De term shadow banking, of schaduwbankieren in het Nederlands, werd in het leven geroepen door Paul McCulley van de wereldwijde vermogensbeheerder Pimco tijdens een economisch symposium in Jackson Hole (Wyoming) in 2007. Volgens hem ontstond dit fenomeen in de jaren 70 met de ontwikkeling van de geldmarktfondsen. Dit zijn geldmarktrekeningen die grotendeels functioneren als bankdeposito’s. Maar de geldmarktfondsen worden niet gereguleerd zoals de banken. De Financial Stability Board (FSB), een internationale toezichthouder in de financiële wereld die in 2009 opgericht…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
De term shadow banking, of schaduwbankieren in het Nederlands, werd in het leven geroepen door Paul McCulley van de wereldwijde vermogensbeheerder Pimco tijdens een economisch symposium in Jackson Hole (Wyoming) in 2007. Volgens hem ontstond dit fenomeen in de jaren 70 met de ontwikkeling van de geldmarktfondsen. Dit zijn geldmarktrekeningen die grotendeels functioneren als bankdeposito’s. Maar de geldmarktfondsen worden niet gereguleerd zoals de banken.
De Financial Stability Board (FSB), een internationale toezichthouder in de financiële wereld die in 2009 opgericht werd door de G20, definieert schaduwbankieren als het systeem van kredietintermediatie waarbij verschillende entiteiten en activiteiten van buiten het reguliere banksysteem betrokken zijn. Zij verschaffen krediet, rechtstreeks of als onderdeel van een ketting, of faciliteren het proces van kredietintermediatie.
Schaduwbanken worden in tegenstelling tot de gewone banken niet zo streng gereguleerd. Het zijn immers geen gewone klassieke depositobanken waar de kleine spaarder zijn geld aan toevertrouwt. Ze zijn bijvoorbeeld niet verplicht een kapitaalbuffer aan te leggen. Ook hebben ze geen toegang tot de middelen van een centrale bank. Ze werken dus in de ‘schaduw’. Omdat de regels voor hen niet zo streng zijn, kunnen zij meer risico’s nemen. Maar als het verkeerd uitpakt, kunnen ze zware verliezen leiden. Dat zullen we verder zien.
De term schaduwbankieren komt pejoratief over. Hij veronderstelt een sfeer van illegaliteit, alhoewel het in principe legaal is. Daarom verkiest men in de financiële wereld te spreken over ‘niet bancaire financiële intermediatie’.
Vier sleutelkenmerken
Bij de kredietintermediatie van schaduwbankieren spelen vier aspecten mee:
- transformatie van de vervaldag: men verkrijgt kortetermijnfondsen om die te beleggen in langetermijnactiva;
- liquiditeitstransformatie: dit sluit op het vorige omdat met kortetermijnschulden gebruikt om activa te kopen (zoals langtermijnleningen) die moeilijker te verkopen zijn;
- hefboom: men leent veel geld bij de aankoop van vaste activa om de potentiële winsten (of verliezen) van een investering te vermenigvuldigen;
- kredietrisicotransfer: men neemt het falingsrisico van een debiteur (bijvoorbeeld emittent van een obligatie) over om het te transfereren naar een andere partij.
Vele instellingen gelden als schaduwbanken. Het gaat om financieringsmaatschappijen, special purpose vehikels (SPV), hedgefondsen, zakenbanken en geldmarktfondsen. Maar ook financieringsvormen zoals crowd funding en kredietverschaffende thuiswinkels en warenhuizen behoren volgens de boven vermelde definitie tot het schaduwbanksysteem.
Quid handelskrediet?
Handelskrediet betreft het toegestane betalingsuitstel tussen bedrijven onderling naar aanleiding van de levering van goederen en diensten. De banken bieden de bedrijven daar financieringsmodaliteiten voor aan, en er bestaan diverse alternatieven zoals factoring en effectisering. In de mate dat dit buiten de bankregulering valt, zou men dit kunnen interpreteren als een vorm van schaduwbankieren.
Kredietverzekeraars, die het betalingsrisico op handelsrisico afdekken, werken in een gesloten wereld, maar ze verschaffen geen financieringen, enkel betalingsgaranties. Indien nodig kunnen ze zo echter wel betrokken geraken in financieringsconstructies die als schaduwbankieren bestempeld kunnen worden.
Omvang
Het gaat om heel grote bedragen. In 2016 vertegenwoordigde schaduwbankieren volgens de FSB een vermogen van meer dan 45 biljoen dollar. Dat is 13% van de totale wereldwijde reguliere financiële sector, die een waarde van 340 biljoen dollar heeft. Maar er kunnen verschillende definities over schaduwbankieren gehanteerd worden.
De Verenigde Staten vertegenwoordigden toen 31% van het totale schaduwbankieren in de wereld. Ze werden gevolgd door China met 7 biljoen dollar (15,5% van het totaal), de Kaaimaneilanden (10% van het totaal), Luxemburg met 3,2 biljoen dollar (of 7,2% ) en Japan dat 6% van het totaal behelst. Wat opvalt is de aanwezigheid van enkele fiscale paradijzen.
De vermogensbeheerder Blackrock geldt als een van de grootste schaduwbanken, als het niet de grootste is. Het bedrijf werd in 1988 opgericht door Larry Finck en kwam naar de beurs in 1999. Beleggen in een professionele belegger zoals Blackrock was erg lucratief. Het aandeel vervijftigvoudigde. Blackrock beheert ondertussen 9.460 miljard dollar. Via duizenden beleggingsfondsen is Blackrock in vrijwel elk beursgenoteerd bedrijf dat ertoe doet een belangrijke aandeelhouder. Het stabiliserende effect dat Blackrock op dit ogenblik heeft op de mondiale economie is zeer positief. Maar wat als het ooit in financiële moeilijkheden geraakt door interne of externe omstandigheden?
Quid België?
In 2018 stelde de Nationale Bank van België dat de bedragen van schaduwbankieren, en daaraan gekoppeld assetmanagement, in België 147 miljard euro beliepen. De activa bestaan hoofdzakelijk uit geldmarkt- en beleggingsfondsen die niet kwalificeren als aandelenfondsen. De grote meerderheid van deze laatsten vallen immers onder het toezicht van de Belgische autoriteiten. De Nationale Bank stelt dat er geen wezenlijke risico’s geïdentificeerd waren die de financiële stabiliteit bedreigen. Maar de ontwikkelingen van schaduwbankieren, en de verbanden met andere sectoren van de economie, moeten wel nauwlettend opgevolgd worden, met inbegrip van het mogelijke reputatierisico bij financiële dienstengroepen.
Negatieve ervaringen
Schaduwbankieren is door het gebrek aan controle, regulering en transparantie wel een gevaarlijk fenomeen. De wereld werd daar een eerste keer op gewezen in 1998. Toen ging het hedgefonds Long-Term Capital Management (LTCM) over de kop. Het fonds werd in 1994 opgericht door John Meriwether, samen met de Nobelprijswinnaars Myron Scholes en Robert Merton. Men trachtte voordeel te halen uit de prijsverschillen tussen diverse gerelateerde obligaties. Er was een forse hefboomwerking: 4,7 miljard dollar eigen vermogen, met daarnaast 125,5 miljard dollar schulden! Door de roebelcrisis in 1998 kon Rusland haar financiële verplichtingen niet meer nakomen, en maakte LTCM forse verliezen.
De financiële crisis van 2008 was het volgende markante feit. De rommelhypotheken in de Verenigde Staten werden herverpakt in tal van effectiseringsoperaties, en zo over de ganse wereld verspreid. Toen het economische tij keerde konden de hypotheekleningen niet terugbetaald worden, en brak de crisis uit.
Achillespees
Deze gebeurtenissen toonden aan dat het schaduwbankieren op diverse vlakken een zwakke achillespees heeft. Er is de kwetsbaarheid voor bankachtige ‘runs’. Zoals reeds aangegeven financieren schaduwbanken hun vaak langlopende investeringen voornamelijk met kortlopende middelen (geldmarktfinanciering). Daardoor moeten zij regelmatig terug naar de markt voor herfinanciering en lopen zij net als de gewone banken een herfinancierings- of liquiditeitsrisico.
Een belangrijk verschil is echter dat banken onder liquiditeitstoezicht staan en schaduwbanken (vaak) niet. Schaduwbanken kunnen daardoor in sterkere mate langlopende bezittingen financieren met kortlopende middelen. Op die manier profiteren zij van de normale situatie waarin de korte rente lager is dan de lange rente, maar het herfinancieringsrisico neemt toe.
Een ander belangrijk verschil met banken is dat voor schaduwbanken geen (officieel) ‘vangnet’ bestaat. Bij banken wordt het risico op een ‘run’ door spaarders nog enigszins beperkt door depositogarantiestelsels. En bij liquiditeitsproblemen kunnen zij rekenen op faciliteiten en de ‘lender of last resort’-functie van de centrale bank. Die faciliteiten worden banken echter enkel geboden tegen de verplichting zich te onderwerpen aan een streng toezichtsregime.
Een tweede risico van het schaduwbanksysteem is dat problemen, via de verwevenheid met de rest van het financiële systeem, kunnen overslaan naar andere financiële instellingen. Dit heet dan systeemrisico. Het fenomeen schaduwbankieren kan zo grote repercussies hebben als grote investeringsmaatschappijen omvallen. Bijvoorbeeld omdat de gewone consumentenbanken er ook in beleggen, net zoals de pensioenfondsen en verzekeraars. En dan mogen deze reguliere banken wel onder toezicht staan, ze kunnen evengoed hun geld kwijtgeraken bij risicovolle investeringen.
Geen hervormingen in zicht
Er zijn verschillende manieren om het schaduwbanksysteem te hervormen: een kapitaalgarantie tot een bepaald maximumbedrag om grote geldopnames door investeerders tegen te gaan, een minimumkapitaal als buffer, meer transparantie. Maar de kans dat dit gebeurt is miniem. Schaduwbanken vormen immers een soort olie die de motor van de economie draaiende houdt. De autoriteiten weten dat ze op de lange termijn wel eens moeten tussenkomen, maar op de korte termijn zou dit voor nog meer risico’s kunnen zorgen en de economische groei in de weg staan.
China reageert
Schaduwbankieren ontstond in China aan het einde van de jaren 90 en kende een grote vlucht na de financiële crisis in 2007. Dit was een gevolg van het feit dat het traditionele banksysteem, omwille van een erg strakke regulering, niet in staat was tegemoet te komen aan de enorme financieringsbehoeften van de sterk groeiende economie.
Sinds 2016 heeft China diverse maatregelen genomen om de impact van het schaduwbankieren te beperken, zoals:
- de reserveratio, waardoor de Chinese commerciële banken maximaal slechts 75% van hun bankdeposito’s mochten uitlenen, werd opgeheven. De bedoeling was een snelle groei in commerciële kredieten af te remmen. Door de afschaffing van de reserveratio konden reguliere banken veel meer krediet toestaan ten nadele van de schaduwbanken;
- vanaf 2018 werd het toezicht op schaduwbankieren verscherpt. Er kwamen strakkere regels op asset management, en ook initiatieven om de schuldhefboom in de Chinese financiële sector te verlagen;
- in 2019 werd de referentierentevoet verlaagd: daardoor konden meer kredietnemers toegang krijgen tot normale financieringslijnen ten nadele van het schaduwbankieren.
Conclusie
Met dit artikel wilden we aantonen dat er in het financiële systeem grote zwakheden blijven. De reguliere banksector wordt sterk gecontroleerd, en de banken klagen er over. Maar daarnaast bestaat er nog een grote leemte met het sterk groeiende schaduwbankieren, dat bij een ineenstorting van de markt het reguliere bankwezen desondanks toch nog ernstig kan treffen. De kleine belegger moet hier echter mee leven. Zijn geld op de spaarrekening laten is ook geen optie: hij verliest geld doordat de inflatie nu hoger is dan de rente daarop.