid Belgian Art Center) in Berchem. Daarnaast kunt u ook nog altijd een, al dan niet virtueel, bezoek brengen aan de unieke, volledig intacte atelierflat van de kunstenaar aan de Antwerpse De Gerlachekaai.  Doen!

Jozef Peeters en de strijd tegen den tingeltangel van Peter Pauwels is verkrijgbaar bij onze webwinkel.

Manu van der Aa (1964) is literatuurhistoricus en stichtend redacteur van het literair-historisch tijdschrift Zacht Lawijd. Hij publiceerde o.m. over E. du Perron, Michel Seuphor, Gerard Walschap, Alice Nahon, Paul-Gustave van Hecke en Paul Méral.

Commentaren en reacties