Zoals u ongetwijfeld al hebt vernomen, heeft de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg in Brussel Koning Albert persoonlijk ter zitting opgevorderd inzake de eis tot vaderschapserkenning die Delphine Boël heeft neergelegd. Ook barones Sybille de Selys Longchamps, haar moeder, en de industrieel Jacques Boël, haar wettige (maar dus in alle waarschijnlijkheid niet-biologische) vader worden op 21 februari 2017 op deze familiereünie verwacht.
Een vrouw van 48, die als kunstenares door het leven gaat, en nu met veel zin voor pathos ex-staatshoofd Albert II uitdaagt om haar als zijn dochter te omarmen, is dat niet veeleer een artistieke pose? Ongetwijfeld deels wel. Maar laten we de dramatiek eens in zijn volle omvang absorberen. Om de Delphine-saga te begrijpen en in zijn details te analyseren, moet men absoluut buiten de reguliere media om: die maken ons niets wijzer. Het zijn de boekskens, met Dag Allemaal vooraan, en met royalty-expert Mario Danneels als orakel én inquisiteur (daarover straks meer), die een Shakespeariaanse plot onthullen waarin, mispak u niet, uiteindelijk het voortbestaan van de monarchie én van België in het geding komt.
Sneeuwwitje
Eerst de feiten ter herinnering, Dag-Allemaal-lezers mogen dit overslaan. De met Paola getrouwde en toenmalige prins Albert had tussen 1966 en 1982 een relatie met de eveneens getrouwde Sybille. Het was niet zomaar wat gescharrel: ze betrokken samen een liefdesnest in Ukkel en Knokke, alwaar dus Delphine (° 1968) werd verwekt. Albert was zo verkikkerd op zijn buitenechtelijke dochter, dat hij naar zijn wettige prinsenkinderen nauwelijks omkeek, wat het autisme zou verklaren van zoon en huidige koning Filip, én uiteraard de razernij van Paola. Die zou het uiteindelijk gedaan krijgen dat Albert met hangende pootjes terugkeerde en Delphine compleet zou negeren. Een donkere bladzijde die definitief werd omgedraaid, zo leek het. Maar die kille afwijzing had een omgekeerd effect op Delphine, die steeds meer geobsedeerd geraakte door haar status van verstoten dochter en hem ook telkens weer probeerde te ontmoeten.
Nu komen we in een Freudiaanse fase: de emotionele band tussen een dochter en haar vader, die door de stiefmoeder wordt doorgesneden. Daardoor wordt het accent op de incestueuze band Albert/Delphine verlegd naar de strijd tussen oer-rivalen Delphine en de überbitch Paola. Tegen de onbeschrijfelijke haat die de oude queen toedraagt aan Albert’s liefdeskind, dat gewoon nooit had mogen geboren worden, staat de al even fanatieke jaloezie van de dochter tegenover de stiefmoeder. In dit sneeuwwitjescomplex ontstaat zelfs de piste om Delphine ‘te laten verdwijnen’,- Kabinetschef Jacques van Ypersele de Strihou zou met dat idee gespeeld hebben. Geef toe: dat schreeuwt om een verfilming, hallo Jan Verheyen?
Maar niet te snel. In het derde bedrijf wordt de geestelijk beschadigde koning Filip geconfronteerd met de misstap van zijn vader, die hij eveneens begint te haten (het botert inderdaad heel slecht tussen die twee), waardoor Filip met zijn halfzuster Delphine contact probeert te zoeken (ook waar dus), wat koningin Mathilde dan weer helemaal niet kan appreciëren. Snapt u het plaatje? Dit koningsdrama heeft een viraal verloop, waarbij steeds meer protagonisten ‘besmet’ geraken door de obsessie om het verleden uit te wissen maar daar steeds minder in slagen en mee in de soep draaien. Uiteindelijk, en we zijn dan in de vierde en laatste akt, stort heel dit bouwsel ineen, pleegt de voltallige monarchie zelfmoord, en wordt ook het koninkrijk zelf begraven.
Geniale schelmenstreek
Een catastrofe én een happy end. Tweehonderd jaar na ‘De Stomme van Portici’ maakt een live-soap-opera een einde aan wat toch steeds meer een weeffout van de geschiedenis bleek, en kunnen de boeken dicht. Maar hier moeten we toch hulde brengen aan de bedenker van heel het verhaal, journalist/auteur Mario Danneels (Brugge, 1981), die in het nu al historische boek Paola: van ‘la dolce vita’ tot koningin (Van Halewyck,1999) voor het eerst Delphine Boël opvoert als natuurlijke dochter van Albert. Een paar maanden vóór de feestelijke kroning van Filip nog wel. Een donderslag bij heldere hemel was het, en het rommelt nog na, want later verschenen nog de al even iconoklaste roddeldocu’s Het trauma van de troon. Het verdriet van de Van Belgiës (2007), De koning in zijn blootje. Leuke weetjes over het koningshuis (2008) en Laurent. Zondaar van Laken (2012).
Danneels schreef het jeugdwerk waarin Delphine opduikt toen hij 18 was, het moet dus als een geniale literair-journalistieke schelmenstreek beschouwd worden van een vroegrijpe tiener, openlijk homoseksueel, Paola-fan (!) en tegelijk België-hater, ook niet onbelangrijk. Hij woont tegenwoordig in Ierland en beweert zich meer Ier te voelen dan wat ook: Mario Danneels incorporeert een voorafbeelding van het verdampte België, dat zelfs niet meer zal uiteenvallen in Vlamingen en Franstaligen, maar meer in een veralgemeende diaspora, voorlopig alleen beoefend door rijke belastingontduikers. Maar het zou een trend kunnen worden bij de millenniumgeneratie: ont-belgiciseren via iets tussen migratie en ballingschap, ook al omdat het wereldwijd web alle territoria sowieso virtualiseert.
Mario Danneels (die zich overigens ver van elk politiek debat houdt) heeft een literaire bom onder de Belgische monarchie gelegd, maar ook onder België zelf, waarvan hij, weer in Dag Allemaal, het einde voorspelt nu de allerlaatste incarnatie van het ziekelijke Coburgbloed aan de macht is: Filip I. De naam alleen al, we geven hem enkel aan een goudvis in een bokaal, terwijl die andere bekende Filip, o ironie, als een hectische koningshater en fascistische anti-patriot acteert. De nar in het verhaal? Of is die rol veeleer voorbehouden aan bedelprins Laurent?
De rechter die Albert en Delphine persoonlijk uitnodigde op de zitting, heeft gevoel voor drama maar heeft vast ook Mario Danneels gelezen. Literair dynamiet onder de Belgische ruïne, verdient er iemand meer de volgende Nobelprijs letterkunde?
Johan Sanctorum is filosoof, publicist, blogger en Doorbraak-columnist.