Lucky Luke ontmoet K3
Titel | Wanted Lucky Luke |
---|---|
Auteur | Matthieu Bonhomme |
Uitgever | Lucky Comics |
ISBN | 9782884719506 |
Onze beoordeling | |
Aantal bladzijden | 72 |
Prijs | € 8.99 |
Lucky Luke prijkt op een ‘wanted’ poster, redt drie aantrekkelijke jonge deernen en probeert ze af te leveren in het stadje Liberty.
Lucky Luke wordt gezocht. Er staat een losgeld op zijn hoofd: 50.000 dollar. Luke redt drie knappe zussen in nood van de Apaches en de drie deernen proberen hem één voor één te verleiden. Uiteraard een rosse, een brunette en een blonde. In de liefde is het ieder voor zich, de eerste die hem kust wint. Gelukkig houdt daar het K3-gehalte op.
Lucky Luke in eigen stijl
Na het magistrale Keizerin Charlotte werkt Matthieu Bonhomme aan een tweede Lucky Luke stripverhaal. Net als in 2016 doet hij dat in zijn geheel eigen stijl. L’homme qui tua Lucky Luke was een briljant album met knipogen naar de iconische western The Man Who Killed Liberty Valence met Jimmy Stewart en John Wayne. Wanted Lucky Luke is een vermakelijk album dat tegelijk in meerdere talen verschijnt, tot en met in het Portugees.
Wie is de striptekenaar die zowel scenario, tekeningen als inkleuring doet van dit bijzondere album? Matthieu Bonhomme (Parijs, 17 juni 1973) is een van de nieuwe grote namen in de stripwereld. Met de reeks Esteban wist hij ook in het Nederlandse taalgebied publiek te winnen voor zijn intuïtieve tekenstijl en zijn eigen universum. Een ander topwerk maakte Bonhomme met Lewis Trondheim namelijk Texas Cowboys. Bonhomme is een vakman. Met een BTS (brevet de technicien supérieur) in arts appliqués is hij ook een exponent van het Franse onderwijs in de kunsten. Een BTS is een soort professionele bachelor waarvoor een baccalauréat (bac) of diploma secundair onderwijs vereist is.
Andere paarden?
De fans van Jolly Jumper zullen veel minder ophebben met Bonhomme, want Bonhommes paarden zijn elegant, maar missen de unieke persoonlijkheid die de geestelijke vader Morris (Maurice De Bevere (Kortrijk, 1 december 1923 – Brussel, 16 juli 2001) zijn knollen meegaf. Het hoofd van Jolly Jumper was een van de duidelijkste bewijzen van het karikaturale talent van Morris. Het leverde eind de jaren 1970 ook populaire popjes in latex en pvc op (in navolging van de smurfenpopjes van Schleich). Toch zijn de paarden van Bonhomme geen echte breuk met de traditie. In het begin waren de paarden van Morris trouwens veel minder karikaturaal getekend (kijk maar eens naar album 3 Arizona).
De inkleuring van dit verhaal is knap maar eenvoudig en zal door die eenvoud niet iedereen bekoren. De lat ligt tegenwoordig immers zeer hoog dankzij inkleuren op de computer en de prachtige effecten die alsmaar meer specialisten bedenken. Deze inkleuring is sober en lijkt vooral geïnspireerd door de oude albums van Blueberry door Jean Giraud en Jean-Michel Charlier. Bij de klassieke albums van Lucky Luke was de inkleuring trouwens ook niet veel soeps, dus wie daar over zeurt mist de essentie. Bij momenten zal de lezer ook onbewust aan Buddy Longway moeten denken door het vele oker en umber.
De strohalm in de mond
Het verhaal is niet bijzonder komisch. Bonhomme schreef geen gags die elkaar in hoog tempo opvolgen. De typische visuele gags van Morris probeert hij evenmin te emuleren. Toch is de sfeer luchtig en zitten er een paar running jokes in. Vooral de opmerking over de strohalm in de mond van Lucky Luke en roken zijn kostelijk. Bonhomme tekent graag vrouwen en vooral dynamische aantrekkelijke jonge vrouwen. Zeer kuis allemaal, ook dat lijkt een soort jaren 1950 sfeertje met groot Doris Day-gehalte op te leveren.
De personages zijn uiteraard zeer mooi getekend. Bonhomme wisselt tussen zeer realistische tronies en meer schematische zoals IJzerdraad die bij Morris een karikatuur was van de Amerikaanse B-acteur Jack Palance). Qua personages van Morris koos Bonhomme voor de strips uit de jaren 1957-1958. Dit is geen toeval natuurlijk. In de Bende van Joss Jamon tekende Morris zijn scenarist als boef. Eén van de booswichten is dus ook bij Bonhomme duidelijk een karikatuur van René Goscinny.
Deze Franse scenarist is verantwoordelijk voor een aantal van de beste stripverhalen van Lucky Luke. Al is Goscinny hoofdzakelijk bekend van zijn scenario’s voor Asterix, met Lucky Luke kon hij bekend worden door aan een succesreeks scenario’s te leveren. Goscinny schreef ook voor die andere Vlaamse striptekenaar Berck de scenario’s voor Pechvogel.
De slechterikken zijn er weer
Zoals bij alle hommagestrips put Bonhomme uit de oude stripverhalen. Hij recupereert slechteriken – een trend in bijna alle spin-offs en hommage-strips en een regelrechte plaag in reeksen zoals Suske en Wiske. Het levert soms een klein grapje op. De zoon van Phil IJzerdraad heet Rusty. Rusty IJzerdraad. Een beter geslaagde grap is dat de cavalerie altijd net op tijd komt in een western. Ook de bekende rooksignalen van de Indianen duiken een keer op.
Het scenario is dus niet echt een inhoudelijke hoogvlieger. De gegevens dat Lucky Luke op een ‘wanted’ poster prijkt en dat hij drie aantrekkelijke jonge deernen redt en vervolgens probeert af te leveren in het stadje Liberty, leveren nooit een echt goed verhaal op. Het dramatisch doel en de antagonisten blijven relatief zwak uitgewerkt. Toch is het album spannend en fijn om te lezen. De ontknoping is ronduit onnozel, maar dat is eigenlijk niet anders dan bij vele klassieke stripalbums van Lucky Luke. Dit album moet het hebben van de prachtige tekeningen, de sterke scènes en de sfeer. Een sfeer die ondanks het vaak ontbreken van uitgetekende achtergronden en ondanks de zoals eerder reeds aangegeven zeer rudimentaire inkleuring compleet juist blijkt te zitten. Een klassiek voorbeeld van less is more.
Het fijne aan dit album is de ongecompliceerde manier waarop een prachtig getekende Lucky Luke in een soort klassieke western rondrijdt en bepaalde opmerkingen een postmoderne draai geven aan de context. ‘Als je sneller schiet dan je schaduw’ is een duel een executie aldus de op wraak beluste Rusty. De humor is meestal een milde ironie die vooral de fans van de oude albums zal bekoren omwille van de referenties en die ook de van origine Amerikaanse commerciële ‘politieke correctheid’ subtiel over de hekel haalt.
De sterke en mooie vrouwen zijn dan weer atypisch voor die klassieke westernstrip en vormen toch geen veredelde pin-ups. Het hele stripalbum excelleert eigenlijk door de goede smaak van de maker. Dat laatste is iets heel zeldzaams in de hedendaagse strip.
Lode Goukens is master in de journalistiek. Zijn masterproef behandelde de journalistieke cartografie. Voordien was hij jaren beroepsjournalist en schrijver. Begonnen als officieel IBM multimedia developer in 1992 en één van de eerste professionele ontwikkelaars van DVD’s (dvd-authoring) schreef hij ook het eerste Belgische boek over het Internet in 1994. Hij behaalde ook al een master in de kunstwetenschappen en archeologie en een master filmstudies en visuele cultuur.
De klimaatmiljarden gaan blijkbaar niet altijd naar klimaatadaptie. Verdwijnen ze in de foute zakken?