Waar staat België in 2024?
foto © Pixabay
Regeringsformaties en crisissen tonen dat het Belgische probleem alleen maar groter wordt. Waar staat het land tegen de volgende verkiezingen?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOp minder dan 10 jaar tijd, van 2010 tot 2019, heeft België twee grote politieke crises doorgemaakt.
541 dagen
Na de parlementsverkiezingen van 10 juni 2010 zat het Koninkrijk 541 dagen zonder volwaardige regering. Deze ongekende situatie heeft de Commissie Buitenlandse Zaken van de Franse Assemblée ertoe gebracht twee van haar leden (Robert Lecou van de UMP en Jean-Pierre Kucheida van de PS) te belasten met een onderzoekscommissie. Het verslag, dat op 15 februari 2012 is aangenomen, merkt op dat de verdeling van België in twee alsmaar coherentere en ongelijksoortigere taalgroepen het voortbestaan van het land steeds onwaarschijnlijker maakt.
De 16 maanden die nodig waren om de huidige Vivaldicoalitie op 1 oktober 2020 tot stand te brengen, bevestigen die vaststelling. De belangen van een rechts en extreem-rechts Vlaanderen verzoenen met die van een links en extreem-links Wallonië is als de kwadratuur van de cirkel. In het centrum ligt Brussel, het Belgische Jeruzalem.
Zevenkoppige draak
Deze Vivaldi-coalitie is een zevenkoppige draak die op elk moment zijn diepe verdeeldheid laat zien. De socialisten en de groenen staan tegenover de liberalen over hete hangijzers als de hervorming van het pensioenstelsel, de sluiting van kerncentrales en immigratie. In de oppositie zitten de twee grootste partijen in Vlaanderen, beide pro-onafhankelijkheid: de nationalistische N-VA en het extreem-rechtse Vlaams Belang. Samen halen die 47,9% van de stemintenties. Dat zou hen een absolute meerderheid opleveren in het Vlaams regionaal parlement!
Sinds 1970 heeft België zes staatshervormingen ondergaan die hebben geleid tot een federale structuur via een systeem van drie gewesten (Vlaanderen, Wallonië, Brussel) en drie gemeenschappen (Vlaams, Waals en Duitstalig).
Diplomatieke pennenstreek
België werd kunstmatig in het leven geroepen, met een diplomatieke pennenstreek, in 1830, vijftien jaar na de nederlaag bij Waterloo. Toen was het wantrouwen van de grote Europese mogendheden – Engeland in het bijzonder – jegens Frankrijk nog een tastbare realiteit.
Wij weten dat Talleyrand niet geloofde in de kansen op levensvatbaarheid van deze nieuwe constructie: ‘Tweehonderd protocollen zullen er nooit een natie van maken. Dit België zal nooit een land zijn: het kan geen stand houden.’ (2)
Het onafhankelijke Koninkrijk België was opgevat als een unitaire eenheid en werd geregeerd door een hoge burgerij die alleen Frans sprak, terwijl de meerderheid van de Vlaamse bevolking cultureel verbasterd en sociaal miserabel was. Het heeft de Vlaamse Beweging tientallen jaren van bittere strijd gekost om deze situatie recht te zetten en ervoor te zorgen dat Vlaanderen eindelijk een plaats kreeg op het Belgische politieke toneel. In 1918 had kardinaal Mercier het nog over ‘de eenheid van België, verstevigd door het gebruik van de Franse taal’.
Samenhorigheid in Vlaanderen
Dit alles liet blijvende sporen na en droeg bij tot een sterk gevoel van collectieve samenhorigheid in Vlaanderen. In 1973 ondertitelde de Vlaamse redacteur Manu Ruys zijn boek De Vlamingen als volgt: ‘een natie in wording’.
Het valt vandaag niet te ontkennen dat deze natie bestaat en dit feit alleen al brengt de goede werking van het federale systeem in het gedrang. Een Vlaamse natie vs. een Belgische natie, maar heeft deze laatste ooit echt bestaan?
Daar komt nog bij dat Vlaanderen niet langer financieel solidair wil zijn met een Wallonië dat, in zijn ogen, niet in staat is geweest efficiënt gebruik te maken van de regionale instrumenten waarover het al meer dan 40 jaar beschikt om zijn economisch herstel te bewerkstelligen. De geleidelijke afschaffing van de financiële transfers van Vlaanderen naar Wallonië – zo’n 7,5 miljard euro per jaar – is al gepland, wat de toch al erbarmelijke begrotingssituatie van Wallonië alleen maar zal verergeren.
Dit is de context waarin de huidige regeringscoalitie een 7e staatshervorming voor 2024 moet voorbereiden.
Twee deelstaten
Aan Vlaamse zijde tekent zich een meerderheid af voor een confederaal systeem, gebaseerd op twee deelstaten – Vlaanderen en Wallonië – die samen Brussel besturen: elke inwoner van Brussel zou dus moeten kiezen tussen het Vlaamse en het Waalse pakket voor aangelegenheden die hem rechtstreeks aanbelangen: personenbelasting of sociale zekerheid, bijvoorbeeld.
Deze optie wordt categorisch verworpen door de Franstalige gemeenschap, die de voorkeur geeft aan een België dat gebaseerd is op vier gewesten: Vlaanderen, Wallonië, Brussel en de Duitstalige gemeenschap. Maar Vlaanderen zal nooit afstand doen van het concept van een ‘Vlaamse Gemeenschap’, waarmee het zijn Vlaamse minderheid in Brussel kan controleren via de zogenaamde ‘aanpasbare’ zaken. Dit geldt des te meer omdat de Vlaamse Gemeenschap van Brussel haar hoofdstad heeft gemaakt.
Onafhankelijk verklaren
Als er in 2024 geen compromis wordt bereikt, belet niets Vlaanderen om zich eenzijdig onafhankelijk te verklaren via een meerderheid van stemmen in zijn Vlaams Parlement. De situatie zou in geen geval vergelijkbaar zijn met die in Catalonië. Want hier is het het land dat uiteen zou vallen, met een Belgische regering die totaal machteloos zou staan om in te grijpen.
In een dergelijke context kan men alleen maar denken aan Generaal de Gaulle die op 29 juli 1967 aan Alain Peyrefitte verklaarde: “Ik heb hun gezegd (nvdr: aan een Waalse delegatie die hem kwam opzoeken) dat de geschiedenis van de volkeren lang is, dat zij langer bestaan dan alle kunstmatige constructies die men hen kan opleggen. En dat op de dag dat Wallonië via zijn wettige vertegenwoordigers, of bij voorkeur via een referendum, besluit bij Frankrijk te worden gevoegd, wij onze armen daarvoor van ganser harte zullen openen.’ (3)
(1) Laatste boek gepubliceerd: “La Wallonie, demain” – La solution de survie à l’incurable mal belge”, Editions Mols, 2019.
(2) Opmerkingen gemaakt aan de Prinses de Lieven op 29 oktober 1832. Zie G. Lacourt-Gayet, “Talleyrand – 1754-1838”, Tome III, blz. 290-291, Payot, Parijs.
(3) Alain Peyrefitte, “C’était de Gaulle”, Editions de Fallois/Fayard, deel III, 2000.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Jules Gheude (1946) is oud-medewerker en biograaf van François Perin. Hij publiceerde meerdere essays over de Belgische communautaire kwestie. In 2009 was hij voorzitter van de Staten-Generaal van Wallonië, een burgerinitiatief om de Waalse geesten van het post-Belgische tijdperk bewust te maken. Sinds 2010 bezielt hij de Gewif (Groupe d’Etudes pour la Wallonie intégrée à la France). Van 1982 tot 2011 was hij directeur aan Wallonie-Bruxelles International (WBI).
De voorzitters van PS, MR en Ecolo zouden een compromis bereikt hebben over de reorganisatie van de Franstalige instellingen. Al is die niet volledig.
Amerika in alle Staten: Trumps nieuwe kabinet, reguliere media en campagne-uitgaven onder vuur.