Het gemeenschappelijk politievakbondsfront NSPV-VSOA-ACV blijft volharden in zijn aanval op federaal minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld). Bijgestaan door raadsman Marc Uyttendaele klagen ze aan dat de medewerker die in naam van de minister deelnaam aan het sociaal overleg nu plots geen mandaat zou hebben gehad om het protocol waarin de afspraken staan, te ondertekenen. Van Quickenborne voelt zich dan ook niet gebonden door het afgesloten sectoriële akkoord dat tijdens de begrotingsgesprekken sneuvelde. Volgens het vakbondsfront ondergraaft Van…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Het gemeenschappelijk politievakbondsfront NSPV-VSOA-ACV blijft volharden in zijn aanval op federaal minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld). Bijgestaan door raadsman Marc Uyttendaele klagen ze aan dat de medewerker die in naam van de minister deelnaam aan het sociaal overleg nu plots geen mandaat zou hebben gehad om het protocol waarin de afspraken staan, te ondertekenen. Van Quickenborne voelt zich dan ook niet gebonden door het afgesloten sectoriële akkoord dat tijdens de begrotingsgesprekken sneuvelde. Volgens het vakbondsfront ondergraaft Van Quickenborne zo het Belgische sociaal overlegmodel.
Valsheid in geschrifte?
De stelling van Van Quickenborne dat zijn medewerker niet gemandateerd was om de gemaakte afspraken te bekrachtigen snijdt volgens het vakbondsfront en Uyttendaele geen hout. In art. 19 van het koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 24 maart 1999 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten, staat duidelijk vermeld dat de minister van Binnenlandse Zaken en die van Justitie gezamenlijk het voorzitterschap van het onderhandelingscomité op zich nemen. De ministers kunnen zich wel laten vervangen door een gemachtigde afgevaardigde. Wie dat is, waarom die aangesteld wordt en de reikwijdte van het mandaat moeten uitdrukkelijk in een afzonderlijke akte worden opgenomen.
Nu zijn er twee mogelijkheden: óf de medewerker van Van Quickenborne die de onderhandelingen voerde had een mandaat en dan moeten de gemaakte en ondertekende afspraken nagekomen worden. Óf de medewerker had geen mandaat en pleegde dan mogelijk valsheid in geschrifte door een ongeldige handtekening te zetten onder het protocol.
In de plenaire vergadering stelden Yngvild Ingels (N-VA), Ortwin Depoortere (Vlaams Belang) en Vanessa Matz (Les Engagés) een vraag om uitleg aan premier De Croo. Die antwoordde dat de handtekening van de medewerker van Van Quickenborne enkel bedoeld was ter kennisname van de ondertekening van het protocol door minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V). Hij gaat daarmee voorbij aan het feit dat de wet bepaalt dat beide ministers of hun afgevaardigden het overleg voorzitten en dus beiden voor akkoord moeten tekenen.
Ingebrekestelling
In zijn uiteenzetting voor de pers had meester Uyttendaele, die als grondwetspecialist bijzonder geïnteresseerd blijkt in deze casus, het over de leer van het schijnmandaat. De situatie dient volgens hem dringend te worden uitgeklaard. Hij stelt minister Van Quickenborne dan ook in naam van het vakbondsfront in gebreke en vraagt de documenten op die het mandaat van de afgevaardigde van het kabinet Justitie omschrijven en toewijzen.
Indien die niet bestaan betekent dit dat de afgevaardigde, die mee de onderhandelingen voorzat, daar eigenlijk maar om te lachen zat. En dit tijdens zeventig (70) vergaderingen over de laatste tweeënhalf jaar. Dat zou dan betekenen dat alle gesloten akkoorden naar de prullenmand kunnen. Want volgens de wet móet of de minister, of een gemachtigde afgevaardigde mee de onderhandelingen voorzitten.
“Wie is die gast?”
Volgens Ortwin Depoortere zou Van Quickenborne tijdens de vergadering van het onderhandelingscomité op 28 november, de dag van de manifestatie van de politievakbonden als protest tegen het niet respecteren van het afgesloten sectoriëele akkoord, over zijn medewerker die de onderhandelingen hebben afgevraagd: wie is die gast? Daar herhaalde hij dat hij niet gebonden was aan het akkoord omdat hij dat niet had ondertekend. Maar dat betekent dus gelijk dat alle onderhandelingen van nul en generlei waarde zijn.
Carlo Medo, nationaal voorzitter van politievakbond NSPV, klinkt bijzonder ontstemd. ‘Wij hebben ons als vakbond steeds respectvol en open opgesteld tijdens de onderhandelingen. Wij gingen er vanuit dat onze gesprekspartners daar ook zaten met een mandaat en dus de onderhandelingen mochten voeren en bekrachtigen.’
‘De houding van minister Van Quickenborne getuigt van een totaal gebrek aan respect voor ons, onze leden en bij uitbreiding de Belgische bevolking die op ons rekent om de veiligheid te garanderen. Politiemensen zijn uiterst loyaal ten overstaan van de overheid waarvoor ze werken. Wij hebben een eed afgelegd en houden ons daaraan. Wanneer de minister bijvoorbeeld bedreigd wordt staan onze mensen daar ogenblikkelijk om zijn veiligheid te garanderen. Wij hebben respect voor de regels en verwachten hetzelfde van onze gesprekspartners tijdens het sociaal overleg. Maar blijkbaar is dat te veel gevraagd.’
Naïef
De politievakbond kon de akte met het mandaat van de afgevaardigde van de minister inkijken. Dat is blijkbaar is dat niet gebeurd. Naïef? ‘Naïef? We mogen er toch nog vanuit gaan dat onze gesprekspartners ter goeder trouw aan tafel aanschuiven! Waar zijn we aanbeland als dit soort perfide spelletjes worden gespeeld? De gevolgen daarvan kan je moeilijk overschatten. Tijdens die zeventig vergaderingen zijn veel thema’s behandeld en veel afspraken gemaakt. Indien nu één van de partners vindt dat hij zich niet aan de gemaakte afspraken moet houden, komen die allemaal op de helling te staan. Dat gaat ook over topbenoemingen waarvoor wij werden geconsulteerd. Onze juridische teams gaan nu alle verslagen uitspitten om te zien wat de mogelijke gevolgen van deze leer van het schijnmandaat kunnen zijn.’
‘Wij spelen het spel volgens de regels. De regering moet dat ook doen. Als ze willen dat de regels veranderen, kunnen ze dat doen via het parlement. Dan moeten ze daar maar een wet stemmen. Alleen mogen we ons dan de vraag stellen in wat voor een land we dan wakker worden. Het sociaal overleg is een hoeksteen van onze samenleving. Dit gaat over grondrechten. Als daar zo mee wordt omgesprongen, gaat het hele samenlevingsmodel op de schop.’
‘De onderhandelingen zijn een lijdensweg geweest. Deze regering voelde zich niet gebonden aan de afspraken die de vorige had gemaakt. Dat op zich is al stuitend. Minister Verlinden heeft ons leren kennen als degelijke en betrouwbare gesprekspartners. Zij wordt hier eigenlijk ook in haar hemd gezet door minister Van Quickenborne. Als je zijn redenering volgt, hebben we tweeënhalf jaar om te lachen gewerkt. Ik wil de kostprijs van al die uren onderhandelen niet berekenen, maar die is hoog. In tijden van budgettaire krapte en personeelstekort is dit onaanvaardbaar. Vandaar dat we de minister door onze raadsman Marc Uyttendaele in gebreke hebben laten stellen. Wij kunnen dit gewoon niet laten passeren. Wij zijn dit aan onze leden en de bevolking verschuldigd.’
Kan Van Quickenborne nog aanblijven? Meester Uyttendaele had het in zijn exposé voor de pers over ‘de verbijsterende lichtheid van de waarde van het politieke woord’. Van Quickenborne lijkt zich met de leer van het schijnmandaat in een onmogelijke positie te hebben gemanoeuvreerd. Het vertrouwen in zijn persoon als minister is volledig zoek. De vakbonden vroegen al om zijn ontslag naar aanleiding van de moord op de jonge politieagent Thomas Monjoie in Schaarbeek. Of Van Quickenborne ook deze storm kan doorstaan is maar zeer de vraag. Tot nu toe blijft hij de steun genieten van premier Alexander De Croo. Maar het vertrouwen in de liberale regeringstweeling zakt zo wel stilaan onder het nulpunt.
Wij vroegen een reactie van het kabinet van minister Van Quickenborne maar kregen tot op heden geen antwoord.