JavaScript is required for this website to work.
Europa

Referendum in Catalonië is van belang voor iedere Europeaan

Kevin De Laet2/11/2014Leestijd 8 minuten

Het referendum in Catalonië en het Europa dat we willen… het hangt volgens Kevin De Laet allemaal aan elkaar. 

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Op het moment van schrijven van dit stuk zijn er nog zeven dagen te gaan voor het grote referendum (of ‘plebisciet’) in de Autonome Regio van Catalonië over de vraag of deze regio een staat moet worden. Eigenlijk zijn er twee vragen die gesteld zullen worden: ‘moet de regio een staat worden, en indien ja, moet deze staat onafhankelijk worden’. Een merkwaardige vraagstelling, als gevolg van een nogal ‘Belgisch’ aandoend compromis tussen de (centrum-rechtse) regeringspartij CiU en de (meer linkse en radicaler-separatistische) partijen ERC en CUP, en de groenen van ICV. De zaak van het referendum beroert al meerdere jaren de gemoederen in Catalonië en in heel de Spaanse staat, en vooral de voorbije maanden waren bijzonder intens. Het referendum dat aanvankelijk was gepland door de Catalaanse regering, met steun van de onafhankelijkheidsgezinde oppositie, werd door de Spaanse staat verboden. De Catalaanse regering zette uiteindelijk door met de stemronde, al is het dan onder een andere officiële naam, evenwel verboden. Hoe dan ook, komende zondag belooft een bijzonder intense dag te worden, want zelfs als er om de een of andere reden niet gestemd kan/zou worden, mag men zeker zijn dat de Catalanen heel massaal hun stem zullen laten horen op de een of andere manier. Meer nog: het ziet er naar uit dat de stemronde enkel nog kan voorkomen worden door middel van harde repressie vanwege de Spaanse staat. Want vergis je niet: wat in Catalonië gebeurt is niet een of andere ‘populistische’ oprisping aangevoerd door demagogische politici. Integendeel, de hele beweging voor het referendum is van onderuit gekomen door de druk van burgerbewegingen, en de politieke wereld werd gedwongen kleur te bekennen. Wat het zal worden zullen we zien, maar wij Vlamingen en Europeanen zouden de zaak beter nauw in de gaten houden. Want wat er vandaag in Catalonië gebeurt zal veelzeggend en bepalend worden voor het Europa van de toekomst. Immers: ‘onze’ Europese Unie gaat graag overal in de wereld de democratie verkondigen, maar kan ze wel om met uitingen van democratisch volksverzet op eigen grondgebied? 

België

Even een omweg langs België: wij kenden doorheen de geschiedenis een reeks staatshervormingen (zes officiële) die allen weliswaar voortkwamen vanuit een breed gedragen Vlaamse wens voor culturele en later ook economische autonomie, maar uiteindelijk allemaal via ‘achterkamerpolitiek’ werden bedisseld door partijen en partijvoorzitters. Typisch Belgische compromissen waar niemand tevreden over was, zodat er zo ongeveer om de tien jaar wel een nieuwe hervorming nodig was. Bij geen enkele van deze hervorming was er rechtstreekse inspraak van het volk. De hervormingen waren uitsluitend verkiezingsthema’s van de partijen, een ernstige en brede burgerbeweging kwam daar niet aan te pas. Dat wil zeker niet zeggen dat de burgers geen hervormingen wilden. Zeker wel. De staatshervormingen zouden er nooit geweest zijn zonder een breed gedragen (maar eerder vage) autonomiegedachte. Maar de manier waarop de politiek de hervormingen op papier zette en uitvoerde, was eigenlijk weinig democratisch, eigenlijk alleen ‘democratisch’ in de louter legalistische zin dat de uitvoerders ervan hun mandaat verkregen via reguliere verkiezingen.

Nu moet men wel een belangrijke kanttekening plaatsen bij deze officiële Belgische staatshervormingen. Namelijk, dat er nog staatshervormingen zijn geweest die als dusdanig niet ‘meegeteld’ worden. De invoering van het algemeen enkelvoudig stemrecht was eigenlijk de allereerste grote staatshervorming in dit land, met implicaties die verder gingen dan de staatshervormingen van de de voorbije twee decennia. Wat ‘interne’ Belgische staatshervormingen betreft waren er dus al op zijn minst zeven, en geen zes. En alleen de eerste was een werkelijk democratische staatshervorming, in de zin van gedragen, vorm gegeven en geëist door een brede burgerbeweging.

Europa

Nu zijn er de voorbije decennia echter nog grote staatshervormingen geweest die iedereen schijnt te negeren wanneer het over Belgische staatshervormingen gaat: de Europese verdragen. Ja, ook die zijn Belgische staatshervormingen. Staatshervormingen impliceren immers (men kan zelfs zeggen zijn per definitie) verschuivingen van politieke bevoegdheden. Het verdrag van Maastricht (1992) was een heel ingrijpende bevoegdheidsherschikking, de oprichting van de Europese Unie zoals we die vandaag kennen en de latere invoering van de euro. Dit was eigenlijk een grote bevoegdheidsoverdracht naar Europees niveau. Bij deze staatshervorming werd België weliswaar niet ‘van binnenuit’ uitgehold maar van buitenuit, het resultaat is evenwel een enorme staatshervorming, die verder ging dan de ‘interne’ staatshervormingen die later zouden volgen. Verschillende volgende Europese verdragen zouden ook als staatshervormingen moeten beschouwd worden. Het wellicht belangrijkste volgende verdrag was het Verdrag van Lissabon, de herwerking van het door Fransen en Nederlanders in referendum weggestemde Verdrag voor een Europese Grondwet. Zonder die referenda zouden we dus zelfs een Grondwettelijk Verdrag op Europees niveau gehad hebben, in feite is dat vandaag dus het Verdrag van Lissabon dat in de plaats is gekomen. Een grondwettelijk verdrag. Is dat geen staatshervorming? In feite is dat zelfs een staatsvorming. We hebben zelfs een ‘Europese president’. Omdat dit alles ‘Europees’ is wordt het nogal gemakkelijk genegeerd, maar het waren wel degelijk vergaande staatshervormingen. Waar in België, amper ernstig debat over was. Het verdrag van Lissabon was zelfs geen verkiezingsthema. Deze staatshervorming werd aangenomen zonder discussie, zonder enige democratische inspraak, en zonder ze zelfs als dusdanig te benoemen. Zo ging het ook met het recenter aangenomen Begrotingsverdrag, ook een significante staatshervorming die de nationale begrotingen aan banden legde. En het aankomende Europees-Amerikaanse vrijhandelsverdrag zou ook als staatshervorming kunnen beschouwd worden, aangezien dit verdrag de politieke slagkracht van democratisch verkozen regeringen verder aan banden zal leggen. Al deze staatshervormingen passeren als vanzelfsprekend in de politiek en de reguliere media, zonder ernstig debat. Zo gaat het trouwens in heel Europa, niet alleen in België. Men zou kunnen beargumenteren dat deze verdragen legitiem zijn omdat ze door de verkozen volksvertegenwoordigers worden gestemd in de parlementen. Opnieuw de legalistische visie, die technisch gezien correct is. De vraag is echter of deze manier van werken in de geest wel democratisch is, want men mag er gerust van uit gaan dat de helft van de bevolking niet eens over het verdrag van Lissabon heeft gehoord, en de overgrote meerderheid niet weet wat dat verdrag eigenlijk betekent. Hoe kan het ook anders, deze staatshervormingen worden amper besproken in de media of tijdens verkiezingscampagnes.

Catalonië

Terug naar Catalonië. Daar gaat het er tegenwoordig heel anders aan toe. Er dringt zich een ernstige staatshervorming op (wie weet zelfs een staatsvorming) en dat gaat niet onopgemerkt voorbij. Het is zelfs hét debatsonderwerp bij uitstek, in de periode voorafgaand aan het referendum. Het feit dat er überhaupt een referendum wordt georganiseerd is al veelzeggend: bij ons in België is zoiets ondenkbaar. Nu, de organisatie van dit referendum is zeker niet zonder slag of stoot gebeurd. Er werd een zware juridische en propagandistische oorlog gevoerd, tussen voor en tegenstanders niet zozeer van onafhankelijkheid zelf maar van het referendum. En dat is een belangrijke nuance: men kan tegen onafhankelijkheid op zich zijn maar wel voor een referendum als middel om het volk te laten beslissen, zoals dat eerder in Schotland gebeurde. Er zijn zeker mensen die hier in Catalonië een referendum willen maar zelf ‘nee’ zullen stemmen. De inzet van de (nogal venijnige) politieke discussies hier is het referendum zelf, dat door unitaristisch en conservatief Spanje als – echt waar – ondemocratisch wordt bestempeld. Om Spaans eerste minister Rajoy te citeren: ‘er kan niet gestemd worden want Spanje is een geavanceerde democratie’. Jawel, een geavanceerde democratie. Zoals België, waarschijnlijk. Uiteraard heeft de koppigheid van de Spaanse unitaristische kringen en de regering de separatistische gevoelens alleen maar doen opflakkeren. Sedert enkele jaren is er een burgerbeweging genaamd Assemblea Nacional de Catalunya die als voornaamste voortrekker van de onafhankelijkheidsgedachte mag gelden. Deze burgerbeweging is werkelijk van onderuit ontstaan en heeft werkingen in alle dorpen, gemeenten en stadswijken in heel Catalonië, met vele tienduizenden vrijwilligers. Deze ANC is de voornaamste motor achter de grote massamanifestaties van de voorbije jaren, die telkens op 11 september (de nationale feestdag) meer dan een miljoen mensen op straat bracht. De politieke partijen in het Catalaanse parlement kunnen dit ANC niet negeren, als deze organisatie het wil staan honderdduizenden Catalanen nog dezelfde dag op straat. Een aantal van de partijen zijn uiteraard zelf radicaal independistisch en waren dat al voor het ontstaan van ANC en de burgerbewegingen, dus men kan ze moeilijk opportunisme verwijten, maar het valt toch enorm op hoe de burgerbewegingen hier de politiek vooruit sturen. Aan de ‘overkant’ is dat trouwens veel minder het geval: de burgerbewegingen tegen onafhankelijkheid (die véél kleiner zijn) zijn allen geboren uit de schoot van de Spaansgezinde partijen en daar sterk aan gelieerd.

In de twee weken voor het referendum voerden de burgerbewegingen nog opvallende campagnes rond het referendum. ANC organiseerde onder meer een bevraging bij miljoenen Catalanen (het doel was letterlijk alle huizen afgaan!) met vragen over hoe de Catalaanse staat zou vorm moeten krijgen. Een aantal van deze vragen waren onder meer: wat moet er gebeuren met de financiële middelen van deze Catalaanse staat (keuzes waren: investeren in infrastructuur, investeren in sociale voorzieningen, of de belastingen verlagen), vragen over transparantie van het bestuur en democratie, een vraag over welke plaats het Spaans mag hebben in het taalbeleid, en heel opvallend: moet deze staat de euro gebruiken en bij de EU blijven? Inderdaad, ook Europa is een thema in de debatten. Uiteraard heeft dit te maken met de nogal dubieuze houding van de Europese politieke wereld tegenover de kwestie. Veel Catalanen zijn beginnen nadenken over de verhoudingen tussen Catalonië en de EU, aangezien nogal wat Europese machtskringen afwijzend zijn voor een onafhankelijke Catalaanse staat (trouwens, ook de (niet-separatistische en heel-Spaanse) partij Podemos die vandaag furore maakt wil de Europese verdragen weer tot voorwerp van debat maken). En net daar ligt de reden waarom dit referendum ook voor ons belangrijk is.

Voorbeeld

Het belang ligt niet zozeer in het feit dat dit referendum als voorbeeld zou kunnen gelden voor eventuele volgende ‘interne’ Belgische staatshervormingen (hoewel: waarom niet?) maar wel het simpele feit dat dit referendum een haast verboden debat op gang heeft gebracht over de staatsstructuren. Over zaken die tot voor kort door de politieke wereld als vanzelfsprekend werden voorgesteld, als dogma’s waar geen discussie over mogelijk is, laat staan directe volksinspraak. De Schotten eerder en vooral de Catalanen nu bewijzen dat dat debat wel degelijk kan gevoerd worden, en dat volksinspraak wel degelijk kan gebeuren. Dit referendum doet wat de elite in Europa heel hard vreest: een breed debat op gang brengen over de instituties zelf. Dat verklaart de afzijdigheid en de afwijzing in de Europese kringen: men vreest daar terecht dat het Catalaanse voorbeeld een kettingreactie op gang kan brengen. Niet alleen een kettingreactie van wat smalend wel eens de ‘balkanisering van Europa’ wordt genoemd (de gedachte dat nog meer regio’s zich van hun moederstaten gaan afscheiden), maar vooral een kettingreactie van eisen tot volksinspraak in de Europese verdragen. Want het zou de volgende logische stap kunnen zijn: referenda over pakweg het Begrotingsverdrag of het Vrijhandelsverdrag. En een daar mee gepaard gaand breed debat. Dat betekent dat meer burgerbewegingen zich rechtstreeks zouden gaan moeien in de Europese huishouding. De inhoud van de verdragen zou meer en beter bestudeerd worden, de kritiek op de Europese politiek zou onvermijdelijk groeien en de Europese politiek zou veel meer op de vingers getikt en gecontroleerd worden. Uiteraard is dat in het geheel niet naar de zin van de Europese politieke wereld, en wordt het Catalaanse referendum dan ook bijzonder ondermaats belicht in de media. Europese politici die buiten Europa de lofzang van de democratie spreken zijn opvallend zwijgzaam als het gaat over democratie binnen Europa zelf.

Europees volk/Europese elite

Eigenlijk is het wel vreemd, want men kan geen overtuigder ‘Europeanen’ vinden dan in Catalonië en Schotland deze dagen, waar de Europese vlaggen mee wapperen tussen de nationale op betogingen. Al is de liefde voor dat Europa in Catalonië wel wat aan het afkoelen. Maar de Schotse separatisten zijn veel Europeser gezind dan de Britten en dat leidt ook tot vreemde tegenstellingen, aangezien er in het VK plannen zijn voor een referendum over eventuele uittreding uit de EU. Men zou dus verwachten dat de Europese elites met veel enthousiasme de Schotse separatisten omarmen, de beste bondgenoten om toch een deel van het VK binnen de EU te houden. Niet dus. De verklaring is vrij eenvoudig: zelfs met een overtuigd ‘Europeanistisch’ separatisme komt het hele vastgeroeste bestel van de Europese instanties in het gedrang. Een Schots separatisme mocht op zich dan wel redelijk Europa-vriendelijk zijn, maar de implicaties van een uiteenvallende lidstaat zouden zo ver reiken dat de hele machtsstructuur van Europa zou kunnen bezwijken. Zoals gezegd: er zou een kettingreactie op gang kunnen komen van bevolkingen die vragen gaan stellen over de officiële machtsstructuren. En dat is een zeer gevaarlijke gedachte, in een Europese Unie die ondanks haar geprofeteerde principes in wezen bijzonder conservatief en ondemocratisch is. In een Europese Unie waarin de bevolking maar weinig vertrouwen meer heeft. Het gevaar bestaat dat bewegingen zullen opstaan die niet alleen ‘separatistisch’ zijn in territoriale zin, maar ook ‘separatistisch’ in de zin van zich afzetten tegen de vastgeroeste Europese politiek. Daar is men in Brussel uiteraard heel bang voor.

De auteur is medewerker bij Meervoud en de Vlaams-Socialistische Beweging

 

Categorieën

Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

‘Dit is een tijd voor mensen die over grenzen durven nadenken, die grenzen durven stellen en grenzen bewaken’, pent Mark Elchardus in ‘Over grenzen’. Het werk is ons boek van de week.