JavaScript is required for this website to work.

Mank: achter de schermen van ‘Citizen Kane’

Karel Deburchgrave9/12/2020Leestijd 5 minuten
TitelMank
Regisseur David Fincher
In de zalen vanafBeperkt uitgebracht in filmzalen, maar vanaf 4 december onbeperkt te zien op Netflix.
Onze beoordeling
Meer info

David Finchers zwart-wit Oscarkandidaat gunt ons een blik achter de schermen van Citizen Kane, voor velen nog altijd de beste film aller tijden.

De Amerikaanse filmcritica van The New Yorker, Pauline Kael, was berucht om haar eigenzinnige recensies en uitspraken. Vooral één ervan was niet bepaald een hart onder de riem van filmcritici: ‘Als je denkt dat ons filmkijkplezier niet stuk kan, dan heb je de kracht van filmonderwijs onderschat’.

Filmkritiek is dissectie. Niemand houdt ervan, de kikker zeker niet

Een keiharde veroordeling door bikkelharde tante Kael. Eigenlijk beweert ze dat leraars en critici ons kijkplezier vergallen door hun zogenaamd diepgravende analyses. Geloof je dat, dan stop je nu beter met lezen en laat je je onbevangen verrassen door David Finchers zwart-wit filmjuweel Mank. De interessantste film van dit jaar.

De kans is wel groot dat je het de vervelendste film van het jaar vindt, want Mank vertelt een allesbehalve simpel doorsneeverhaal. Geloof je echter dat informatie je kan helpen om de complexe puzzelstructuur van de film te ontrafelen, dan kan dit artikel helpen.

Raising Kane

Terug naar Pauline Kael. Het draait allemaal rond het langspeelfilmdebuut van Orson Welles, Citizen Kane (1941), sinds 1962 steevast nummer één in de peilingen van de ‘beste film aller tijden’ en pas in 2012 verslagen door Vertigo (1958). De toen 24-jarige Orson Welles regisseerde, produceerde en vertolkte tevens de hoofdrol. Maar schreef hij ook het scenario? Dat is de vraag!

In 1971 publiceerde Kael het controversiële essay Raising Kane. Haar belangrijkste bron was John Houseman. Die had samen met Orson Welles het Mercury Theatre opgericht. Kael beweerde dat scenarioschrijver Herman J. Mankiewicz de cruciale, maar verwaarloosde creatieve kracht achter Kanewas.  Mankiewicz…, de Mank uit de titel!

Deze theorie vormt de basis van Mank. Namelijk dat Mank en niet Orson de enige, echte schrijver is van het Kanescenario. Finchers film verdedigt die stelling, die nochtans door o.a. regisseur en kenner Bogdanovich wordt weerlegd. Vandaag is men zelfs geneigd het auteursduo Mank-Welles met een derde naam uit te breiden: John Houseman, de go-between. 

Herman J. Mankiewicz

Herman J. Mankiewicz was de oudere broer van de gevierde regisseur Joseph L. Mankiewicz. In tegenstelling tot zijn broer was scenarist Herman J. Mankiewicz een spraakmakende verschijning in Hollywood. ‘Zijn gedrag, zowel openbaar als privé, was een schandaal’, schreef hogergenoemde John Houseman. Over studiobaas L.B. Mayor zei Mankiewicz: ‘Als ik ooit de elektrische stoel krijg, hoop ik dat die man bij mij op schoot zit’.

In september 1939 bezoekt Welles Mankiewicz na een auto-ongeval. Hij biedt hem een fikse som aan om in twee maanden, anoniem een scenario te schrijven Welles’ genie waardig. Met een Engelse secretaresse, een verpleegster en een kast vol drank als bonus om in de desolate Mohavewoestijn niet te verkommeren, gaat Mank er tegenaan. Zijn vrouw Sara en zijn kinderen veilig ver weg aan de Oostkust,  

Kane is Hearst

Wanneer Houseman aan Mank die Wellesopdracht geeft, begint hij vanuit zijn ziekbed zijn scenario te dicteren. Via flashbacks uit Manks pre-Kane leven zien we waar hij zijn inspiratie haalt: uit zijn ‘vriendschap’ met persmagnaat William Randolph Hearst (Charles Dance) en zijn bijzonder intieme band met diens maîtresse Marion Davies (Amanda Seyfried).

Ogenschijnlijk was die liaison tussen Hearst en Marion er een van sugar daddy met trofee blondje. Uiteindelijk bleek het toch een ware liefde. Dat Hearst zo heftig reageerde op Citizen Kane was omdat diens laatste woord ‘Rosebud’ niet alleen verwees naar een slee maar ook naar het troetelwoordje voor Marions vagina.

Dat Kane de ultraconservatieve persmagnaat Hearst voorstelde, was voor iedereen duidelijk: een bedreigende, dubieuze Trumpachtige krantenmogul,  nu nog altijd fascinerend o.m. als uitgever van de ‘New York Journal’ in de tv-serie The Alienist: Angel of Darkness (2020).  In Manks afrekening met Hearst zie je allerlei parallellen met vandaag.

Tijdens de Californische gouverneursverkiezingen van 1934 was de strijd tussen de Republikein Merriam en de Democraat Sinclair een voorafspiegeling van wat er nu gebeurt: de Republikeinen die de Bernie Sandersachtige Sinclair beschuldigen van communistische sympathieën en ‘fake news’ reclamespots realiseren. Trumpiaanser kan het niet.

Wonderboy Welles

Welles en Houseman komen af en toe bij de bedlegerige Mank binnenlopen om te horen of hij zijn deadline haalt. Van broer Joseph hoort Mank dat hij een meesterwerk heeft neergepend, ondanks het feit dat iedereen hem bestempelt als ‘de hofnar van Hollywood’. Van Welles mag hij dan uiteindelijk toch zijn naam vermelden op de generiek naast die van de ‘boy genius’.

Bij elk bezoek van Welles herkennen we natuurlijk ook de wonderknaap die op zeer jonge leeftijd Shakespeare debiteerde, later handig gebleken om Macbeth, Othello en Falstaff te verfilmen én te vertolken. Hij was 20 toen hij New York choqueerde met een all-black Macbeth toneelversie en 23 toen hij met zijn radio-uitzending gebaseerd op H.G.Wells marsmannetjeslandingverhaal, New Jersey de stuipen op het lijf joeg.

De stunt bezorgde hem een wereldwijde vermaardheid en een ongeziene vrijheid van studio RKO bij het maken van zijn debuutfilm: ‘carte blanche’ en ‘final cut’! Zijn onwetendheid wat film betreft was zijn grootste troef. Daarom deed hij een beroep op de ‘top of the top’ van Hollywood: Greg Tolland voor de vernieuwende deepfocus-cameratechniek, Herman J. Mankiewicz voor de gedurfde verhaalstructuur.

Ondanks zijn naambekendheid, waren de meeste van Welles’ films geen kassuccessen, wel artistieke hoogtepunten. Over zijn carrière zei hij: “Ik begon bovenaan en werkte mijn weg naar beneden.” 

Karakterstudie met flashbackstructuur

Mank is een veelgelaagde karakterstudie geworden; een doordachte flashbackstructuur met de basisprincipes van het scenarioschrijven in beeld gebracht: INT. HEARST CASTLE – NIGHT of EXT. PRAIRIE – DAY, voor scènes die zich binnen of buiten afspelen. Met talrijke referenties naar scènes uit Citizen Kane zelf, o.m. Bernsteins vluchtige ontmoeting op de veerboot en vooral de vallende glazen sneeuwbol uit de sterfscène in het begin. Hier een leeggedronken fles die uit Manks hand rolt.

Mank introduceert ons in de wereld van legendarische filmmensen zoals Ben Hecht, David O. Selznick, Louis B. Mayer, Irving Thalberg en zit vol details. Op de achtergrond van de studio, bijvoorbeeld, kan je duidelijk HOLLYWOODLAND lezen. De laatste vier letters LAND werden pas in 1949 verwijderd.

The Great American Film

Dit fascinerend verhaal over de corrumperende kracht van macht en rijkdom en het eeuwige verlangen naar liefde, vind je ook terug in The Great Gatsby. Deze beroemde ‘Great American Novel’ van Scott Fitzgerald verwijst naar dat ander Amerikaans icoon, Howard Hughes. Ook Kane is iemand die de Amerikaanse droom heeft gerealiseerd, van arm (maar gelukkig) kind tot schatrijke (maar eenzame) nouveau-riche die leeft tussen museumrelikwieën.

Niet te verwonderen dat de zoektocht naar de betekenis van Kanes laatste woord ‘Rosebud’ enkel en alleen in het allerlaatste shot aan de kijker wordt gereveleerd: de slee is het symbool van de verloren onschuld van zijn jeugd. 

Oscarnominaties

De 62-jarige Gary Oldman vertolkt de 43-jarige Mank, deze keer niet onder een dikke laag make up zoals bij zijn Churchillvertolking. Oldman is altijd al een kameleonacteur geweest: van Oswald, Dracula, Beethoven, Pilatus tot Harry Potters peetoom.  Oldman kreeg zijn eerste Oscar in 2018 voor de vertolking van Winston Churchill. Het was een klein kunstje om die Oscar te voorspellen tijdens het Toronto filmfestival 2017  vijf maanden voor de uitreiking.

Aan een gelijkaardige voorspelling van Manks Oscarnominaties voor februari 2021 durf ik me nog wel eens wagen. En het zijn er heel wat.

David Fincher maakt zeker een kans. Zijn 11de langspeelfilm Mank schildert een uniek beeld van Hollywoods Gouden Glorietijd, erg Oscargevoelig. Een tweede Oscar voor Gary Oldman is niet ondenkbaar. En voorts een Oscar beste vrouwelijke bijrol voor Amanda Seyfried voor haar genuanceerde vertolking van Marion Davies, nu eens niet geportretteerd als het domme blondje; Erik Messerschmidt voor de cinematografie en vader Jack Fincher voor het scenario.

Dat zou pas ironisch zijn want filmcriticus Jonathan Rosenbaum merkte schamper op dat heel wat in de film ontsproten is aan het verbaal talent van Mankiewicz en niet aan dat van Jack Fincher, de enige naam op de eindgeneriek.

Twee mogelijke reacties op de film Mank: ofwel zal je na een eerste visie van Mank zo snel mogelijk Citizen Kane willen (her)zien; ofwel laat je je niet meer leiden door filmrecensenten. Als je dan per se een film wil zien over een zuiplap zonder al die historische referenties dan kijk je best onbevangen naar Drunk, zonder ons artikel daarover te lezen in Doorbraak.

Karel Deburchgrave is filmrecensent en was voorzitter van het filmtijdschrift Filmmagie. Hij is de auteur van 'Shakespeare in scène' gezet en filmdocent in diverse filmmusea en cultuurcentra in Vlaanderen en Nederland. Hij studeerde Germaanse filologie (UFSIA en KU Leuven) en is Fulbright alumnus van de Universiteit in Minneapolis-St. Paul.

Commentaren en reacties