Nederland als grootmacht
Indrukwekkende historische dubbelbiografie over Willem III vs Lodewijk XIV biedt doorkijkjes naar hedendaagse Europese situatie.
Bij de verkiezing van de grootste Nederlander in 2004 bleek uiteindelijk Willem van Oranje de winnaar. Na lezing van het voor de Libris Geschiedenis Prijs 2017 genomineerde boek Oranje tegen de Zonnekoning van Luc Panhuysen kan een lans worden gebroken voor diens achterkleinzoon Willem III. In deze dubbelbiografie schetst Panhuysen de tegenstelling tussen zonnekoning Lodewijk XIV (1638-1715) en stadhouder-koning Willem III (1650-1702), tegen de achtergrond van het conflict tussen Frankrijk en zijn buurlanden aan het eind van de 17e eeuw.
‘Rampjaar’ 1672
Willem en Lodewijk beleefden beiden een enigszins moeizame start. Lodewijk werd na de vroegtijdige dood van zijn vader al op vierjarige leeftijd koning van Frankrijk, te midden van een periode van veel tumult en onderlinge strijd. De vader van Willem overleed kort voor diens geboorte, hetgeen in de Republiek in 1650 het eerste stadhouderloze tijdperk inluidde. Deze economische hoogtijperiode eindigde in het ‘rampjaar’ 1672, toen het Nederlandse grondgebied van alle kanten werd belaagd: Door Lodewijk XIV vanuit het zuiden, de bisschoppen van Münster en Keulen vanuit het oosten en een Engels-Franse vloot vanaf de zee. De paniek die uitbrak kostte de toenmalige machthebbers Johan en Cornelis de Witt letterlijk de kop en hees Willem in het zadel. Panhuysen schreef eerder al een boek over deze periode.
Deze gebeurtenissen hadden een beslissende invloed op het denken en doen van de nieuwe stadhouder. De kwetsbaarheid van Nederland was duidelijk; het land kon in een paar dagen tijd van de kaart worden geveegd. Voornaamste risicofactor was Frankrijk. De koning van Frankrijk was op zoek naar veilige grenzen en met name in het oosten en noorden waren er geen natuurlijke barrières. Tenzij je, zoals Lodewijk, de Maas en de Rijn als zodanig zag.
Confrontatie op vier fronten
Panhuysen switcht voortdurend tussen het Nederlandse en Franse perspectief en maakt uitstapjes naar Londen, Berlijn en Wenen. Het leidt tot een boeiend boek waarin diplomatie en oorlogshandelingen elkaar afwisselen, naast verhandelingen over het bouwen van vestingen (Vauban vs Van Coehoorn) en paleizen (Versailles), de aanleg van tuinen en het reilen en zeilen aan het hof.
Frankrijk als sterkste landmacht en weer verenigd onder de absolute heerschappij van Lodewijk zocht eind 17e eeuw op vier fronten de confrontatie: Met de Spanjaarden in het zuiden, Savoie in het zuidoosten, het Duitse Rijk in het oosten en de Republiek in het noorden. De strijdhandelingen met de Republiek vinden voornamelijk in Vlaanderen en rond Namen plaats, waar de verzwakte Spaanse heersers graag de touwtjes in handen geven aan de voormalige aartsvijand.
Een uitstekend staatsman en veldheer
Zonder Duitse hulp lukt het Willem niet om de Fransen in toom te houden. De machtigste Duitse vorst, de Oostenrijkse keizer, is in een felle strijd met de (door Frankrijk gesteunde) Turken gewikkeld, die in 1683 voor de poorten van Wenen staan. De Franse koning profiteert hiervan door via diplomatie en oorlogshandelingen gestaag zijn grondgebied uit te breiden.
Boeiend vertelt Panhuysen vanuit verschillende perspectieven de intriges en zetten van de beide protagonisten, die gaandeweg een grote hekel aan elkaar krijgen. Ook over hun persoonlijke levens komen we vanaf hun vroegste jeugd veel te weten. Rijkelijk put Panhuysen uit ooggetuigenverslagen, correspondentie en archiefonderzoek.
Lodewijk maakt een ontwikkeling door van vrouwenverslinder naar vrome, monogame koning. Waar Willem vaak het compromis moet zoeken in het afwegen van verschillende belangen, blijft Lodewijk zijn hele leven een autoritaire alleenheerser die wordt gevreesd door zijn hofhouding en adviseurs. Van de kinderloos gebleven Willem maakt Panhuysen aannemelijk dat zijn vaak veronderstelde homoseksualiteit waarschijnlijk een fabeltje is. Willem wordt van jongs af geplaagd door tal van lichamelijke ongemakken, maar blijkt desondanks en ook zonder daarvoor te zijn opgeleid een uitstekend staatsman en veldheer.
Een godsdienstkloof
Willem, geholpen door de enorme rijkdom van de Republiek, weet het tij in de strijd tegen Lodewijk te keren. De stadhouder doet enkele briljante zetten, waaronder zijn huwelijk in 1677 met Mary, dochter van zijn oom Jacobus. Jacobus wordt in 1685 koning van Engeland. Hij is als katholiek weinig populair, maar daardoor wel een potentiële bondgenoot van de Franse koning. Naast vele andere tegenstellingen gaapt er tussen Willem en Lodewijk ook een godsdienstkloof.
Engeland ligt na decennia van onderlinge conflicten op zijn gat. Willem onderkent het grote economische en militaire potentieel van het land. Wat volgt is een Nederlandse invasie (iets wat veel Engelsen tot op de dag van vandaag ontkennen) in het najaar van 1688 bij Torbay in Devon met 30.000 man. Na een aarzelend begin, waarin weinig Engelse edelen partij kiezen voor Willem hoewel zij hem hadden uitgenodigd, weet het Nederlandse leger na enige schermutselingen vrij probleemloos Londen te bezetten.
Jacobus vlucht naar Frankrijk maar probeert later via een invasie in Ierland zijn macht opnieuw te vestigen. Hij wordt in 1690 door Willem aan de rivier de Boyne beslissend verslagen. Een slag die tot op de dag van vandaag in Noord-Ierland met de zgn. Oranjemarsen door protestanten wordt herdacht. Het Engelse parlement schaart zich achter de nieuwe koning en koningin. Deze gebeurtenissen staan nu bekend als de Glorious Revolution, algemeen gezien als een kantelpunt in de geschiedenis van Engeland en van de wereld.
Een heldere analyse van de rol van de Republiek
Nadat de Oostenrijkse keizer met buitenlandse hulp de Turken heeft verslagen en de Duitsers, mede dankzij intensief Nederlands lobbyen en geld, hun onderlinge meningsverschillen hebben overwonnen, ontstaat er een verenigd front dat de Fransen langzaam weet terug te dringen. Lodewijk is Europees alleen komen te staan en creëert als gevolg van zijn excessieve belastingheffing om zijn oorlogen te financieren steeds meer economische problemen in eigen land die de financiering van een groot leger in de weg staan. Wel slaagt hij erin zijn kleinzoon op de Spaanse troon te krijgen.
Panhuysen geeft een heldere analyse van de rol van de Republiek in het bredere Europese perspectief. De strijd met Frankrijk duurde zo’n veertig jaar, totdat in 1713 de Vrede van Utrecht werd gesloten. De interne strubbelingen in Frankrijk en Engeland maakten dat Nederland in de 17e eeuw een gouden eeuw van grote economische voorspoed mocht beleven. Die rijkdom was een belangrijke factor, naast het staatsmanschap van Willem, om een bepalende rol te spelen op het Europese toneel. Met het herstel van de grote machten kwam de buitenproportionele rol van de Republiek aan het begin van de 18e eeuw ten einde.
Junior partner in een bondgenootschap met de Engelsen
In zijn slothoofdstuk stelt Panhuysen dat de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden herenigd hadden kunnen worden bij de Vrede van Utrecht in 1713. Je bent geneigd hem gelijk te geven. In de voorgaande decennia waren de troepen van de Republiek de dominante militaire macht in Vlaanderen, Henegouwen en Namen. De Republiek nam echter genoegen met het verwerven van de stad Venlo. Oostenrijk kreeg, enigszins tegen heug en meug, de heerschappij over de Zuidelijke Nederlanden. Dit om het Duitse Rijk gecommitteerd te houden aan het in toom houden van de Fransen. Wel bleven in een aantal strategische zgn. barrièresteden in het zuiden Nederlandse troepen.
De Nederlanders kozen er dus voor verder te gaan als junior partner in een bondgenootschap met de Engelsen, dat hen uitzicht bood op blijvende participatie in de voor hen zo lucratieve wereldhandel. Het belang van de stad Amsterdam, dat steeds al zwaar doorwoog in het handelen van de Republiek tot soms grote frustratie van Willem III, zal daar niet vreemd aan zijn geweest.
Sommige tegenstellingen dezelfde gebleven
Wie het boek leest kunnen de parallellen met het heden niet ontgaan. De gevolgen van sommige gebeurtenissen werken door tot op de dag van vandaag en sommige tegenstellingen zijn grosso modo hetzelfde gebleven. De expansionistische politiek gericht op het beschermen van de eigen belangen is ook de huidige heersers in Parijs niet vreemd. De Nederlandse pogingen om via een bondgenootschap met de Duitsers paal en perk hieraan te stellen, lijden nu op beslissende momenten schipbreuk. Dit komt doordat Frankrijk er steeds weer, met al dan niet een beroep op het verleden, in slaagt de Duitsers aan zich te binden.
Willem III loste dat op door Duitse vorsten om te kopen en militaire samenwerking aan te bieden. Nederland heeft de Duitsers vandaag echter te weinig te bieden. Het kan sinds de brexit ook niet meer samen optrekken met de Engelsen, die eerder (net als door Willem III) als strategische bondgenoot waren binnen gehaald.
Panhuysen schreef een boeiend boek over een beslissende periode in de Nederlandse (en West-Europese) geschiedenis. In het onderwijs wordt vaak aan deze gebeurtenissen voorbij gegaan en springt men van de gouden eeuw naar Napoleon. Dat is jammer, zoals ieder zal beamen die kennis neemt van de inhoud van deze indrukwekkende dubbelbiografie.
Wouter Roorda is econoom. Hij werkte 20 jaar bij verschillende Nederlandse ministeries, vooral op het terrein van arbeidsmarkt en sociale zekerheid. Tegenwoordig is hij actief als onafhankelijk columnist, investeerder en rentmeester.
Amerikaanse miljardairs doneren elk jaar tientallen miljoenen euro aan organisaties die ons een radicaal klimaatbeleid willen opdringen.