‘Wat komt ge hier eigenlijk doen?’

Nu vind ik Bilzen een sympathieke gemeente omdat o.m. Annick Ponthier er woont, én omdat de naam naar het schijnt afstamt van Belenos, de Keltische god van de muziek en het boogschieten (de trillende snaar!) waarnaar ook het gebied Belgica zou zijn genoemd. Asterixfans weten dat, carnavalisten ook. Maar de komst van Julius Caesar naar deze nederzetting aan de Demer is uiteraard niet proportioneel. Uiteraard evenmin de verschijning van Caesarion Tom Van Grieken een week eerder. Wellicht hoopt de N-VA-voorzitter dat de VB-kiezers zo geschrokken zijn van het resultaat dat ze weer allemaal terugkeren naar de schaapstal.

Hoe dan ook, naar het schijnt werd de keizer van Antwerpen tijdens zijn triomfantelijke intrede door schoolkinderen en oma’s belaagd voor een selfie, maar hier en daar klonken ook gedempte kreetjes als ‘wat komt ge hier doen?’ en ‘Keer rap terug vanwaar ge gekomen zijt’. 
Meteen denk ik aan de wilden op een Indiaas eiland die een missionaris met speren doorzeefden omdat hij geen gevolg gaf aan de laatst geciteerde aanmaning. Als de N-VA de nadruk legt op grenzen en identiteit, moeten ze ook begrijpen dat een Limburgs-Kempisch (zeg niét Maaslands, dat is vijf kilometer verderop!) ritueel zijn eigen beslag moet krijgen. En dat Beter Bilzen, Bruisend Bilzen en Trots op Bilzen het maar onder elkaar moeten uitvechten.

Ik weet niet of de auteur van het boek ‘Over Identiteit’ zich van die kosmopolitisch-globalistische misser met een lichte toets van kolonialisme bewust is. Teveel Julius Caesar gelezen misschien en te weinig Asterix. Soms kan een mens ook té geleerd zijn en een politicus té zelfingenomen.
Een grote pot populistische toverdrank, geheim streekproduct, kan dan wonderen doen. Sinjoren buiten, Bilzen Alaaf!