Naarmate de tv-reeks ‘Het verhaal van Vlaanderen’ meer recente episodes uit ons verleden belichtte, bracht ze de gemoederen meer in beroering. Wat misschien maar normaal is ook: we zijn immers meer betrokken bij het recente dan bij het verre verleden. Er wordt hoe dan ook onverminderd ingehakt op Tom Waes’ visueel aantrekkelijke maar inhoudelijk vaak teleurstellende zevenmijlslaarzentocht door dat verleden, en dat zowel van links als van rechts. De Guldensporenslag is er niks bij. Guardian Zelfs The Guardian liet er…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Naarmate de tv-reeks ‘Het verhaal van Vlaanderen’ meer recente episodes uit ons verleden belichtte, bracht ze de gemoederen meer in beroering. Wat misschien maar normaal is ook: we zijn immers meer betrokken bij het recente dan bij het verre verleden.
Er wordt hoe dan ook onverminderd ingehakt op Tom Waes’ visueel aantrekkelijke maar inhoudelijk vaak teleurstellende zevenmijlslaarzentocht door dat verleden, en dat zowel van links als van rechts. De Guldensporenslag is er niks bij.
Guardian
Zelfs The Guardian liet er haar licht op schijnen. Onder de sprekende titel ‘Lavish Flemish epic grips Belgians – but is it history or propaganda?’ Of liever: een aantal Vlamingen spuiden via die krant hun kritiek op de reeks.
Zo liet KU Leuven-historicus Jelle Haemers weten dat ze teveel de klemtoon legde op oorlogen en te weinig oog had voor kunst en literatuur of de rol van vrouwen. Hannelore Goeman (Vooruit) herhaalde van haar kant haar klacht over overheidsgeld dat beter besteed had kunnen worden aan schoolboeken en -maaltijden.
Je kunt inderdaad kritiek uiten op het gegeven dat de Vlaamse overheid een dergelijk project financieel steunt. Al ging het er mevrouw Goeman natuurlijk vooral om dat er overheidsgeld besteed werd aan een reeks over de Vlaamse geschiedenis.
Subsidies voor een reeks over de geschiedenis van Europa of die van België, zou ze geen strobreed in de weg gelegd hebben. Politici blijven (of bleven tot voor kort) ook unisono stil over de karrenvrachten overheidsgeld voor hamsters, boswandelingen, illegale pensioenbonussen, een lamlendige senaat of de schandalige partijfinanciering.
Belgische invalshoek
De meest opvallende en vaak terugkomende commentaar bij de reeks was misschien wel dat ze ‘belgicistisch’ was. Dat was bijvoorbeeld een van de opmerkingen van Magaly Rodríguez García (KU Leuven).
Ze weigerde haar medewerking aan de reeks, onder meer omdat ze te teleologisch was: Vlaanderen werd valselijk voorgesteld als logisch eindpunt van een proces dat al in de oertijd gestart zou zijn. Ze noemde het ook een ‘een commercieel product dat in de eerste plaats voor de kijkcijfers is gemaakt’.
Ze gaf wel toe dat de aflevering over de negentiende eeuw meer over België ging dan over Vlaanderen. Toch had ze het bij nader inzien ook met die aflevering moeilijk. Het ging immers te weinig over de ‘essentie’ van het kolonialisme.
In zoverre ze, als ex-Ecuadoriaanse, zelf nazate is van de Spaanse conquistadores of hun kolonialistische opvolgers zou je misschien kunnen stellen dat ze wat dit betreft in elk geval recht van spreken heeft. Na een eeuwenlange katholieke ‘reconquista’ op het Iberische schiereiland (718-1492) denderde het ‘zwarte’ Spanje van haar voorouders eenvoudigweg verder, richting Zuid-Amerika en onze Lage Landen.
Eerste Wereldoorlog
Maar ik wijk af: ook Johan Sanctorum vond dat ‘Het verhaal van Vlaanderen’ steeds belgicistischer werd. Daarbij richtte hij zijn pijlen met name op de aflevering over de Eerste Wereldoorlog. Daar waar Piet Chielens, de gewezen bezieler van het In Flanders Fields Museum in Ieper, ze afschreef als Vlaamse of Belgische ‘navelstaarderij’, vond Sanctorum ze te weinig Vlaamsgezind.
Hoe zou het ook anders kunnen? Ze was immers mede geïnspireerd door een alom geprezen standaardwerk over die oorlog van een notoir lid van de nationalistische vereniging B Plus: Sophie de Schaepdrijver. Als achternicht van een berucht lid van de Frontbeweging en de ‘Sublieme deserteurs’, Karel de Schaepdrijver, zou je kunnen zeggen dat het nationalistische virus haar in het bloed zit.
Vandaar dat haar boek, van de weeromstuit, de terechte klachten van de Vlaamse soldaten minimaliseerde. Het leverde haar de titel van commandeur in de kroonorde en barones op. Het zou echter best kunnen dat haar belgicistische kijk op de Eerste Wereldoorlog in de toekomst een heel andere connotatie krijgt.
Pirennistisch
De meest opmerkelijke commentaar inzake de Belgische invalshoek van ‘Het verhaal van Vlaanderen’ kwam van niemand minder dan Bruno De Wever. Hij vond het in Humo vermakelijk ‘dat zoveel Vlaamsgezinden nu zo opgetogen zijn over een pirennistische lezing van de geschiedenis’.
Daarmee bedoelde hij dat de kijk van de liberaal Henri Pirenne op België als het resultaat van een vrijheidslievende traditie ook sterk terug te vinden was in ‘Het verhaal van Vlaanderen’.
1586
Of Vlaamsgezinden daarmee opgetogen waren, weet ik niet. Feit is in elk geval wel dat er nog altijd geen academische traditie bestaat die het verleden van onze contreien bekijkt en interpreteert vanuit een Vlaamse invalshoek.
Die Vlaamse geschiedenis van Vlaanderen zal of zou er helemaal anders uitzien dan de Belgische geschiedschrijving die tot op de dag van vandaag beoefend wordt door academische historici (dezelfde lui die de mond vol hebben over een vermeende Vlaams-nationalistische geschiedschrijving en ‘banale natievorming’).
In tegenstelling tot Het Verhaal van Vlaanderen zal ze beginnen met de val van Antwerpen (1585) en de vorming van de grens met wat nu Nederland is. Je zou ook kunnen stellen dat toen de protohistorie van Vlaanderen begon, de geschiedenis volgde vanaf 1830.
Voor 1585 kun je hoogstens spreken over een geschiedenis van het graafschap Vlaanderen, het hertogdom Brabant en het graafschap Loon. Wat het moderne Vlaanderen betreft, was dat de diffuse ‘prehistorie’.
Een ijzeren gordijn
Je kunt het nog het best vergelijken met de scheidingslijn tussen Noord- en Zuid-Korea of Oost- en West-Duitsland. Een natie (in wording) werd in de zestiende eeuw, tijdens een lange oorlog, brutaal opgesplitst, waarna beide helften, mede onder invloed van een verschillende (theïstische) ideologie, een heel verschillende weg insloegen.
Daarvoor was er zich wel degelijk een homogeen westelijk, vroeg-industrieel en verstedelijkt kerngebied in de Lage Landen aan het vormen, bestaande uit Vlaanderen, Brabant, Zeeland en Holland. Versus een oostelijk gebied dat meer feodaal en agrarisch was.
Na de splitsing werd vanuit Nederland overigens al snel minachtend neergekeken op de nieuwe zuiderbuur, in het bijzonder door uitgeweken Vlamingen en Brabanders.
Vlaamse thema’s
Een van de thema’s uit de protohistorie van Vlaanderen die in een Vlaamse geschiedschrijving misschien meer aan bod zouden komen, zijn de 17de -eeuwse invallen in Vlaanderen vanuit dat hovaardige Nederland.
Anderzijds onderging het gebrandschatte en deels zelfs verwilderde Vlaanderen een massale immigratie vanuit Frankrijk. Wat mede de vele Franse familienamen die Vlaanderen rijk is verklaart, van de Decroo’s tot de Lefeveres.
Wat in de huidige, Belgische geschiedschrijving al helemaal onderbelicht wordt, is de collaborerende houding van de Walen tijdens de Spaanse reconquista en hun vele rooftochten in Vlaanderen.
Ook wat onze eigenlijke geschiedenis betreft (1830-2023), zal of zou een Vlaamse geschiedschrijving significant verschillen van de huidige. Interpretaties van de onafhankelijkheid van België, de Eerste Wereldoorlog, de collaboratie of de chronische transfers die van duidelijk Belgisch-nationalistische signatuur zijn, zouden moeten wijken voor doorgaans accuratere en/of, vanuit een Vlaams perspectief, meer relevante interpretaties.
Of het ooit zo ver komt, is natuurlijk nog maar de vraag. Feit is in elk geval wel dat de huidige geschiedschrijving allesbehalve Vlaams is en dat daar met het zogenaamde ‘Verhaal van Vlaanderen’ geen ene jota verandering in werd gebracht, wel integendeel.