JavaScript is required for this website to work.
post

Herrie over een nieuw genderneutraal Frans voornaamwoord

‘Iel’ nu ook in het woordenboek, tot genoegen van de een en afschuw van de ander

Alexander Van Der Meer11/12/2021Leestijd 4 minuten
Of je nu zelf nog je Petit Robert hebt of niet, maakt niet uit: in het
woordenboek staat je genderneutrale voornaamwoord.

Of je nu zelf nog je Petit Robert hebt of niet, maakt niet uit: in het woordenboek staat je genderneutrale voornaamwoord.

foto © Petit Robert

Het nieuwe Franse genderneutrale voornaamwoord ‘iel’ geeft veel ophef, vooral nu het in een woordenboek is opgenomen. De reacties lopen uiteen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Op het ‘Transgender Infopunt’ wordt het begrip ‘non-binair’ uitgelegd. Iemand is non-binair als hij ‘zich niet thuis voelt in de binaire genders man of vrouw, maar wel bij een andere, niet-binaire genderidentiteit’. ‘Hij’ of ‘zij’ schieten dus tekort als aanspreekvorm voor zogeheten non-binairen. Zij maken volgens onbetrouwbare peilingen ruim een vijfde van  de bevolking uit. Ik zou zeggen: dan zeg je ‘het’. Maar dat alternatief zwijgt men consequent dood.

Het neutrale ‘iel

In het Frans bestaat niet eens een woord als ‘het’. Maar daar is nu wel een oplossing voor bedacht: een neologisme dat in genderfluïde kringen — zoals dat heet — al lang gebruikt schijnt te worden. Dat woord is ‘iel‘: een kofferwoord (mot de valise) van il en elle. Uiteraard niet uitgesproken als ons ‘iel’, maar als /ie-èlle/.

Het is nu zelfs opgenomen in een van de twee Franse standaardwoordenboeken, wat meteen tot flink gekrakeel heeft geleid. De Fransman weet ongezien welke van die twee woordenboeken dit geweest moet zijn. Want voor zover ik weet is Frankrijk het enige land met een linkse en een rechtse ‘dico‘ — zoals een woordenboek hier met een koosnaam heet.

In het linkse woordenboek

Inderdaad, het initiatief om ‘iel’ legitimiteit te geven kwam van de linkse Petit Robert — vooralsnog slechts in de onlineversie. De eerste editie van dit woordenboek dateert van 1967, toen de wind voornamelijk van links woei: het tijdperk van de ‘soixante-huitards’. De concurrent is de veel oudere en meer behoudende Petit Larousse, die ‘iel’ vooralsnog negeert.

In de zoekbalk van de online Petit Robert levert ‘iel’ dit op: ‘Persoonlijk voornaamwoord, derde persoon enkelvoud en meervoud (iels), gebruikt om een persoon aan te duiden onafhankelijk van zijn geslacht.’

Reacties van politici

Het tumult strekte zich zelfs uit tot regeringsburelen in Parijs. Staatssecretaris Elisabeth Moreno van Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen juichte het initiatief toe. Zij noemde het ‘een zegen voor wie zich herkent in dit nieuwe voornaamwoord.’ Maar minister van Onderwijs Jean-Michel Blanquer was ontstemd. ‘Het feminisme is belangrijk,’ zei hij, ‘maar niet belangrijk genoeg om de Franse taal te verpulveren.’ Verpulveren (triturer) is letterlijk het woord dat hij gebruikte. De minister lichtte overigens niet toe welk verband hij zag tussen feminisme en de emancipatie van de non-binaire medemens.

Maar liefst 85 parlementariërs deden in de krant een oproep deze nieuwlichterij een halt toe te roepen: ‘Onze schitterende Franse taal die de Verlichting ver buiten de grenzen laat schijnen, wordt afgebroken door de ideologische grillen van egoïstische militanten. Straks maken ze ook nog gehakt van onze geschiedenis, en uiteindelijk van onze Natie.’

Ze willen dat ‘burgers zich rond gemeenschappelijke waarden verenigen’ en zijn van mening dat ‘het verminken van de taal niemands leed zal verzachten. Door meer verdeeldheid te zaaien wordt dat leed alleen maar groter.’ Deze volksvertegenwoordigers zijn alle 85 lid van de centrumrechtse Republikeinen. Maar zelfs Brigitte Macron, de vrouw van de president en zijn vroegere lerares op de middelbare school, liet van zich horen: ‘hij’ en ‘zij’ was haar wel genoeg, dank u.

Gevaarlijker en kwaadaardiger

Ook behoudende opiniemakers lieten zich niet onbetuigd. Het gebruik van ‘geslachtloze voornaamwoorden’ is een elitaire aangelegenheid, merkte de bekende columniste Caroline Fourest op in weekblad Marianne. Volgens haar is het gedram over ‘iel’ vooral navelstaarderij van studenten aan de grandes écoles. Dit zijn de betere instituten voor hoger onderwijs in Frankrijk. Die denken vaak dat de wereld om hun navel draait. Ze worden wakker en voelen zich ‘hij’, en als ze gaan slapen voelen ze zich ‘zij’.

Met een knipoog naar het debat over omvolking, spreekt universitair historicus Jean-Marc Albert ietwat voorbarig over de ‘grote vervanging van de Franse taal’. Het opnemen van ‘iel’ in de Petit Robert is volgens hem een ‘ongewenste invasie van inclusieve taal’, die ‘de structuur van het Frans grondig zal aantasten’Men wil hiermee een ‘nieuwe manier van spreken en dus denken uit de grond stampen’, schrijft de historicus in het rechtse weekblad Valeurs Actuelles. ‘De Franse taal heeft al heel wat doorstaan en overleefd, maar dit is gevaarlijker en kwaadaardiger.’

Woordenboek moet observeren

Links-progressieve opiniemakers en media vonden niks mis aan het initiatief van de Petit Robert. Zij vroegen zich daarop collectief af waarom er zo’n drukte over werd gemaakt. Publiciste en universitair docent Julie Neveux verbaasde zich bijvoorbeeld in dagblad Libération dat het woordenboek door dit onschuldige lemma in een ‘polemische storm’ was terechtgekomen.

‘Iel, pourquoi tant de fiel?’ rijmde ze in de titel van haar betoog: ‘Iel, waarom zoveel gal?’ Ze drukken de uitgever in de hoek van het ‘wokisme’, schrijft Neveux. Een ander populair neologisme in Frankrijk. De schrijfster ziet woke juist als een zeer positieve beweging. Volgens haar hebben veel politici en opiniemakers met die term ‘wokisme’ een vogelverschrikker gecreëerd om vrees aan te jagen. Daar heeft ze een punt: kritiek op het woke-gedachtengoed is soms wel erg overdreven. En inderdaad, waarom toch al die opwinding over de Petit Robert? Een woordenboek moet observeren, niet conserveren. Als het woord wordt gebruikt, hoort het in de dico.

Als ‘iel’ het begin is van het ‘ontbinariseren’ van het Frans, zoals Julie Neveux tevreden vaststelt, wat is dan het einde? Zal het individu volledig losgerukt zijn van alles wat hem definieert, zoals ras, nationaliteit en biologisch geslacht? En brengen nieuwe woorden in het woordenboek dat dan teweeg?

Taal als ideologisch instrument

Er zijn huiveringwekkende voorbeelden van opgelegd nieuw taalgebruik in de geschiedenis. Lees bijvoorbeeld wat de joodse filoloog Victor Klemperer schreef over nazipropagandataal. Hij overleefde de oorlog in het hol van de leeuw en maakte daar een studie van, die na de oorlog werd uitgegeven. Het woord ‘nazi’ is al zo’n neologisme. Anderen zijn Untermensch en Endlösung. En net als ‘iel’ is Gestapo een kofferwoord — Geheime Staatspolizei.

In de Sovjet-Unie kreeg een woord als ‘kameraad’ een heel andere betekenis. Als de KGB je zo noemde, dan betekende dat echt niet dat je hun vriend was. En in Frankrijk zette de revolutie ‘meneer’ en ‘mevrouw’ bij het grofvuil: dat werd ‘citoyen’ en ‘citoyenne’. Vousvoyeren werd officieel verboden en tutoyeren verplicht: zie het Décret sur le tutoiement obligatoire uit 1793.

Falen

Het is niet de bedoeling verwende kinderen van grandes écoles met nazi’s te vergelijken, integendeel. Hun intentie is naïef maar onschuldig: ze lijken te denken dat je met taal iets kunt scheppen, zoals God met woorden de wereld schiep. ‘Ik wil dat er licht is! En toen was er licht.’ Maar teleurstelling ligt op de loer, zie hierboven. Het willen veranderen van de samenleving door de taal te veranderen, lijkt altijd tot mislukken gedoemd.

Turken zullen met dit soort zaken nooit te maken krijgen: het Turks is al volledig genderneutraal. Het kent geen grammaticaal geslacht; o staat er voor ‘hij’ én ‘zij’ én ‘het’. Toch heeft dat hun wereld er bepaald niet vrouwvriendelijker op gemaakt. Laat staan toleranter jegens non-binaire burgers

Mathematicus, documentairemaker (oa VPRO, KRO, NCRV, AVRO), schrijver van één roman ('De Knapste Man van Nederland', Augustus), laatstelijk chroniqueur.

Commentaren en reacties