JavaScript is required for this website to work.

Vooruitgang

Henk Jurgens31/1/2017Leestijd 3 minuten
TitelVooruitgang
AuteurJohan Norberg
UitgeverNieuw Amsterdam
Onze beoordeling
Aantal bladzijden256
Prijs€ 19.99

Niet alleen minkukels proberen de wereld een ernstige crisis aan te praten, ook de media doen daar lustig aan mee. In een verfrissende bui van zelfreflectie heeft de redactie van het Duitse televisieprogramma ARD-Monitorin haar uitzending van afgelopen 19 januari de talkshows van ARD en ZDF kritisch bekeken. In 2016 zond de Duitse publieke omroep 141 talkshows uit. In 40 uitzendingen kwam de vluchtelingen- en integratieproblematiek aan de orde, in 21 het rechtspopulisme en in 15 de islam en de terreur. In totaal werd 24% van de zendtijd aan een van deze drie onderwerpen besteed. Uit hun eigen ARD-onderzoek bleek echter dat 73% van de Duitsers zich helemaal niet bedreigd voelt, dit in tegenstelling tot 69% van de AFD-aanhangers, de Duitse rechts-populistische partij, die zich wel degelijk bedreigd voelt. Onbedoeld voedde de Duitse talkshows die angstgevoelens. De redactie van ARD-Monitor liet weten geschrokken te zijn, maar ja, goed nieuws is geen nieuws.

De Zweedse schrijver Johan Norberg, die verbonden is aan het Cato Institute in Washington DC en het Europees Centrum voor Internationale Politieke Economie in Brussel, denkt daar totaal anders over. In zijn nieuwe boek Vooruitgang. Tien redenen om naar de toekomst uit te kijken spat het optimisme van elke bladzijde. In het populair wetenschappelijk boek geeft hij vele voorbeelden van de enorme vooruitgang die in de laatste tientallen jaren in de wereld is bereikt.

‘De Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO)  rapporteerde in 1947 dat ongeveer 50% van de wereldbevolking chronisch ondervoed was. Dat was rond dezelfde tijd dat stikstofmest op grote schaal beschikbaar kwam en veel landen met lage of gemiddelde inkomens hun landbouwsector begonnen te moderniseren’, schrijft Norberg. ‘In de jaren 1969 tot 1971 schatte de FAO dat 37% van de wereldbevolking ondervoed was, een percentage dat vandaag de dag gedaald is tot ongeveer 13. Peru, waar ondervoeding sinds 1990 met 76% werd teruggedrongen, heeft meer vooruitgang geboekt dan andere landen. Tegenwoordig zijn 4,7 miljoen minder Peruvianen ondervoed dan in 1990. Een van de oorzaken is het beleid van open handel dat Peru invoerde, met hervorming van het eigendomsrecht en het contractrecht. Daardoor konden meer boeren aan krediet komen en werden ze ertoe aangezet om hun bedrijven te verbeteren. Het gevolg was dat de productiviteit van de landbouw omhoogschoot.’

‘Van 1980 tot 2015 groeide het percentage van de wereldbevolking dat toegang had tot een verbeterde watervoorziening van 52 naar 91%. Sinds 1990 hebben 2,6 miljard mensen die toegang gekregen, wat betekent dat de laatste 25 jaar iedere dag 285 duizend mensen de beschikking over schoon water kregen. Op dit moment heeft 96% van de stedelingen toegang tot schoon water en 84% van de plattelandsbevolking.’

Volgens Norberg hebben globalisering en democratisering deze vooruitgang bewerkstelligd. ‘Een van onze krachtigste wapens tegen hongersnood is democratie’, schrijft hij. ‘Hongersnoden kwamen wel voor in communistische staten, absolute monarchieën en koloniale en tribale landen. Maar nooit in een democratie. Bestuurders die van kiezers afhankelijk zijn doen er alles aan om hongersnood te voorkomen en een vrije pers helpt het publiek zich te realiseren dat er problemen zijn, zodat ze tijdig kunnen worden aangepakt.’

‘Filosoof Karl Popper wees er al op dat de kern van de liberale democratische gedachte niet is dat de meerderheid het recht heeft de baas te spelen over de minderheid, maar dat de staatsmacht altijd gevaarlijk is en daarom altijd onder toezicht dient te staan. Controle door het volk is een van de manieren om dat te verwezenlijken. Democratie dient niet om de opvattingen van de meerderheid te heiligen, maar om te zorgen dat bevolkingsgroepen elkaar zo min mogelijk schade kunnen toebrengen. Daarom moet ze vergezeld gaan van het primaat van de wet, van rechten voor minderheden en sterke maatschappelijke instituties. Democratie voert ons niet naar de hemel, maar behoedt ons voor de hel.’

Ook het kapitalisme heeft volgens Norberg aan deze wereldwijde vooruitgang bijgedragen. ‘De oude op eer gebaseerde cultuur maakte langzaam plaats voor een cultuur van waardigheid. De bereidheid om van je af te bijten werd vervangen door de bereidheid om je driften te beheersen. Naarmate de levensverwachting stijgt en het aantal kinderen per gezin daalt, wordt elke menselijk leven als waardevoller ervaren. Vroeg overlijden is niet langer normaal. Heel wat denkers en historici hebben nadrukkelijk gesteld dat de opkomst van vrije markten bijdroeg tot een langetermijnvisie op het leven en tot beheersing van driften. Wie op de vrije markt wil slagen, moet gezichtspunt van zijn klant begrijpen.’

‘Als openheid, rijkdom en een gevoel van geborgenheid bijdragen tot gevoelens van verdraagzaamheid en respect, dan kan de omkering van die voorwaarden nieuwe vijandschap en conflicten oproepen. Spijtig genoeg kunnen gevoelens van onmiddellijke dreiging en het demoniseren van andere groepen onze evolutionaire neiging versterken om zekerheid te zoeken binnen de eigen groep en je vijandig op te stellen tegenover buitenstaanders,’ schrijft Norberg.

Globalisering heeft samen met de grote volksverhuizing, die wereldwijd al meer dan een eeuw aan de gang is, en met de bankencrisis van 2008 – het ongebreideld graaien door de financiële elite – wel de wereld het rechts-populisme gebracht. Hierover zwijgt Norberg helaas in zijn enthousiasme over de vooruitgang.

De Nederlandse publicist Henk Jurgens (1942) is politicoloog (UvA). Hij schrijft regelmatig in Doorbraak over Nederland en de Nederlandse politiek.

Commentaren en reacties