JavaScript is required for this website to work.
post

9,5 miljard mensen in 2050 is niet leefbaar

Het IPCC en WRI trekken aan de alarmbel

Luc Nagels14/8/2019Leestijd 4 minuten
De koddige Europese melkkoe; niet langer vriend maar vijand in de strijd voor
milieubehoud.

De koddige Europese melkkoe; niet langer vriend maar vijand in de strijd voor milieubehoud.

foto © Wikimedia Commons

Het IPCC en WRI zijn categoriek: landbouwgrond dient vervangen te worden door bossen en de veestapel moet kleiner of we hebben problemen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een half jaar geleden vonden we het International Panel on Climate Change (IPCC) nog een onzelfzeker twijfelende VN-instelling met rapporten over CO2 die een kakofonie waren van honderden meningen. Zelfs topwetenschappers waren verdeeld over de effecten van dat gas. Ondertussen wordt het IPCC zelfzekerder en dringt het door dat CO2 maar één van de factoren is die klimaatveranderingen veroorzaken.

Landbouw en overbevolking

Begin deze maand waarschuwde het IPCC heel concreet: onze landbouwmethoden moeten snel veranderen en landbouwgrond dient vervangen te worden door bos. Koeien, schapen en geiten zijn boosdoeners voor het klimaat. Een goed geslaagde korte samenvatting vindt u hier. Het rapport zelf kan u hier downloaden.

Naast het IPCC neemt ook het World Resources Institute (WRI), een ngo die zich minder dan de VN moet schikken naar drukkingsgroepen, een steeds meer invloedrijke houding aan: ‘Zoals we nu bezig zijn hebben we extra landbouwgrond nodig met de oppervlakte van India, voor de 9,5 miljard mensen die we in 2050 moeten voeden, en daarvoor sneuvelen de laatste grote bossen op aarde’. Het WRI benadrukt meer dan het IPCC dat overbevolking het onderliggende probleem is. We geloven het pas als we het in Vlaanderen zelf voelen en de recente hoge temperaturen, waterschaarste en immigratiedruk neigen ons ertoe niet te nonchalant te reageren.

Wat is er mis met de koe?

Als kleine rakker zag ik in de zomer altijd een twintigtal koeien grazen in de weide achter ons huis. Hun eigenares was altijd heel tevreden dat ik de betonnen waterbak met de handpomp geregeld bijvulde. De koe hoorde bij onze cultuur, net zoals de aardappel, de kerktoren, het plaatselijk café, de voetbal… We schrijven 1957, en we zijn met een duurzame negen miljoen Belgen.

In 1999 zit mijn nieuwe ‘weide’, een auditorium in Stockholm waar ik een voordracht heb, vol wetenschappers. Ik heb een babbel met de uiterst vriendelijke burgemeester die de voordrachtgevers zijn stadhuis en enkele ruimtes van het Nobelprijsgebeuren toont. Enkele jaren eerder kreeg de Nederlandse chemicus Paul Crutzen hier zijn Nobelprijs, voor de toen splinternieuwe discipline der ‘atmosferische chemie’. In 1986 publiceerde hij een bekend wetenschappelijk artikel over de methaanproductie door de veestapel, in het wild levende grazers, andere planteneters en de mens. De veestapel komt daar heel slecht uit, en vooral de melkkoe beïnvloedt de methaanconcentratie in de atmosfeer sterk.

Methaan, CH4, is een veel sterker (28x) broeikasgas dan CO2. En daar zit plotseling de koe die in mijn prille jeugd gekoesterd werd door de gemeenschap, in de emotionele storm van de discussie over klimaatverandering. Haar manier van leven, voeding, bevrucht- en gemolken worden… is al recent zo drastisch veranderd. En ik zag ze nooit terug in de weide. Wat is er nu nog meer aan de hand? Laat ons enkele cijfers bekijken.

Een dier dat de mens succesvol maakte

Een melkkoe produceert door bacteriën in haar maag zo’n 200 tot 600 liter methaan per dag. Dit wordt uitgestoten met het typische loeiend geluid. Een koe maakt van dat geluid ook gebruik om te zeggen ‘ik ben hier’ – twee vliegen in één klap. Een kleiner deel verlaat het lijf langs de achterkant, als winderigheid (‘een scheet’ in de volksmond. Een mens produceert maar 1 liter CH4 per dag. Die verlaat ons lichaam meestal als een scheetje, in mindere mate via de mond. Aangezien er nog andere gassen met minder aangename geur (methaan zelf is reukloos) uitgestoten worden, laat je dus beter dat scheetje, zij het niet in de vergadering of in de lift. Het kan de geur van je adem ten goede komen.

Er zijn zo’n miljard koeien in de wereld, ongeveer één koe per acht mensen dus. De melkkoe is zodanig door de mens geselecteerd, dat een Europese koe nu al gemiddeld 8.000 liter melk per jaar voortbrengt, orakelde mijn collega van de dierengeneeskunde ieder jaar fier bij de ontmoetingsdag met toekomstige studenten. Ook al zijn waarschijnlijk niet alle koetjes ter wereld even productief, het leek me voldoende melk voor de ganse wereldbevolking. Reken daarbij nog eens de biefstukken, rosbief, gehakt en de tientallen andere lekkere stukken die koersfietsmakker en slagerszoon Dirk vakkundig weet te fileren, en je begrijpt hoe de koe de menselijke bevolking smakelijk heeft doen vermenigvuldigen.

Waarom krijgt de koe dan de wind van voren?

Vlees en kaas liggen – om redenen van gezondheid, gewicht, dierenwelzijn, en milieu – sowieso al een tijdje onder vuur, methaangas of geen methaangas. Vooral jonge vrouwen zijn de trendsetters om een nieuwe levensstijl te promoten. Ze overtuigen ons moeilijk, want wij hebben honderden lekkernijen op basis van rundvlees en kaas. Maar: er komen nieuwe gegevens vrij, onder andere studies van Joseph Poore van de universiteit van Oxford.

In die studies wordt berekend dat, indien iedereen veganist wordt, we landbouwgrond besparen met een oppervlakte gelijk aan de oppervlakte van de VS, China, Australië en Europa samen. Ruimte dus om klimaatverandering en desertificatie tegen te gaan, en om de verstoorde biodiversiteit gedeeltelijk te herstellen. Eten we minder vlees, dan verschuiven we dus de problemen waarvoor het IPCC en WRI waarschuwen mogelijk met een paar decennia.

Vooral het WRI wijst op de urgentie om tegelijkertijd de bevolkingsgroei te ‘verduurzamen’ (gemiddeld maximum 2,1 kinderen/vrouw). Anders is het dweilen met de kraan open, en voor de volgende generaties knokken om nog eens een steak au poivre te pakken te krijgen.

Optimistisch blijven en naar oplossingen zoeken

Ik had dit artikel eigenlijk bedoeld met een wat schertsende, relativerende koetje-boe-achtergrond. Maar de signalen van de VN en het WRI pakken mij in snelheid, en ze worden concreter. De koe is vervangbaar als het absoluut moet, maar iedereen huivert bij het idee.

De wetenschap werkt aan een steak die gemaakt wordt door spiercellen naast mekaar te laten groeien in een glazen schaal. Iedereen heeft het verhaal enkele jaren geleden opgevangen. In eerste instantie zeg je beuhh… maar nu proberen we recent ook caseïne, het proteïne van kaas, te laten produceren door (genetisch gemodificeerde) micro-organismen, in een soort brouwerijopstelling.

De technologie loopt al lang succesvol voor het aanmaken van menselijk insuline, nodig voor de behandeling van suikerzieken. Wetenschap en technologie kan veel aan; zelfs gezond vlees en gezonde kaas maken zonder koe. Maar… zitten we niet gewoon voortdurend de meest logische oplossing, het onderhouden van een duurzame bevolking, voor ons uit te schuiven?

Besluit

Wetenschappers moeten steeds oplossingen zoeken om meer en meer mensen op de aardbol te laten samenleven, in een ecologisch gezond systeem. Dat lukt dus duidelijk niet als we de nieuwe rapporten van het IPCC en WRI lezen. Tijd voor de klimaatbetogers om in te zien dat de toename van broeikasgassen en de reductie van biodiversiteit in eerste instantie te maken heeft met de toename van de menselijke bevolking. 2050 is voor hen dichtbij, want ‘life is short Luc’ werd mij in Afrika dikwijls gezegd, iets wat ik altijd weglachte.

Politiek en sociaal moet er hierover eerst een consensus komen. De New York Times pleegde al in 1984 een poging om aan te tonen dat het niet gaat om keuzes tussen planeconomie en vrijheid van ondernemen. Die doctrines zitten wel ingebakken in de botsende oude (en nieuwe) rotten die de nieuwe regering gaan vormen van Vlaanderen en België. Wat ook hun aanpak weze, de bevolkingsdensiteit en de etnische verzuiling moeten redelijk blijven als je naar een gezonde samenleving wil evolueren. Politici zullen afgerekend worden op hun ‘plasticiteit’ (zo heet dat wetenschappelijk) om zich aan te passen aan de duidelijke veranderingen in hun kiezersomgeving.

 

Luc Nagels is emeritus prof Chemie aan de Universiteit Antwerpen en lid van de Raad van Bestuur van de UA Emeriti denktank EFUA.

Commentaren en reacties