De Verenigde Naties (VN) hebben een brief openbaar gemaakt die de Algerijnse regering om uitleg vraagt over de manier waarop zij de protestants-christelijke minderheid behandelt. Kerksluitingen, discriminatie en pesterijen De brief van de VN is ondertekend door drie speciale rapporteurs van de VN (die voor de vrijheid van godsdienst en overtuiging, de vrijheid van vreedzame bijeenkomst en vereniging, en die voor minderheden). De Algerijnse regering kreeg de brief al in december 2020. De VN vragen 'gedetailleerde informatie' over de sluiting…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
De Verenigde Naties (VN) hebben een brief openbaar gemaakt die de Algerijnse regering om uitleg vraagt over de manier waarop zij de protestants-christelijke minderheid behandelt.
Kerksluitingen, discriminatie en pesterijen
De brief van de VN is ondertekend door drie speciale rapporteurs van de VN (die voor de vrijheid van godsdienst en overtuiging, de vrijheid van vreedzame bijeenkomst en vereniging, en die voor minderheden). De Algerijnse regering kreeg de brief al in december 2020. De VN vragen ‘gedetailleerde informatie’ over de sluiting van Protestantse erediensten in het hele land.
Zeven pagina’s telt de brief. Daarin vatten de VN-rapporteurs enkele van de laatste ontwikkelingen samen. Volgens de VN zijn die een schending van de mensenrechten in Algerije. Het land viseert vooral kerken aangesloten bij de Église Protestante d’Algérie (EPA). Daarnaast is er in de brief ook sprake van discriminatie van leden van de protestantse christelijke minderheid.
De EPA is al 70 jaar erkend in Algerije. De organisatie verzamelt het grootste aantal protestantse kerken in het land. De groep verloor zijn juridische status nadat de autoriteiten hun officiële registratie niet hadden verlengd, ondanks verschillende pogingen.
Administratieve christenvervolging
Sinds januari 2018 zijn 13 kerken die zijn aangesloten bij de EPA, door de autoriteiten gesloten. Nog eens 49 andere protestantse erediensten worden met sluiting bedreigd, somt de brief op. De kerksluitingen gebeuren op basis van een wet uit 2006 over de regels en voorwaarden voor de uitoefening van de niet-islamitische eredienst. Diezelfde wet maakt ook ‘bekeringsdwang’ bij moslims strafbaar. Het is in Algerije verboden om je als moslim tot het christendom te bekeren.
De wet stelt dat alle gebedsplaatsen moeten goedgekeurd worden door de Nationale Commissie voor de Niet-islamitische Eredienst. Maar die commissie is volgens Christian Solidarity Worldwide (CSW) sinds de wet van kracht werd nog nooit samengekomen. Dat betekent dat de aanvragen voor het gebruik van gebouwen als gebedsplaats of voor de bouw van nieuwe kerken nooit worden behandeld. Zo worden kerken niet meer als cultusplaats erkend. En dus moeten ze gesloten worden.
‘Deze onzekerheid’, zegt de VN- brief, ‘wordt versterkt door openbare verklaringen van politieke vertegenwoordigers op sociale media. Daarin weigeren ze gesloten gebedshuizen te heropenen. En ze spreken ze over de noodzaak om alle “illegale” kerken in Algerije te sluiten’. Volgens het landenrapport van Open Doors zei President Tebboune tijdens een speech voor de Algerijnse Onafhankelijkheidsdag op 18 februari 2020 dat Algerije zijn nationale identiteit zal blijven verdedigen tegen ‘samenzweringen van christenen en bekeringen’.
Fysiek geweld
De VN-Mensenrechtenraad hekelt ook het gebruik van ‘fysiek geweld’ tegen kerkleden. Net als intimidatie en discriminerende behandeling van EPA-vertegenwoordigers op luchthavens en grenscontroles. Allemaal uitgevoerd door ‘autoriteiten van de staat’.
De rapporteurs uiten hun ‘bezorgdheid over de situatie van gebedshuizen en kerken die zijn aangesloten bij de Protestantse Kerk van Algerije. Volgens de VN neemt dat de vorm aan van een administratieve sluitingscampagne. Die zou ernstige gevolgen hebben voor het recht van de protestantse christelijke minderheid om zich vrijelijk te manifesteren en haar religie of overtuiging te beoefenen, inclusief door aanbidding, het uitvoeren van riten en onderwijs, evenals het recht van haar leden op vrijheid van meningsuiting. Dat zijn rechten gegarandeerd door het internationaal recht. Ze werden ook vastgelegd in de artikelen 18 en 19 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (ICCPR)’.
Vragen aan de Algerijnse regering
De brief eindigt met een reeks vragen aan de Algerijnse regering. Zo willen de rapporteurs een ‘gedetailleerde toelichting op de feitelijke en wettelijke basis die de sluiting van de 13 gebedshuizen en kerken rechtvaardigde’. Daarnaast vragen ze ook ‘informatie over de herregistratieprocedure van de EPA.’ Bijkomend vragen ze ook waarom die procedure nog niet is afgerond. De brief vraagt ook om een onderzoek door de Algerijnse overheid naar overtredingen tegen protestantse kerkleiders. En hij verzoekt haar elke verantwoordelijke te identificeren en te straffen.
Dit is niet de eerste dergelijke brief die de mensenrechtenrapporteurs van de Verenigde Naties aan de Algerijnse regering sturen. In oktober 2018 benadrukte een eerste brief al de bezorgdheid van de UNHRC over religieuze vrijheid in het Noord-Afrikaanse land. Daarbij werden de beperkingen voor en de discriminatie van de protestants-christelijke gemeenschap aan de kaak gesteld. Toen reageerde de Algerijnse regering niet.