Op 22 september 1975 pleegt de dan 45-jarige Sara Jane Moore in Californië een moordaanslag met een revolver op de Amerikaanse president Gerald Ford (1913-2006). Ze probeert de Amerikaanse president om het leven te brengen voor het St. Francis Hotel in San Francisco. Deze aanslag doet zich voor amper 17 dagen nadat voormalig Manson-sektelid Lynette Fromme al eens probeerde Ford te vermoorden. Maar president Ford komt er opnieuw met de schrik vanaf.

Vanop een afstand van 12 meter vuurt Moore een enkel schot af op de president. De kogel mist de president omdat de toevallige voorbijganger Oliver Sipple in een geweldige reflex schutster Moore bij de arm grijpt en haar vervolgens op de grond trekt. Hij voorkomt met zijn hand dat het wapen opnieuw kan worden afgevuurd. Het schot van Moores .38 kaliber revolver ketst af op de ingang van het hotel waardoor een andere niet betrokken voorbijganger licht wordt gewond.

Sara Jane Moore was opgeleid als verpleegster, diende in het United States Women’s Army Corps en was vijf keer getrouwd voordat zij zich in de jaren zeventig tot ‘revolutionaire politiek’ wendde. Getuigenissen van vrienden wezen uit dat ze geobsedeerd was door de ontvoering van de Amerikaanse miljonairsdochter Patty Hearst. Bovendien wordt ze vanwege haar vrijwilligerswerk voor Randolph Hearsts organisatie People In Need FBI-informant.

Moore pleit schuldig aan de poging tot moord op de president en wordt op 15 januari 1976 tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld. Ze ontsnapt in 1979 uit de gevangenis, maar wordt een paar uur later weer opgepakt. Sara Jane Moore komt op 31 december 2007 vrij, na 32 jaar in de cel te hebben doorgebracht.

Randolph Hearst

Vandaag 1975: Sara Jane Moore pleegt moordaanslag op Amerikaanse president Gerald Ford