JavaScript is required for this website to work.
post

Vlaamse beweging en N-VA, uitdager of uitdrager

Pieter Bauwens22/2/2015Leestijd 7 minuten

Onze hoofdredacteur Pieter Bauwens vraagt zich in De Standaard [http://www.standaard.be/cnt/dmf20150220_01540574] (20 februari 2015) af hoe het zit met de verhouding tussen Vlaamse beweging en N-VA. Het is geen makkelijke relatie, beide partners twijfelen en lijken elkaar te wantrouwen. Maar zouden ze niet beter samenblijven? In Doorbraak krijgt u een uitgebreide versie van de tekst. 

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Quid N-VA?

Nog nooit heeft de partijpolitieke Vlaamse beweging er zo goed voor gestaan als vandaag. De N-VA, een Vlaams nationalistische partij of V-Partij (een partij die de onafhankelijkheid van Vlaanderen wil), is de grootste van het land, niet van het verlangde land, Vlaanderen, maar van het bestaande land België. De N-VA is als V-partij de dragende partij van zowel de Vlaamse als de federale regering. Ze is er niet bij om een 2/3de meerderheid te leveren, zoals de Volksunie (VU) ooit deel uitmaakte van regeringen. Sterker nog, een Vlaams-nationalist is nu Vlaams minister-president. De N-VA levert vier ministers van de negen Vlaamse excellenties (tegenover drie voor de CD&V en twee voor de Open VLD) en daarbovenop ook de voorzitter van het Vlaams parlement. De N-VA is daardoor de dragende Vlaamse partij, de Vlaamse machtspartij.

Ook in de federale regering is de N-VA de grootste partij. Dat uit zich niet in een N-VA’er als premier van België, een strategische keuze, maar wel in drie ministers (van de zeven Nederlandstalige) en twee staatssecretarissen (van de vier). Er werd smalend gedaan over de ministerposten die de N-VA heeft in de Vlaamse regering, waar ze onderwijs en welzijn aan de CD&V moest laten, maar in de federale regering bekleedt de N-VA centrale posten: Binnenlandse zaken (Jan Jambon), Financiën (Johan Van Overtveldt), Defensie (Steven Vandeput). Vijf excellenties dus, met Siegfried Bracke als voorzitter van De Kamer erbij maakt dat zes. Samen zijn dat elf mandaten. Geen enkele V-partij heeft dat de N-VA ooit voorgedaan. Een enorm succes.

En ‘de mars door de instellingen’ gaat publiekelijk (en in stilte) verder. Zo kon de N-VA Tom Dechaene laten benoemen tot een van de acht directeurs in Nationale Bank. Kan u zich dat voorstellen? Een Vlaams-nationalist mee aan het roer van de Belgische Nationale Bank. Dat heeft Frans Vander Elst (oprichter van de Volksunie) nooit durven dromen.

Relativeren

Maar toch. We moeten het succes van de V-partijen relativeren. Bij de provincieraadsverkiezingen in 2012 haalden de V-partijen samen 37%. Op 25 mei 2014 was dat voor het Vlaams Parlement amper meer. Vooral de neergang van het Vlaams Belang viel daarbij op. De grote stemmenverschuiving van de traditionele partijen naar een v-partij, in dit geval de N-VA, viel lelijk tegen. Het lijkt er nogal op dat de twee V-partijen communicerende vaten zijn, met een beetje aanstroom vanuit de traditionele partijen. Aanstroom die blijkbaar al gerealiseerd was in 2012. De verkiezingscampagne van 2014 heeft blijkbaar niet gezorgd voor veel extra N-VA kiezers.

Het gevolg was duidelijk en simpel. De N-VA was niet ‘incontournable’. Een regering zonder de N-VA bleek na 25 mei mogelijk. In de onderhandelingen maakte dat een groot verschil. En daarbij moest het initiatief van de N-VA komen. De partij was nu geen uitdager meer van het systeem, ze moet het systeem mee vorm geven.

Gestelde lichamen

Hoe kijkt een Vlaams beweger naar de “gestelde lichamen”, de Belgische instellingen ? Al eeuwen wordt daar luid om gelachen in de Vlaamse beweging. De deur naar dat Belgische cenakel die blijft voor Vlaams-nationalisten toch potdicht ?  Maar niets blijkt minder waar. Tegenwoordig zitten die daar op de eerste rij. Een militaire herdenking met de koning? Dan loopt daar Steven Vandeput, N-VA-minister. Bloemen aan de Congreskolom? Koning Filip samen met Jan Jambon. Het is even slikken voor de oud-strijders  en d evertegenwoordigers van de “vaderlandslievende verenigingen”maar ook menig Vlaams-nationalist valt bijna uit zijn/haar stoel,  neemt het allemaal knarsetandend waar knarsetandend of heeft het over verraad.  De N-VA lijkt alle anti-monarchistische gevoelens te hebben opgeborgen. Geert Bourgeois krijgt in Davos zelfs complimentjes van Koning Filip voor de manier waarop hij België promoot.

Je zal vandaag maar Vlaams beweger zijn en geloven in de achteruitstelling van de Vlamingen en zeker de Vlaams-nationalisten door België en het Belgische systeem. Dan klopt je wereldbeeld niet meer. Dat zie je elke dag op tv. De politieke verantwoordelijkheid van de politie, het leger, de Belgische financiën… ze zijn in handen van Vlaams-Nationalisten. Al zeggen sommigen-nu al- “voormalige” Vlaams-Nationalisten. Maar dat laten we even in het midden.

Het is niet gemakkelijk de Belgische staat als je tegenstrever te zien wanneer die wordt bestuurd door… eigen mensen. Vele Vlaamsgezinden stemden voor de N-VA. Met verschillende verwachtingen. Dat de N-VA in de regering zou stappen is een van die verwachtingen, maar weinigen hadden concreet in gedachten wat daarvan de gevolgen konden zijn. Nu zien we het, elke dag in de krant en op tv. De N-VA moet het systeem dragen in plaats van het uit te dagen. De vraag is in hoever de N-VA een systeempartij wordt en dan al dan niet vervreemdt van het ‘artikel 1’ van de statuten. De vraag is in hoever de N-VA dezelfde weg zal opgaan als bv. het Davidsfonds, dat ooit een deel was van de Vlaamse beweging, maar nu enkel nog een cultuurorganisatie is.

Quid Vlaamse beweging ?

Wat moet de Vlaamse beweging nu? De retoriek die altijd gebruikt is tegen de Belgische regering is nog moeilijk bruikbaar. Want ‘het zijn er van ons’. ‘We moeten de N-VA niet te frontaal aanvallen’ zegt de een, ‘Geef ze het voordeel van de twijfel’ beaamt een ander. ‘We moeten ze op hun plichten en beloften wijzen’ werpt een derde op. ‘Wie het Belgische systeem overeind helpt houden is een vijand’ betoogt nog een ander. ‘We moeten hen waarschuwen voor de sluipende Belgicisering van de N-VA’ beweert nog iemand anders. Het is de Vlaamse beweging zoals we ze kennen:  zet vier man bij elkaar en ze vormen vijf verenigingen die het onderling grondig oneens zijn. Ook nu, zeker nu, is dat het geval.

Eigenlijk is er voor de Vlaamse beweging niets veranderd. De partijpolitieke beweging volgt haar strategie, de niet-partijpolitieke een andere. De situatie waarin de N-VA terechtgekomen is, is de uiterste consequentie van een gelukte participatie strategie: deelnemen aan de macht om iets te veranderen. Nu neemt ze niet deel als een aanhangsel, maar zit ze in het cnetrum van de machtsuitoefening. Toch verandert dat niets voor de Vlaamse beweging.

Wij betogen

In 2006, in tempore non suspecto schreef ik als jonge-nieuwbakken ondervoorzitter van de VVB samen met Guido Moons, toen al een icoon, en een van mijn mentoren in de Vlaamse beweging, een hoofdstuk voor het boek Wij betogen (Pelckmans). Wij zagen de taak van de VVB als volgt: ‘Ten eerste bepleit de VVB de Vlaamse onafhankelijkheid. Dat wil zeggen dat we de publieke opinie ervan willen overtuigen dat Vlaamse onafhankelijkheid de beste optie is voor de toekomst. Daarnaast wil de VVB ook een Vlaamse politieke waakhond zijn. De VVB moet erover waken dat zolang de onafhankelijkheid geen feit is, de belangen van de Vlamingen niet worden geschaad. Waar dat wel dreigt te gebeuren moeten we ingrijpen. (p. 318-319)’ Na negen jaar zou ik dat anders formuleren, maar de inhoud blijft overeind. Net zoals nog wel wat in dat hoofdstuk.

De Vlaamse beweging moet het onafhankelijkheidsdebat op de politiek agenda zetten/houden. De argumenten zijn er. De niet-partijpolitiek beweging is weggeblazen door de propagandakracht van de N-VA die het discours naar confederalisme bracht. Maar in die politieke strategie hoeft de Vlaamse beweging niet mee te lopen. Confederalisme heeft alles te maken met politieke haalbaarheid en meerderheden. Een drukkingsgroep mag zijn overtuiging niet laten afhangen van politieke haalbaarheid. Als je het aan politiek partijen overlaat verandert er nooit iets grondig, gefocust als ze zijn op politiek haalbaarheid. In België is die politieke haalbaarheid door de vergrendeling eigenlijk een deel van het probleem. Een middenveldorganisatie moet blijven geloven in de kracht van haar overtuiging.

Systeemfouten

De N-VA mag en moet op haar plichten gewezen worden. Ze zijn een bevriende politieke partij voor de Vlaamse beweging, maar dat mag er ons niet van weerhouden te vragen hoe de N-VA door deelname aan deze regering de Belgische systeemfouten denkt aan te pakken. Zal de N-VA als een notarispartij trouw de staatshervorming uitvoeren die ze bekampt heeft? Zal ze proberen om die miskleun van een staatshervorming onderweg te remediëren in de 37 samenwerkingsakkoorden? Wat met het KB dat de wet op de tweetaligheid van 140 federale topambtenaren moet uitstellen? Zal de N-VA de Brusselse Metropolitane Regio mee helpen uitbouwen? Of wanneer komen er uitvoeringsbesluiten voor de in 2001 goedgekeurde bijzondere wet dat ‘de onderdelen van ontwikkelingssamenwerking die betrekking hebben op gewest- en gemeenschapsmateries overgeheveld zullen worden naar de deelstaten’? De Vlaamse compensaties zijn betaald, maar de splitsing kwam er nooit, omdat… de uitvoering een bijzondere wet vereist… Grendels, grendels, grendels. Hoe zullen de Vlaamse en de federale regering zich opstellen in het dossier over het nieuwe voetbalstadion op “parking C” van de Heizel? Of, ik hou het beste voor het laatste… de transfers, de scheeftrekkingen in de sociale zekerheid… er is nog wel wat om op te volgen.

De Vlaamse beweging moet niet bang zijn om naar voren te komen met een concreet thema om dat inhoudelijk uit te werken en te proberen het op de politieke agenda te zetten. Dat heeft ze goed gedaan met BHV. De uitkomst is niet wat ervan gehoopt werd, maar ze heeft wel heel goed de onmogelijkheid aangetoond om in de Belgische constructie eerlijk en fair te onderhandelen en tot een even eerlijk en fair resultaat te komen. Vergrendeling als eeuwig Belgisch refrein. Die systeemfouten in de Belgische constructie moet de Vlaamse beweging opnieuw aantonen.

Onafhankelijkheid

Volgens onderzoek in 2006 was in Catalonië toen 14,9% van de bevolking voor onafhankelijkheid. Eenzelfde onderzoek in 2013 kwam uit op 47%. Ondertussen is de politieke discussie over onafhankelijkheid er op de spits gedreven en komen er verkiezingen met onafhankelijkheid als inzet. Ook in Catalonië was het verhaal er een van culturele achteruitstelling door de centrale overheid in Madrid en een fiscale discriminatie, transfers zeg maar. In Vlaanderen zijn er tussen de 10 en de 20% mensen gewonnen voor onafhankelijkheid, met sterk schommelende resultaten van verschillende peilingen. Is hier een omslag mogelijk? Ja, maar dan zal de Vlaamse beweging goed moeten nadenken over de strategie. De veranderende situatie is misschien een goede gelegenheid.

Kernpunt blijft de onafhankelijkheid die nodig is om de systeemfouten te herstellen. Vlamingen worden, op enkele restconflicten na, niet meer als tweederangsburgers beschouwd in dit land. Maar de grendels en de transfers, samen met die restjes Belgique de papa moet de Vlaamse beweging blijven aan de kaak stellen. De ingewikkelde staatsstructuur is daarbij zowel een argument als een hinderpaal.

Trouwens, de N-VA hoeft de Vlaamse Beweging ook niet negatief te bekijken. Beide kunnen objectieve bondgenoten zijn. Hoe meer de Vlaamse beweging erin slaagt de publieke opinie te overtuigen dat de systeemfouten van België zo groot zijn dat er drastisch moet worden ingegrepen, hoe beter voor de V-partijen. Tenzij de N-VA vindt dat systemische verandering nu wel mogelijk is. De N-VA zou zich in dat geval beter spiegelen aan de Scottish National Party (SNP), die de motor was van het referendum in Schotland, in samenwerking met het middenveld. Misschien is een duidelijk standpunt politiek interessanter dan een flou, met veel mist rond.

De volgende verkiezingen zijn in 2019. Wat houdt de N-VA en de Vlaamse beweging eigenlijk tegen om de handen in elkaar te slaan en samen een grote onafhankelijkheidscampagne op te zetten en de verkiezingen van 2019 een duidelijk thema te geven?

Foto (c) Reporters 

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

‘Sick’ is een relevante en hilarische roman waarin Bavo Dhooge alle humoristische registers opentrekt, zonder daarbij ook maar een moment de vinger van de pols van de maatschappij te halen.