JavaScript is required for this website to work.

Vier seizoenen in Damascus

Lieven Van Mele15/3/2021Leestijd 5 minuten

In maart 2018 trok de Nederlandse Fernande van Tets (jaargang 1985) naar Damascus, de hoofdstad van Syrië, om daar een jaar te werken als communicatiemedewerkster voor de UNRWA, de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties voor de Palestijnen. Fernande van Tets studeerde Arabisch en politicologie en verhuisde in 2011 al naar de Libanese hoofdstad Beiroet.

Zonder visum

Daar werkte ze als freelancejournalist om ook het Syrische conflict te coveren voor onder meer Trouw, De Groene Amsterdammer, het Britse The Independent (waarvoor ook de vorig jaar overleden Robert Fisk werkte) en France24. Dat is een Franse zender die een goede reputatie heeft inzake berichtgeving over het Midden-Oosten, . In haar UNRWA-periode (begin 2018-begin 2019 dus) werkte Fernande uiteraard niet als journaliste – een visum bekomen als journalist voor Syrië is vrijwel onmogelijk – maar van haar werk bij de vluchtelingenorganisatie maakte Van Tets gebruik om met veel mensen te praten, informatie te verzamelen over de oorlog, het analyseren van de politieke situatie.

Dat levert een aangrijpend boek op. Het is een vrijwel uniek document, want de doorsnee westerse correspondent die nieuws vergaart over Syrië doet dat meestal vanuit Beiroet. Er bestaat niet zoiets als ‘van onze correspondent ter plaatse in Damascus’. Van Tets heeft ook de puinhopen van Homs, Aleppo, Sweida (dat is 100 kilometer ten zuiden van Damascus), Deraa en Hama kunnen bezoeken. De auteur beschrijft uiteraard ook uitgebreid haar werkzaamheden bij de UNRWA, waarbij ze de corruptie bij deze organisatie niet uit de weg gaat

In haar boek schetst Fernande Van Tets vooral het leven in Syrië in oorlogstijd onder het regime van Bashar al Assad. Volgens een ook in bepaalde Vlaamse kringen verspreide opinie zou Bashar al Assad gewoon een seculier regime beschermen, dat het heel goed zou menen met minderheden waaronder christenen, tegen stoute moslimradicalen, en verdient Al Assad daarom onze steun.

Het andere verhaal

Was het maar zo eenvoudig. In werkelijkheid is wat er afgelopen decennium in Syrië is gebeurd iets heel anders, om het zacht uit te drukken. Al Assad beschermer van de christenen? Tussen 2011 en 2019 werden minstens 124 kerken aangevallen of gebruikt als militaire basis. Meer dan 60% van de aanvallen werd uitgevoerd door het Syrische leger en aanverwante milities, en niet door radicale moslims (blz. 120). Bijna de helft van de Syrische christenen (800.000 van de 2 miljoen) zijn het land ontvlucht, en hadden absoluut geen zin om te verhuizen naar de gebieden die door Al Assad werden ‘bevrijd’.

Al Assad seculier en beschermer van christenen? In de periode dat de Islamitische Staat grote delen van Syrië bezette, waaronder de olierijke zones, , kochten Al Assad en zijn kliek olie van de Islamitische Staat, om die dan vervolgens te verkopen aan zijn uitgehongerde bevolking. Dat de Islamitische Staat ondertussen christenen verdreef en als slaven verkocht, en gematigde moslims uitmoordde, scheen geen probleem.

Om Syrische buurten die afgelopen decennium veroverd waren door opstandelingen in handen van het leger te krijgen, werden deze wijken systematisch afgegrendeld, platgebombardeerd en de mensen uitgehongerd. Nog meer dan de opstandige milities waren vooral de gewone burgers daarvan het slachtoffer. Honderdduizenden Syriërs werden gemarteld en gedood in de gevangenissen van het regime. Niet alleen islamitische extremisten belanden in de gevangenis, iedereen, van welke politieke strekking of religie dan ook, die ook maar laat blijken het niet eens te zijn met Bashars regime, wordt opgepakt.

Bloed alom

De Islamitische Staat, die een tijdlang een vrij groot gebied van Syrië en Irak in handen had, mag dan al verschrikkelijke dingen gedaan hebben, het Syrische regime van de Al Assads heeft nog meer bloed aan z’n handen. Zes miljoen Syriërs zijn wegens de oorlog vluchteling geworden in eigen land, vijf miljoen zijn de grens overgestoken. Een deel naar de buurlanden Libanon, Jordanië en Turkije, een deel ook naar Europa via Griekenland, zoals algemeen bekend.

Dat soenitische moslims (70% van de Syrische bevolking) die Syrië zijn ontvlucht niet naar het dichtbij gelegen welvarende Saoedi-Arabië, Koeweit, Qatar, Bahrein, de Verenigde Arabische Emiraten, etc. zijn getrokken, maar wel naar het veel verder gelegen en moeilijker te bereiken West-Europa, was een opmerkelijk, maar wel voorspelbaar fenomeen.

Zich verplaatsen binnen Syrië, inbegrepen in het door het regime heroverde gebied (dat is dus bijna de gehele oppervlakte van Syrië, behalve dan de noordelijke provincie Idlib en het Koerdisch gebied in het noordoosten) is een huzarenstukje. Om de paar kilometer zijn controleposten van het leger of pro Assad-milities aanwezig die geld vragen aan de gewone burgers om zich alleen maar te mogen verplaatsen, en die belasting heffen op de goederen die ze eventueel bij zich hebben.

Harde repressie

Ook de UNRWA wordt het leven zuur gemaakt. Om zich te verplaatsen naar het Palestijnse vluchtelingenkamp Yarmoek (op nauwelijks 5 kilometer van het centrum van Damascus) moet de UNRWA weken op voorhand een aanvraag indienen bij de Syrische autoriteiten. Persvrijheid is onbestaande, de corruptie is alom tegenwoordig. De clan van Al Assad zuigt het land leeg. Overal werd sedert 2011 de tactiek van de verschroeide aarde toegepast.

De zogenaamde Arabische Lente begon in Syrië met vreedzame protesten in Deraa, een gebied in het zuiden van Syrië, dichtbij de grens met Jordanië, waar veel Druzen wonen. Harde repressie was het antwoord van het regime. Door een dialoog te weigeren met gematigde betogers in het begin van de Arabische Lente, heeft Al Assad bovendien de hele soenitische wereld tegen zich in het harnas gejaagd Alle andere volgende vreedzame protesten elders in het land werden eveneens met geweld in de kiem gesmoord. Het is pas veel later dat islamitische milities met steun van de rijke Golfstaten, Turkije en de Verenigde Staten een gewapende strijd zijn beginnen voeren tegen het regime van Al Assad.

Veel van die radicaalislamitische opstandelingen waren Syrische gevangenen die Al Assad had vrijgelaten om zo de gematigde oppositie in z’n land in een slecht daglicht te kunnen stellen. En bij de extremisten van de Islamitische Staat die in 2015 vanuit Irak delen van Syrië veroverden, zaten heel wat Syrische fanaten die Al Assad vroeger had losgelaten uit Syrische gevangenissen om te gaan vechten tegen de Amerikanen in Irak.

De moeilijke terugkeer

Terugkeer van in Europa wonende Syrische vluchtelingen richting Syrië? Gemakkelijker gezegd dan gedaan. Een waanzinnig aantal huizen is kapot en zelfs volledig platgebombardeerd. Volgens de Wereldbank zomaar eventjes 1/3 van alle Syrische huizen. En staat je huis toch nog recht dan stel je bij terugkeer vast dat er al andere gezinnen in wonen. Veel Syriërs kunnen geen eigendomsakte voorleggen voor hun woning omdat het er afgelopen decennia in Syrië qua stedenbouwkundige reglementering nogal chaotisch aan toeging, en vele huizen illegaal werden gebouwd. 70% van de eigendomsbewijzen werden tijdens het conflict verloren, gestolen of vernietigd (blz. 224).

Bovendien laat het Syrische regime de terugkeer niet toe van mensen die het ongeluk hebben te hebben gewoond in zones die een tijdlang toevallig in handen waren van opstandelingen. Alsof dit nog niet genoeg is riskeer je als terugkerende Syrische man onmiddellijk gearresteerd te worden. En dan ingelijfd in het Syrische leger dat al lang kampt met een tekort aan manschappen.

De kosten voor de heropbouw van Syrië worden geschat op 400 miljard dollar. Een waanzinnig bedrag. En de sancties die de Verenigde Staten en Europa opleggen aan Syrië maken de zaken alleen maar lastiger (blz. 311). De eis van de internationale gemeenschap dat Al Assad eerst moet verdwijnen alvorens met de opbouw kan worden gestart, is bovendien niet realistisch. Het zal nog lang duren alvorens Syrië terug ‘normaal’ wordt, zo veel is zeker. Ondertussen is het huilen met de pet op.

Voor wie zich wil verdiepen in het Syrische conflict, en de aard van het Al Assad-regime, is Fernande van Tets boek zeker aan te bevelen. Inbegrepen de vele publicaties waarin wordt verwezen in het voetnotenapparaat achteraan het boek.

 

Lieven Van Mele is Midden Oosten-reiziger en volgt sedert de jaren '90 de actualiteit in de Arabische wereld en het fenomeen van de islamisering in de islamitische wereld en het Westen. Eerder verschenen al bijdragen van hem in diverse media

Commentaren en reacties