JavaScript is required for this website to work.
post

Waarom gaat de N-VA bergaf?

Kleinzielige boekhoudertjes versus kleinburgerlijke belastingproducenten

Koenraad Elst17/4/2016Leestijd 6 minuten

De N-VA zit met een probleem. Ze had de strijd om de harten en geesten gewonnen, maar verspeelt haar kansen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De N-VA zit ideologisch in de knoop, maar dat interesseert slechts enkelingen, zoals de lezers van Doorbraak. Ze zit echter ook publicitair op het verkeerde spoor, en dat heeft gevolgen voor de openbare mening en dus ook voor de volgende verkiezingsuitslag.

Toen de partij stormenderhand de grootste werd, was dat onder het motto: ‘De kracht van verandering’. Zelf vond ik haar programma verdedigbaar, maar het was niet die slogan die mij over de streep haalde, integendeel. Hij is uiterst banaal en zegt niets, zoiets als de snel vergelende reclame: ‘Nieuw!’ Verandering is er sowieso, onder elke partij, tenzij er gepreciseerd wordt wélke verandering. Maar dat, zeggen verkiezingsstrategen, zou ideeën en politieke keuzen op de voorgrond brengen, en die zaaien maar verdeeldheid. Om een maximaal kiezerspotentieel aan te boren is het dus beter, nietszeggend te blijven, genre de slogan waarmee Jacques Chirac president van Frankrijk werd: ‘La France pour tous’. Gezien het verbluffende resultaat ben ik niet in een positie om aan de juistheid van de keuze voor ‘de kracht van verandering’ te twijfelen. Alleen, ze is niet voor herhaling vatbaar. Volgende keer wordt de partij op haar beleidsresultaten beoordeeld, en daar zal de verkiezingsleuze nog maar weinig aan kunnen doen. 

Asociaal en cassant

Telkens Ben Weyts op tv komt, is het om nieuwe boetes, heffingen of belastingen aan te kondigen, met een glimlach en een goed geweten waar maar weinig kijkers begrip voor opbrengen. Het is soms moeilijk om een speld te krijgen tussen wat hij aan rechtvaardiging ten beste geeft, alleen zegt mijn anekdotische ondervinding dat de kijkers er een slecht gevoel bij krijgen. Je dacht dat je voor minder belastingen gestemd had, en dan dat. Liesbeth Homans is als een harde tante gaan gelden, en niet elke N-VA-kiezer kan haar als ongevoelig overkomend beleid slikken. Ook hier weer: de minderheid die naar Villa Politica kijkt, kan haar welsprekende pleidooien niet weerleggen, maar ze heeft een asociaal imago gekregen. Zeggen dat men eerst zijn huis moet verkopen voor men op het ocmw beroep kan doen, is redelijk, maar verwachten dat Syrische asielzoekers hun platgebombardeerd huis eerst moeten verkopen, is dat niet. Je kan ze gebeurlijk weigeren op te vangen, maar als je ze opvangt, zijn zulke voorwaarden echt bij het haar getrokken.

Erg cassant was destijds de besparing op uitkeringen voor mantelzorgers. Die zou weinig geld opbrengen maar wel vele kwetsbare mensen treffen. Weinig voordeel, veel nadeel, dat is niet erg economisch geredeneerd. En juist die mensen hadden poster-boys en vooral poster-girls van het conservatieve én liberale imago van de partij kunnen zijn: zij leggen de last van de zorg niet bij de overheid, maar steken zelf de handen uit de mouwen en houden door hun vrijwillige inzet de hoeksteen van de samenleving in stand. Als de N-VA hen schoffeert, dan zijn dat zo veel kiezers minder. De partij geeft de indruk van hooghartigheid tegenover die noeste kleine luiden. Bovendien geeft ze de boodschap mee dat ze haar eigen ideologische nummertjes niet ernstig neemt. Niet iedereen is het met de conservatieve denkoefeningen van De Wever eens, maar iedereen respecteert een partij die tenminste de moed van haar overtuiging heeft. Dat lijkt hier niet het geval.

Je mag hard overkomen als dat gezien wordt als consequent met je fundamentele ideologie. Mocht dus het als hardvochtig aangevoeld sociaaleconomisch beleid een logisch gevolg zijn van een Groot Verhaal, dan was het beter te verteren. Eender welke beleidskeuze van de oude CVP werd door de meerderheid van haar kiezers geslikt omdat ze wel ingegeven moest zijn door belangenbehartiging van de christelijke visie, waarvan de partij als enige hoedster gold tegen de goddeloze liberalen en socialisten. De negatieve rol van de hilarische (maar op zich onbelangrijke) anekdote met de transgendertoiletten is dat zij een welsprekende illustratie vormen van ideologische onsamenhangendheid. Je afficheert jezelf als conservatief, als een breuk met wat men de politieke correctheid noemt; maar in de feiten rep je je om de aloude politieke correctheid in te volgen. Consequent met het ‘nationalisme’, of gewoon met het gezond verstand, zou bijvoorbeeld zijn om heel het onzinbeleid aangaande ‘minderheden’ en ‘antidiscriminatie’ te herbekijken, en het verdelende begrip ‘minderheden’ vierkant uit te bannen; maar op dat gebied heeft de N-VA nog geen enkele merkbare verandering gebracht.

Zelfs sterkhouder Bart De Wever, die soms de sfeer erin houdt met een conservatief gezondverstandvertoog, raakt meer en meer vereenzelvigd met onaangename boodschappen, zoals de nood aan pensionering op hogere leeftijd en aan nog meer besparingen in de sociale zekerheid. Zijn wens om de Syrië-strijders maar te laten sneuvelen, draagt bij tot dat gevoelloze imago. Weinig kiezers geven om die Oostfronters, maar hen nu ook gaan doodwensen, dat versterkt onnodig de al bestaande indruk van meedogenloosheid. En jawel, daags nadien werden weer talloze kiezers in de portefeuille getroffen, nu door de feitelijke verlaging van de ambtenarenpensioenen, een andere vorm van dezelfde gevoelloosheid. Die verlaging is al door vele financieel-economische waarnemers bepleit als nodig en redelijk, maar het resultaat zal toch weer talloze ambtenaren en hun gezinsleden tegen de haren in strijken en negatief stemmen tegenover de verantwoordelijke partijen.

De rechtvaardiging voor dat spaarzame beleid, namelijk de oprechte zorg om de komende generaties die niet met onze kosten moeten opgezadeld worden, komt in de media nauwelijks uit de verf, mede doordat de N-VA er zelf onvoldoende op hamert. Zorg om de kinderen en kleinkinderen, dat is toch conservatief bij uitstek, het tegendeel van Maynard Keynes’ links-liberale wereldbeeld: ‘In the end we’re all dead’? Het is toch met dat soort thema’s dat Bart De Wever de conservatieve speeches doorspekte waarmee hij vroeger kiezers ronselde? Maar telkens de N-VA in de media genoemd wordt, verschijnt daar een kleingeestige boekhouder in beeld, een weifelende ‘nieuwe tsjeef’ of een slinger van het ene uiterste naar het andere, en niets van de grote beginselen die de ongemakken van dit beleid zouden rechtvaardigen.

The vision thing

De N-VA heeft last van wat vader Bush spottend ‘the vision thing’ noemde. Ook dagjespolitici zonder tijd voor zoiets onnozels als ideologische beginselen, kunnen beter beseffen dat visie geen fantasietje ver van hun eigen bestuurstafel is, maar een stemmentrekker die de electorale positie waar hun macht op stoelt, kan maken of breken.

Er is veel dat de kiezers de N-VA moeten vergeven, bijvoorbeeld de vijf jaar communautaire vasten of de onnodig felle, nu zelfs principieel geworden trouw aan de schutkring tegen het VB. Zelf geen flamingantische erfkiezer, kan ik voor de communautaire onthouding best begrip opbrengen, maar anderen tillen er zwaarder aan. Zelfs zij kunnen er, na al die decennia vruchteloos reikhalzen, wel mee leven dat de onafhankelijkheid weer wat moet wachten, maar het is voor hen moeilijker te verteren dat de N-VA binnen haar eigen winkel de onafhankelijkheid ontrouw geworden is door het alternatief ‘confederalisme’ te lanceren. Idem voor de schutkring: aanvankelijk leek het dat de N-VA wou breken met de aanstellerij van ‘democratische’ partijen die de status-quo met een dramatische schutkring meenden te moeten beschermen. Het was verwacht, ook door de vele overgelopen VB-kiezers, dat de N-VA geen zaken zou doen met het VB, maar niet dat ze actief en van harte aan de schutkring zou meedoen. Het viel nog net te begrijpen dat zij het spel passief ging meespelen; het werd wat anders toen De Wever schuimbekkend de schutkring ging omarmen: ‘Zelfs bij een VB-resolutie dat de zon schijnt, zou ik nóg tegenstemmen.’ Je hoeft echt geen VB’er te zijn om hier enkele weinig eervolle factoren aan het werk te zien: het zich vooral willen conformeren aan de oekazen uitgevaardigd door een roodgroene vijand van de Vlaamse, de liberale en de conservatieve agenda; en het omlaag trappen tegen een partij die toch al gemarginaliseerd is. Het is weer een kleinigheid, maar ze draagt er toe bij dat steeds meer kiezers aan hun keuze voor de N-VA gaan twijfelen.

Ook het beleid tegenover de asielzoekers en de terreurdreiging is niet echt een stemmentrekker. Het wordt wel meer gesmaakt dan wat de PS ervan zou bakken, daar maakt de N-VA zeker een verschil. De kiezer vergeeft het minister Jan Jambon dat zijn veiligheidsdiensten door de jihad-strijders verschalkt zijn, en de aanhouding van een reeks daders en medeplichtigen maakt veel goed. Anderzijds gaan de kiezers nu ook niet de rangen sluiten rond het boegbeeld van de veiligheid. Ook hier zet de partij geen duidelijke koers uit. Zij had bij deze gelegenheid haar pro-islambeleid kunnen herbekijken, maar heeft dat blijkbaar niet gedaan. ‘De oplossing voor de radicalisering is: meer islam’, aldus samengevat Geert  Bourgeois, zowel voor als na. Op dat punt is het N-VA-imago eerder gemengd en lauw, hetgeen de tsjeverige Vlaamse kiezer doorgaans wel goed vindt, maar het kan een zeker terugvloeien van vroegere VB-kiezers naar het VB toch niet voorkomen.

Er is echter één beleidspunt waar de N-VA echt trots op mag zijn: eindelijk een niet-socialistisch herstelbeleid waar de volgende generaties haar dankbaar om zullen zijn. Daar krijgt de centrumrechtse kiezer wel waar hij om gevraagd heeft, al is hij minder geestdriftig eens het concreet wordt. Of althans, van gebeurlijk gunstige reacties op het beleid horen we niets in de media. Inderdaad, het wordt vertekend door zijn onaangename gevolgen op korte termijn. De bevolking, die ook de eindjes aaneen moet knopen, heeft best wel begrip voor de nood om de rekeningen te doen kloppen, maar nu wordt niet voldoende op die nagel geklopt. Integendeel, de onaangename kanten van dat saneringsbeleid worden door de media uitvergroot en bezorgen de N-VA een zeer asociaal imago, dat een partij van vooral impulskiezers meer schade berokkent dan de stamboekliberale (‘antisociale’) Open Vld. Weliswaar zijn het niet de steuntrekkers en andere belastingconsumenten die de N-VA groot gemaakt hebben, en zij kunnen de N-VA dus ook niet verlaten, maar ook de kleinburgerlijke belastingproducenten zijn niet geestdriftig over een beleid dat zij hoogstens als noodzakelijk goedkeuren. Het zou kunnen dat de economie tegen 2019 een sterke opleving kent; dan zullen de kiezers besluiten dat de opgelegde inspanningen blijkbaar vruchten afwerpen. Dat zou een resultaat zijn waar geen ton vijandige media-verdraaiing tegen op kan. In alle andere gevallen echter zal zelfs een succesvol en nageslachtvriendelijk soberheidsbeleid geen stemmentrekker worden.

De N-VA, zoals de Vlamingen in het algemeen, verkoopt zich slecht. Niet dat de andere partijen zo charismatisch zijn, maar zij hebben geen grote electorale voorsprong te verdedigen, zij hebben vaak nog veel gewoontekiezers, en zij hebben de media niet tegen. Die zullen elk ongelukje uitvergroten, elke verdienste wegmoffelen en alles doen om de N-VA een slecht imago te bezorgen. De partij heeft nog geen merkbare tegenzet uitgebroed. Scouts in hun jeugdige overmoed zeggen dan: ‘Doe wel en zie niet om’; maar politici voeren, naast een goed beleid, ook de strijd om de harten en geesten. En in die strijd is de N-VA voor het ogenblik aan de verliezende hand.

 

Foto: (c) Reporters

Koenraad Elst (1959) is orientalist. Hij werkte als politiek journalist bij diverse Vlaamse en Indiase media, van Trends en Punt tot The Pioneer en Pragyata Magazine, als assistant buitenlandbeleid in de Belgische senaat, en als gastprofessor in twee Indiase universiteiten. Zijn eigenlijke roeping vindt men echter in de tientallen onderzoekspapers en een dertigtal boeken, vooral over de belangrijkste hangijzers in de antieke en hedendaagse feiten- en ideeëngeschiedenis van India, en verder over faits divers als de islam.

Commentaren en reacties