JavaScript is required for this website to work.
Multicultuur & samenleven

De jeugdzonde van een groot denker

Habermas in Leuven

Dirk Rochtus27/4/2013Leestijd 3 minuten

‘Jürgen Habermas komt!’ De komst van één van de grootste hedendaagse filosofen was met veel tromgeroffel aangekondigd. Op vrijdag 26 april hield hij aan de KU Leuven een lezing over de toekomst van Europa. De media-aandacht zorgde ervoor dat er op amper drie uur tijd duizend tickets de deur uitvlogen. ‘Gelukkig’ spreekt de man niet in zijn moedertaal, maar in het Engels. Stel je voor dat hij in die taal zou spreken die zich het best leent voor het wijsgerige denken.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Ook De Standaard (DS) pikt graag een van de graantjes mee die levende legende om zich heen strooit. Joël De Ceulaer stelde Habermas enkele pertinente vragen over waar het nu heen moet met Europa en welke rol Duitsland daarin speelt.

Hitlerjugend

In een kleine kolom bij het artikel worden de belangrijkste biografische gegevens van Habermas weergegeven. Nu ja, ‘belangrijkste’. Wat is nu precies de relevantie van het feit dat Habermas ‘lid van de Hitlerjugend tijdens WO II’ was? Uiteraard hebben het Derde Rijk en de Tweede Wereldoorlog een wezenlijke invloed uitgeoefend op het denken over democratie en nationalisme van elke Duitser die deze periode bewust heeft meegemaakt. Maar dan had de opgave van Habermas’ geboortejaar  – 1929 –  wel volstaan.

Rekenkundig kunnen we daaruit afleiden dat de nazitijd een stempel op zijn jeugd heeft gedrukt. Maar wat leren we nu echt uit het feit dat hij deel uitmaakte van de Hitlerjugend (HJ), als je bedenkt dat het lidmaatschap ervan verplicht was en 90 procent van de jongeren daadwerkelijk in die situatie verkeerde? Bondskanselier Angela Merkel bijvoorbeeld was in haar jongere jaren ook lid van de Freie Deutsche Jugend (FDJ), de jeugdbeweging van de DDR, de socialistische Oost-Duitse staat die in 1990 werd opgedoekt. Begrijpen we nu meer van Merkel? Wat telt, is dat ze zich door haar ervaringen in en met de DDR (die zich niet beperken tot het FDJ-lidmaatschap) ontpopte tot de christendemocratische politica die zich engageert voor de Westerse waarden, voor Europa, voor goede relaties met Amerika.

Verplicht

Het (verplichte) lidmaatschap van een jeugdbeweging van een totalitair systeem heeft op zich geen nieuwswaarde, wel of de persoon in kwestie dat lidmaatschap met volle enthousiasme – of juist niet – heeft ingevuld. Die vraag geldt voor Merkel en ze geldt voor Habermas. Maar dan had De Ceulaer op zijn minst moeten verwijzen naar de controverse die rond het HJ-lidmaatschap van Habermas heeft gewoed. Joachim Fest (1926-2006), gewezen journalist van de Frankfurter Allgemeine Zeitung en auteur van het standaardwerk Hitler. Eine Biographie (1973), schilderde in zijn postuum verschenen autobiografie Ich nicht! Habermas af als een ‘dem Regime in allen Fasern seiner Existenz verbundener HJ-Führer‘ (‘als  een HJ-leider die met elke vezel van zijn bestaan verbonden was met het regime.‘)

Fest was de zoon van een schooldirecteur die zijn job verloor omdat hij geen lid van de NSDAP, de nazipartij, wilde worden. Voor deze zoon van een regimetegenstander is Habermas’ HJ-lidmaatschap wel degelijk relevant indien daaruit zou kunnen worden afgeleid dat de filosoof als jonge knaap kritiekloos in het nationaalsocialisme zou hebben geloofd. Volgens een andere historicus, Hans-Ulrich Wehler, is de bewering van Fest echter ‘Verleumdung’ (laster).

Wordingsgang

Wat er ook van zij, het vermelden van Habermas’ HJ-lidmaatschap zou dus alleen relevant geweest zijn als De Ceulaer dieper was ingegaan op de vraag welke rol het nationaalsocialisme als ideologie heeft gespeeld voor de wordingsgang van Habermas. Nu maakt hij er zich vanaf door professor Antoon Vandevelde, decaan van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, met één zinnetje te citeren: ‘Hij ( = Habermas)  heeft de hele geschiedenis vanaf die oorlog tot en met vandaag op zijn eigen manier verwerkt en becommentarieerd.’ Die opmerking van de Leuvense wijsgeer snijdt hout. Elke Duitse burger die het Derde Rijk had meegemaakt, moest het verleden verwerken, – de ene deed dat al wat meer filosofisch of meer expliciet dan de andere.

Dat gold evenzeer voor de enkeling die zich op welke manier ook aan het verplichte lidmaatschap van de HJ wist te onttrekken. Dat lidmaatschap zou een verschil hebben gemaakt als de bewering van Fest klopte. Daar werd in het artikel in DS niet op ingegaan en dus heeft de vermelding van dat lidmaatschap totaal geen relevantie. Maar dat is natuurlijk ook niet de bedoeling. Het gaat er alleen om de nieuwsgierigheid van de lezer te prikkelen, de sensatiezucht te stillen, zo van ‘zeg, die Habermas, die is nog bij de Hitlerjugend geweest’.

Nationalisme

Of Habermas nu als jonge kerel een overtuigde nationaalsocialist was of niet, feit is dat de pervertering van het Duitse nationalisme door de nazi’s hem een afkeer van het nationalisme an sich heeft bezorgd. In het DS-interview zegt hij dat het populistische verzet tegen de verdere eenmaking [van Europa] vandaag vooral ‘een zaak van nationalisten’ is. Genuanceerd denken over nationalisme is er niet meer bij in die generatie van Duitsers die als jonge mannen de oorlog hebben meegemaakt.

Ik herinner me een gesprek met de bekende Duitse historicus Karl Dietrich Bracher (°1922) die waarschuwde voor ‘der flämische Nationalismus’, want ‘we hebben in Duitsland gezien waartoe het nationalisme leidt’. Daarbij kan de vraag worden gesteld of de nationaalsocialisten het Duitse nationalisme niet hebben misbruikt als opstapje voor de uitbouw van een megalomaan supranationaal imperium met Duitsland als naaf?

De nazi’s waren geen nationalisten in de klassieke zin van het woord die geloven dat staat en natie moeten samenvallen. Ze minachtten gewone nationalisten als aanhangers van Kleinstaaterei. Hitler wilde de Duitse natie tot een imperium uitbouwen vanuit het concept dat bepaalde raciaal gedefinieerde grootmachten de dominerende, hegemoniale, kracht moesten zijn in een bepaalde regio of in een bepaald continent. Duitsland zou dat bijvoorbeeld zijn in Europa, Japan in Oost-Azië en Groot-Brittannië in zijn kolonies. Het boek Hitler’s Empirevan de Britse historicus Mark Mazower is aangewezen lectuur om het verschil tussen grenzen respecterend nationalisme en imperialistische hybris of zelfoverschatting te begrijpen.

 

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties