JavaScript is required for this website to work.
post

De Notre-Dame en de klokkenluiders

Waarom nostalgisch zuchten ongepast is

ColumnJohan Sanctorum17/4/2019Leestijd 3 minuten

foto ©

Terwijl de wereld zich vergaapt aan een afgebrande kerk, en daar ook nog allerlei symboliek in ziet, wordt, o ironie, elders een klokkenluider opgejaagd.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Om en rond het rokend puin van de Parijse Notre-Dame wenen de Fransen om hun monument dat zoveel toeristen lokte, en stromen vanuit alle hoeken van de planeet betuigingen van medeleven toe. Op de sociale media is het dramatische beeld van de neerstortende torenspits, in de Goede Week nog wel, meteen een aanleiding om er een groots en tragisch symbool in te zien van een verdwijnend Avondland. De nagloed van een beschaving, lees ik her en der. Met aansluitend al wat hypotheses over allochtone arbeiders die aan het dak werkten, moslimterroristische complotten, tot en met een weerwraak van de Islamitische Staat. ‘Frankrijk heeft zijn cultureel 9/11’, bloklettert De Morgen. Maar als niets wijst op een aanslag, wat is dan de relatie met 9/11? Het vuurwerk?

Helaas voor de romantici: die Notre-Dame verkeerde al decennia in een belabberde staat, de Fransen hadden er blijkbaar geen geld voor over om hem drastisch aan te pakken, c’est tout. De jammerklacht om de teloor gegane Parijse kathedraal is dan ook tamelijk hilarisch én hypocriet. We zetten monumenten op de erfgoedlijst en denken dat daarmee de klus geklaard is. Maar fundamenteler nog, is die wenteling in zelfmedelijden typerend voor een samenleving en een cultuur die niets nog ten gronde doordenkt en aanpakt, en zich dan maar verliest in het sentiment.

Kuddegeest

Europa heeft inderdaad een probleem, maar dat probleem zijn wij zelf, in de eerste plaats, en het is al te makkelijk om daar zondebokken voor te zoeken. De manier bijvoorbeeld waarop wij onze cultuur beschaamd wegmoffelen voor onze kinderen, het onderwijs naar een schrikbarend niveau laten afzakken, de taal laten verloederen en de geschiedenisles gewoon afschaffen, dààr ligt het kalf gebonden. De manier waarop wij christelijke feestdagen herbenoemen om hun betekenis uit te wissen, of alsmaar over verlichting spreken terwijl niemand nog weet wat dat inhoudt en waar het voor staat, dààr schuilt het probleem. En niet bij een kerk die afbrandt, dat maakten ze in de middeleeuwen ook mee. De Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwkathedraal brandde bijvoorbeeld in 1533 grotendeels af, niet door vandalisme of beeldenstormers, maar gewoon omdat houten gewelven nu eenmaal makkelijk vuur vatten. Men deed een collecte, stelde een bouwmeester aan en renoveerde, zelfs met uitbreiding. Case closed, dat was in de 16de eeuw.

Maar in de 21ste eeuw, waar iedereen de mond vol heeft van technologische innovatie en we naar Mars vliegen alsof het niks is, staren Parijzenaars dus naar de verkoolde resten van een kerk alsof de Apocalyptische Ruiters gepasseerd zijn. De emotoestanden die zich nu afspelen nabij de Notre-Dame behoren tot dezelfde goedkope sentimentcultus en kuddegeest als de kaarsjesprocessie na een terreuraanslag. Terwijl we op zo’n momenten vooral gebruik moeten maken van onze grootste troef: de ratio, het nuchter analyseren en durven onthullen, waarbij ook zelfkritiek aan de orde is. Wat doen we fout, waar liep het mis, hoe de fout herstellen? Symboliek anderzijds is een echte valkuil, het behoort tot het bijgeloof dat net belet om de zaken scherp te stellen en oorzakelijke verbanden te zien.

Skaten op een vierkante meter

Toevallig (?) wordt op hetzelfde moment beslist over het lot van klokkenluider (!) Julian Assange, na een zesjarig verblijf op de Ecuadoriaanse ambassade in Londen gearresteerd door de Britse politie. De pers doet nu wat smalend en zelfs vrolijk over de oprichter van WikiLeaks. Er circuleren filmpjes hoe hij in zijn ondergoed op een skateboard probeert rond te rijden in zijn bureau van een paar vierkante meter groot. Er gaan verhalen de ronde dat hij graag met zijn handen eet en zijn favoriete kat heeft overgelaten omdat leven in zo’n ambassadevertrek gewoon geen leven is. De ironie ontgaat de meesten blijkbaar. Dat Assange als niet-journalist eigenlijk het werk heeft gedaan dat perskaartjournalisten zouden moeten doen maar niet kunnen, willen, of durven, die waarheid willen ze ook niet onder ogen zien.

Dus is de brand van de Notre-Dame een wereldzaak en de dreigende uitlevering aan de VS van de klokkenluider een fait-divers. Nochtans heeft Trump zijn overwinning voor een flink deel aan Assange te danken, via het emailschandaal dat Hillary Clinton trof in volle verkiezingsperiode. Maar de gelekte documenten die aantonen hoe Amerikaanse militairen in Afghanistan en later in Irak burgers en journalisten onder vuur namen om zich te amuseren,- dat wordt Assange nooit vergeven.

Terwijl, en dat is nu net de ironie, het fenomeen Assange hoopgevend is voor onze westerse cultuur en het uitzicht op een nieuwe burgerdemocratie, buiten de lakse mainstream media om. Wie aan de Notre-Dame Marialiederen staat te zingen, moet dat beseffen: er zijn mensen die vandaag écht vechten voor vrijheid, democratie en de basiswaarden van onze westerse cultuur.  Ik heb er ook op gewezen dat in datzelfde Parijs de redacteurs van Charlie Hebdo al sinds de dodelijke aanslag in 2015 in een zwaar beveiligde cel leven (‘Trois ans dans une boîte de conserve’), vergelijkbaar met dat kamertje in de Ecuadoriaanse ambassade. Toen werden er ook tranen vergoten en grootse steunmanifestaties georganiseerd (Je suis Charlie), vandaag betalen de cartoonisten en redacteurs nog altijd de prijs voor hun radicale interpretatie van de vrije meningsuiting.

Niemand spreekt nog over Assange, hij kwam gisteren in het VRT-nieuws niet meer voor. De Notre-Dame wordt vast wel herop gebouwd,- miljardairs smijten nu met geld,- maar als onze vrijheden verdwijnen krijgen we ze misschien nooit meer terug. De kathedraal van de 21ste eeuw heet misschien wel Wikileaks.

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties