JavaScript is required for this website to work.
post

Syrië ‘spreekt’ Russisch

Mijmering

Dirk Rochtus9/1/2014Leestijd 2 minuten

Welke vreemde talen worden op de scholen aangeleerd? Het antwoord op die vraag leert veel over politiek en macht.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Welke vreemde taal of talen jonge mensen op de schoolbanken leren, zegt vaak iets over de voorkeuren die de elites en beleidsvoerders er in het desbetreffende land op politiek, economisch of cultureel gebied op nahouden. Voor België bijvoorbeeld is dat onuitgesproken duidelijk. Frans is verplicht in het Vlaams onderwijs, Nederlands is een keuzevak in het onderwijs van de Franse Gemeenschap. Duits wordt hier te lande sowieso stiefmoederlijk behandeld, ook al is Duitsland onze belangrijkste handelspartner. In verschillende Centraal- en Oost-Europese landen echter geniet Duits nog altijd een prominente plaats, en de beleidsmakers weten goed genoeg waarom. In diezelfde landen ook is het Russisch na de val van het IJzeren Gordijn van de eerste plaats gestoten door het Engels.

Verleiding

Dat zegt veel over de ‘prioriteiten’ in de Nieuwe Wereldorde die na 1989-’90 ontstond. Engels is nu eenmaal de wereldtaal – de taal van de natie, Amerika – die over een enorme soft power (letterlijk ‘zachte macht’) beschikt, zoals de Amerikaanse politicoloog Joseph Nye de mogelijkheden van een land definieert om anderen te beïnvloeden, bijvoorbeeld via zijn cultuur en zijn culturele uitingen in de brede zin van het woord, zodat anderen die dingen gaan nastreven die dat land zelf ook wil. Het is eigenlijk de macht van de verleiding, die uitgaat van een bepaalde cultuur, en waardoor het land dat die cultuur ‘huisvest’, bewonderd wordt door vele andere landen en waardoor zijn beleidsmakers er in de wereld ook hardere doelstellingen van politieke en economische aard kunnen doordrukken.

Amerika heeft die macht, die soft power,Rusland echter niet. Natuurlijk zijn er overal ter wereld mensen die houden van de Russische cultuur in haar muzikale en literaire verschijningsvormen, maar Rusland heeft niet genoeg soft power opdat massa’s mensen in talloze landen nu zouden gaan dwepen met dat land en via de cultuur ook sympathie zouden gaan opbrengen voor de meer politieke doelstellingen die het nastreeft. Rusland wil een wereldmacht zijn, maar zijn cultuur is niet ‘populair’ genoeg (in de massabetekenis van het woord) opdat andere landen zich vol sympathie naar die doelstelling van Moskou zouden plooien.

Taal en Macht

Of komt daar misschien verandering in? Een merkwaardige beslissing duidt erop dat de soft power van Rusland toeneemt, in Syrië althans: het Syrische ministerie van Onderwijs heeft immers besloten het Russisch als tweede vreemde taal in te voeren. Engels staat als eerste vreemde taal op het leerplan en dan komt Frans als tweede verplichte vreemde taal (wat niet verwonderlijk is gezien het feit dat Syrië van 1923 tot 1943 door de Volkenbond onder het mandaatbestuur van Frankrijk was geplaatst). Volgens de nieuwe plannen verliest het Frans zijn positie als verplichte taal en zullen de scholieren vanaf volgend jaar kunnen kiezen tussen Frans en Russisch.

De belangen van Moskou in de regio zijn gekend. Rusland beschikt over een militaire basis in het Syrische Tartus en wil bovendien vermijden dat Syrië ten prooi valt aan islamfundamentalisten (waarmee het in zijn eigen onderbuik, in de Kaukasus, ook af te rekenen heeft). Daarom houdt de Russische president Vladimir Poetin zijn Syrische ambtgenoot Bashar al-Assad de hand boven het hoofd. Het is een feit dat heel wat Syrische legerofficieren in het verleden een deel van hun opleiding hebben genoten in de Sovjet-Unie, maar waarschijnlijker is het dat Syrië met die nieuwe onderwijspolitiek Moskou zijn erkentelijkheid voor de steun in de afgelopen jaren betuigt en vooral ook de banden met Rusland wil aanhalen. Syrië leert Russisch, of beter, Syrië ‘spreekt’ Russisch. Want het is een waarheid als een koe: de taal volgt de macht.

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties