Het lijkt wel alsof ik de voorbije weken in de film The Curious life of Benjamin Button ben gesukkeld. Die film, gebaseerd op een novelle van F. Scott Fitzgerald, vertelt het verhaal van een man, vertolkt door Brad Pitt. Elke gelijkenis met ondergetekende is overigens louter toevallig. Het hoofdpersonage wordt oud geboren en leeft zijn leven achterstevoren. De grootste bekommernis van het ziekenhuis waar ik nu lig, is hun betrachting om de patiënten niet te laten stikken in het ziekenhuiseten.…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Het lijkt wel alsof ik de voorbije weken in de film The Curious life of Benjamin Button ben gesukkeld. Die film, gebaseerd op een novelle van F. Scott Fitzgerald, vertelt het verhaal van een man, vertolkt door Brad Pitt. Elke gelijkenis met ondergetekende is overigens louter toevallig. Het hoofdpersonage wordt oud geboren en leeft zijn leven achterstevoren.
De grootste bekommernis van het ziekenhuis waar ik nu lig, is hun betrachting om de patiënten niet te laten stikken in het ziekenhuiseten. Mijn eerste therapie was dan ook bij de afdeling logopedie. Het betrof deze keer niet een poging om mijn Antwerps-Lierse uitspraak van de ‘a’ bij te sturen, want daar beginnen ze zelfs in Spanje niet aan. Deze oefeningen gingen om de basistechniek van het eten bij te schaven, en wel concreet door de tongspier heftig te trainen. Mijn logopediste heet Christina en zij is een menselijke wervelwind.
Zeg ‘ns aaaa
De tongspiertraining begint voor een grote spiegel en Christina hanteerde eerst zo’n houten stokje waarmee artsen je tong wegduwen als ze in je keel willen kijken. Mijn eerste reflex was dan ook om ‘aaa’ te zeggen, wat Christina erg komisch vond omdat dat niet de bedoeling was. Misschien was het wel omdat mijn ’aaa’ zo Antwerps klonk.
Wie weet is dat ook gewoon de schuld van de Spaanse furie uit 1585 en is het oorspronkelijk een Andalusische a. Na het houten frisco-stokje schakelde Christina een versnelling hoger. Ze heeft namelijk ook een speciale techniek waarbij de tongspier getraind wordt met behulp van een kleine vibrator ter grootte van een vulpen. Christina stak eerst de vibrator in de vinger van een chirurgische handschoen om hygiënische redenen – je weet maar nooit waar ik eerder met mijn tong heb gezeten – en trilde vervolgens mijn tong aan de voor-en zijkant. Er werd geen enkel plekje overgeslagen. Dit allemaal zittend voor de spiegel met uitgestoken tong. Het leek alsof ik aan het ingangsexamen voor Studio Herman Teirlinck bezig was, want ik moest plots ook gekke bekken beginnen trekken om mijn aangezichtsspieren te trainen.
Vibrator nr. 2
Gelukkig kwam de stagiaire van Christina te hulp met vibrator nr.2: een type waarmee ze mijn kaakspier bewerkte tot ik de slappe lach kreeg van mezelf te zien in de spiegel. Ik zit het hier nu allemaal wel olijk op flessen te trekken, maar het dient gezegd dat het uiteindelijke resultaat van de therapie spectaculair mag worden genoemd. Ik ben niet in mijn eten gestikt en wat nog wonderbaarlijker is, ook mijn nieuwe kamergenoot David niet.
David is een jonge man van 35 van het genre dat we in mijn jeugd een ‘Johnny’ noemden, inclusief een foto van een BMW boven zijn bed en een Marina die soms op bezoek komt. Dat hij niet in een Chupa Chup gestikt is of schielijk van zijn Marina is heengegaan na het verzwelgen van een pak Madeleine koekjes, is enkel en alleen te danken aan de ijzeren hand van Christina die hem op regelmatige tijdstippen een verrassingsbezoek brengt en ’gevaarlijke voeding’ in beslag neemt.
Solidair snotteren
Elke dag revalidatietherapie betekent ook dat ik dagelijks een examen krijg in ’gewoon leven’. Eten dus, maar ik moet ook opnieuw leren wandelen en banale dingen als mijn veters strikken, omdat mijn linkerarm- en been in staking zijn gegaan. Daarvoor heb ik een persoonlijke fysiotherapeut ter beschikking gekregen: Manu, een uitermate vriendelijke man die uiterlijk sterk lijkt op de Spaanse doelman Iker Casillas. Manu duwt me met plezier over mijn limieten. Ik moet zeggen dat de zware trainingen die ik als adolescent kreeg als semi-prof bij Lierse SK (ja ja, ik hoor u tot hier lachen) nog steeds hun vruchten afwerpen, fysiek maar vooral ook mentaal.
Opnieuw leren lopen is vooral een kwestie van kracht, maar ook evenwicht en coördinatie. Gisteren slaagde ik er voor de eerste keer in om op eigen benen de eerste 10 meter heen en terug af te leggen tussen de twee gelijke leggers. Mijn dochter Julia stond vanuit het deurgat toe te kijken en keek ontroerd toe hoe haar papa zijn eerste stapjes zette. De tranen liepen me al snel over de wangen en Manu besloot om solidair mee te snotteren.