Het Europees Parlement en de lidstaten hebben maandagnacht - op de valreep - een deal bereikt over de EU-begroting voor volgend jaar. Het totale Europese budget voor 2023 ligt uiteindelijk nog ruim een miljard hoger dan de ontwerpbegroting van de Europese Commissie. 'Er zijn enkele nuttige accentverschuivingen gebeurd, maar het is hoog tijd om financieel opnieuw orde op zaken te stellen', waarschuwt Johan Van Overtveldt (N-VA). Hij is voorzitter van de commissie Begroting binnen het EP. Binnen het Europees Parlement…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Het Europees Parlement en de lidstaten hebben maandagnacht – op de valreep – een deal bereikt over de EU-begroting voor volgend jaar. Het totale Europese budget voor 2023 ligt uiteindelijk nog ruim een miljard hoger dan de ontwerpbegroting van de Europese Commissie. ‘Er zijn enkele nuttige accentverschuivingen gebeurd, maar het is hoog tijd om financieel opnieuw orde op zaken te stellen’, waarschuwt Johan Van Overtveldt (N-VA). Hij is voorzitter van de commissie Begroting binnen het EP.
Binnen het Europees Parlement overheerst tevredenheid over de deal die finaal werd bereikt. Toen de Commissie afgelopen zomer een ontwerp op tafel legde voor de begroting 2023 klokte dat oorspronkelijk af op 185,6 miljard euro. Ruw gesteld gaat van dat bedrag zowat een derde naar landbouw, een derde naar de Europese cohesiefondsen en nog eens een derde naar andere uitgavenposten.
Bovenop dat al behoorlijk impressionante bedrag komt sinds kort ook nog eens een extra investering van zowat 113 miljard euro in het kader van NextGenerationEU. Dat herstelplan – het grootste uit de EU-geschiedenis – is twee jaar geleden goedgekeurd en wil de lidstaten helpen om hun economieën opnieuw op te bouwen en te vergroenen na de coronacrisis. Het loopt parallel met de ‘gewone’ EU-meerjarenbegroting.
Oekraïne
Met het nu bereikte akkoord is het Europees Parlement er dus in geslaagd om nog eens ruim een miljard extra uit de brand te slepen. Die extra middelen komen vooral Europese programma’s en initiatieven ten goede die opgestart zijn in de nasleep van de oorlog in Oekraïne. Zo gaat er 150 miljoen naar het Erasmus+-programma, dat op studenten en docenten uit Oekraïne mikt. Er komt ook 150 miljoen euro extra vrij voor humanitaire hulp aan het zwaar getroffen land en er gaan extra centen naar de strijd tegen de energiecrisis in de EU zelf.
De meest opvallende maatregel is de 280 miljoen euro die extra wordt uitgetrokken voor het NDICI-fonds (Neighbourhood, Development and International Cooperation Instrument). Dit weinig bekende vehikel dat pas medio 2021 het levenslicht zag, is met een budget van net geen 180 miljard euro het belangrijkste EU-instrument voor internationale samenwerking en duurzame ontwikkeling. Met de extra centen wil de EU de oostelijke en zuidelijke buurlanden helpen om de gevolgen van de oorlog in Oekraïne beter op te vangen.
Onbestaande controle
Het Europees Parlement mag zich dan al op de borst kloppen over de deal, hier en daar groeit er stilaan ook enige bezorgdheid over de evolutie van de Europese begroting. ‘Het wordt almaar duidelijker dat we stilaan de grenzen bereiken van het huidige meerjarig financieel kader, zeg maar de langetermijnbegroting van de EU’, vindt Johan Van Overtveldt. ‘Onder meer de pandemie en de oorlog in Oekraïne zorgen ervoor dat het meerjarenplan dat we in 2020 afsloten voor een periode van zeven jaar stilaan volledig uit zijn voegen aan het barsten is. Bovendien vallen een flink deel van die extra uitgaven dus ook volledig buiten de reguliere begroting. Lees: ook de democratische controle op al die miljarden, waarvoor het Europees parlement nochtans bevoegd is, is onbestaande.”
Weinig animo
Voor Van Overtveldt ligt er vandaag dan ook maar één optie op tafel: het budgettaire meerjarenplan moet grondig herbekeken worden. En daarbij mag een herschikking van de beschikbare budgetten geen taboe meer zijn. ‘Dat is niet enkel een kwestie van centen: de EU moet ook opnieuw bekijken wat vandaag de grootste uitdagingen zijn die op ons afkomen. Maar ik maak me niet al te veel illusies: binnen de raad van regeringsleiders is daar weinig tot helemaal geen animo voor, om de eenvoudige reden dat je bij zo’n herschikking al snel de doos van Pandora dreigt te openen. Het Parlement zelf heeft in deze uiteraard weinig bevoegdheden, we kunnen enkel maar waarschuwen, maar ik heb wel het gevoel dat de Commissie onze bezorgdheden op dat vlak stilaan wél ernstig begint te nemen.’