Koreaanse zeeslag verdient publiek

Met het stripalbum No Ryang debuteert een Koreaanse striptekenaar in een typisch westerse stripreeks. De Brusselaar Jean-Yves Delitte zorgt voor de regie van het project. Het resultaat is meer dan de moeite waard.

Koreaanse ster

Bij een recensie van No Ryang komt enige context kijken; ten eerste enige uitleg over de auteurs en ten tweede uitleg over de geschiedenis. De striptekenaar is een bijzonder geval. Q-Ha, of met zijn echte naam KiuHa Jeung (°1976), uit de havenstad Busan, studeerde cartoons en westerse schilderkunst aan de universiteit en behaalde een doctoraat in tekenfilms in 2014.

Zijn stripwerk is lokaal heel bekend en hij is lid van de Superani studio. In 2014 begon hij een reeks over Meester Koza. In 2019 raakte hij in contact met de Franse uitgeverij Glénat. Daarnaast geeft Q-Ha les aan verschillende universiteiten in Zuid-Korea en werkt ook aan de universiteit. Zijn tekenstijl in dit album is niettemin zeer Westers. Op Twitter is hij ook actief als Q_HA76.

Langzaam opgebouwde carrière

De Brusselse striptekenaar en scenarist Jean-Yves Delitte brak in 1989 door als tekenaar van de verdienstelijke reeks Donnington bij uitgeverij Lombard. De reeks speelde zich in Congo af en combineerde een realistische tekenstijl die aansloot bij de toen ontzettend populaire klare lijn, maar nog steeds genoeg persoonlijkheid toonde. Van opleiding was Delitte architect en dat vertaalde zich in zeer gedetailleerde voorwerpen en voertuigen (en prachtig zwart lijnenwerk). Ook de mise-en-page van zijn stroken en platen viel op door creativiteit en gevoel voor proportie.

Na drie albums hield Lombard op met de reeks. De auteurs breidden nog een vervolg aan de reeks vast bij de Brusselse uitgeverij Hélyode die in haar korte bestaan (1991-1997) een prachtig fonds opbouwde rond heruitgaven en nieuwe albums van Jacques Martin, Jean Pleyers en Marco Venanzi die gebroken hadden met Franstalige uitgeverijen zoals Casterman en Le Lombard. Ook andere groten van die tijd zoals de Fransman Didier Savard (van de reeks Dick Herrison) publiceerden er werk. De stripauteurs belandden echter van de regen in de drop.

Patrice Le Hodey (Hélyode is een anagram van Le Hodey) is een erfgenaam van de eigenaars van La Libre Belgique en vicevoorzitter van IPM (dat La Dernière Heure en La Libre uitgeeft). Hij bleek echter in 1998 met de door hem overgenomen uitgeverij Claude Lefrancq failliet te gaan na een verloren proces tegen Henri Vernes (auteur van Bob Morane). Le Hodey bleek al jaren te knoeien met de uitbetaling van de auteursrechten. Ook bij de imprint Hélyode liep alles mis voor de auteurs.

Na een minder succesvolle periode volgde plots met Black Crow een reeks die er stond als een huis. Delitte zorgde nu zelf voor de scenario’s en tekende één van de meesterwerken uit zijn œuvre. Deze piratenreeks combineerde grafische pracht met sterke scenario’s. De tekeningen van de schepen zijn steeds een plezier om zien.

Met de lancering van de reeks De grote zeeslagen in 2017 schiep Delitte een bijzonder segment in de markt. Zelf tekende en schreef hij het eerste album rond de zeeslag bij Chesapeake tussen de Fransen en de Britten in 1781. Vervolgens schreef Delitte magnifieke scenario’s voor de ‘verstripping’ van de slagen van Trafalgar en Lepanto (ook in het Nederlands uitgegeven bij Glénat).

De Brusselaar voert de titel peintre officiel de la Marine op de cover. Een eretitel die in Frankrijk ook Joseph Vernet, Paul Signac en Auguste Matisse kregen (en in de tijd van de monarchie graveur Jacques Callot en de Rijselse marineschilder Louis-Nicolas Van Blarenberghe). Zo’n titel is heel wat in Frankrijk, maar Glénat vergeet misschien dat Delitte een Belg is.

De vereniging van de Belgische Marineschilders werd in december 1991 opgericht onder impuls van Georges Remi (Hergé). De vereniging genoot sedertdien van het peterschap van de Belgische Marine. Pas sinds 14 juli 2000 bestaat de titel van ‘Officiële schilder van de Marine.’ Academische kwaliteit en grondige kennis van de maritieme omgeving zijn de criteria.

In 2007 begon Delitte er als aspirant-marineschilder en op 8 april 2011 was het dan zover en werd hij officieel schilder van de marine, een titel die een artiest na twee proefperiodes van twee jaar kan behalen. De enige verplichting bestaat uit het deelnemen aan de jaarlijkse tentoonstelling. Maar voor de ‘regisseur’ van een reeks over de grote zeeslagen is het ongeziene reclame.

Japanse invasie

De recentste albums omvatten bekende (Salamis) en minder bekende zeeslagen zoals die van Noryang in 1598 tussen de Koreanen en de Japanners. Deze zeeslag zorgde voor de grootste held in de Koreaanse geschiedenis, admiraal Yi Soon-Shin. Voor u waarschijnlijk een nobele onbekende, maar zijn standbeeld siert menige Koreaanse gemeente en tv-series en films over zijn leven blijven een garantie voor succes.

Nadat de Japanners met een numerieke overmacht Korea bezetten en zo China wilden dwingen vrijhandel in te voeren, brak de Imjinoorlog uit. De Koreaanse Chosondynastie was het doelwit van de Japanner Toyotomi Hideyoshi. Aangenomen wordt dat hij na de vereniging van Japan ook China wou veroveren en Korea slechts een prélude was. Twee mislukte invasies en angst voor Spaanse jezuïeten, die in snel tempo het thuisland begonnen te missioneren, zorgden enkele jaren later echter voor een zelfgekozen Japans isolement dat enkel de Nederlanders wisten te doorbreken.

Na zes jaar oorlog tussen het Japanse rijk van Hideyoshi en de alliantie van de Ming- en de Chosondynastie was de Koreaanse marine geslonken tot een paar dozijn schepen. Uit angst voor de Japanse piraten en marine lieten de Koreaanse admiraals hun eigen vloot zinken of in brand steken om ze uit Japanse handen te houden.

Hideyoshi’s plotse dood zorgde echter voor een machtsvacuüm. Veel Japanse krijgsheren wensten in het moederland hun positie te verbeteren, maar de erecode voorkwam een terugtrekking uit Korea. De spoed om de Chosondynastie definitief te verslaan en via een zee-engte op te rukken naar de hoofdstad leidde tot de zeeslag bij Noryang. Op dat moment zat de succesvolle Yi Soon-Shin te wachten. Met de zeeslag van Salamis (waar een Griekse minderheid won van een Perzische overmacht) in het achterhoofd versloeg hij de Japanse vloot die bijna twintig keer groter was.

Koreaanse films als inspiratie

Het scenario en de tekeningen zijn zeer schatplichtig aan de film over admiraal Yi Soon-Shin. De tekeningen zijn soms zeer verwarrend en vaak is het de lezer niet duidelijk of hij nu naar Japanners of Koreanen zit te kijken. Niettemin is dit album steengoed, grafisch ongemeen sterk en vooral informatief over een nauwelijks bekende slag die de wereldgeschiedenis op het einde van de zestiende eeuw veranderde. Een aanrader.