JavaScript is required for this website to work.
post

‘Het steekt allemaal zo nauw niet’ is niet goed genoeg

ColumnHarry De Paepe22/4/2021Leestijd 3 minuten
Blijkbaar steekt het allemaal zo nauw niet. Laksheid is de nieuwe attitude.

Blijkbaar steekt het allemaal zo nauw niet. Laksheid is de nieuwe attitude.

foto © Pixabay

Toen Kristien Hemmerechts beweerde dat ons onderwijs een enorme focus legt op spelling, dan sprak ze over het verleden, niet over vandaag.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

In uitgesteld relais keek ik naar het tv-debat over de spelling tussen auteur Kristien Hemmerechts en professor Wouter Duyck in het programma De Afspraak. Eerlijk gezegd keek ik vooral uit een vorm van plichtsbesef, want ik keek tegen mijn zin. ‘Wat gaan ze nu weer zeuren’, dacht ik bij mezelf. Maar dat vertelt voor een deel ook meer over mij dan over de sprekers, want ik ben een nogal brommende tv-kijker, soms tot ergernis van mijn huisgenoten. Ik ben ook geen fan van de spreekstijl van de twee deelnemers aan het debat, maar dat zal opnieuw vooral aan mezelf liggen.

Irrelevantie

Toen ik de schrijfster hoorde beweren dat ons onderwijs een enorme focus heeft op de spelling vroeg ik me af waar ze het in hemelsnaam over had. Ik startte mijn onderwijscarrière als leraar Nederlands in 2004. Toen was de scherpe focus op spelling al uit den boze. Ik probeerde het toch nog, maar op bijscholingen vernam ik dat ik verkeerd bezig was. Al in mijn opleiding tot leraar leerde ik dat spelfouten bestraffen in omstandigheden waarbij de spelling niet het doel van de opdracht was, hoogverraad bleek. Men stelde het niet zo dramatisch, maar bij sommige pedagogen die het poneerden voelde dat wel zo. Interessant genoeg ontmoette ik vooral pedagogen die geen rechtstreekse ervaring hadden met het secundair onderwijs.

Mevrouw Hemmerechts’ beschrijving van het taalonderwijs in het debat was vooral een beschrijving van hoe het eraan toeging in zowat alle scholen tijdens haar jeugdjaren, waardoor zij vandaag overigens technisch goed kan schrijven. Ik moet echter vaststellen dat leerlingen in het secundair niet meer zo grondig worden voorbereid als in de tijd van de schrijfster. Het is misschien ook een van de redenen waarom ze merkt dat ze de dt-regel ziet verdwijnen en dat het ‘voor vele jonge mensen’ geen punt meer is. Omdat er gewoon bijna geen punt meer van wordt gemaakt. Kortom, mevrouw Hemmerechts had ook kunnen zeggen dat de nonnen in onze scholen veel te streng zijn. Die opmerking was dan even relevant geweest.

Ik heb ook geworsteld met de dt-regel. In het derde middelbaar kreeg ik er bijles over van mijn leraar Nederlands. Telkens hij me een fout zag schrijven, gaf hij me een zachte tik op het hoofd. Ja, en dat was al in de jaren 1990 en hij was geen pater. Ik zat in een Gemeenschapsschool. Vandaag zou de man worden weggehoond, omdat hij zo streng was voor dt-fouten en omdat hij een leerling aantikte. Hij deed me overigens absoluut geen pijn en de man staat in mijn lijstje leraars in de kolom van ‘de goei’. Maar volgens sommigen vandaag was zijn aanpak ‘elitair’.

Steekt het zo nauw?

De zogezegde fixatie op spelling, of het gebrek eraan, brengt volgens mij ook een andere discussie naar voren. Hoe langer, hoe meer stel ik vast dat er een algemene leerhouding in ons onderwijs is gesijpeld dat het ’toch allemaal zo nauw niet steekt’. Opdrachten tijdig indienen, die opdrachten netjes indienen, de opdrachten volgens bepaalde afspraken indienen, … ‘Is dat nu zo belangrijk?’, gevolgd door een zucht, die attitude wint aan populariteit. Scholen lijken ook meer en meer te kampen met leerlingen die bijvoorbeeld veelvuldig te laat komen. Het is zowaar een totaalpakket, want ‘dat steekt toch allemaal niet zo nauw?!’

Wanneer professor Wouter Duyck in het tv-debat dan sprak over het belang van geletterdheid voor de sociale mobiliteit, haalde hij een heel belangrijk punt aan. Het beste eisen is niet een vorm van ‘elitarisme’ van een ouderwetse leraar tegenover zijn leerling. Nee, die leraar weet dat hij de leerling zijn kansen in de maatschappij er alleen maar mee zal vergroten. Was ik het dan helemaal oneens met mevrouw Hemmerechts? Niet helemaal, nee. Ons onderwijssysteem is inderdaad te star, maar niet star wat betreft de leerinhouden, maar star wat de werking betreft. Of zoals Wouter Duyck het in het andere debat van de uitzending noemde: ‘gestold’.

Trouwens, dat andere gesprek in De Afspraak ging over de onderwijsvakantie. Als men die twee laatste weken van augustus spreidt over het schooljaar, dan vermoed ik dat er weinig weerstand zal zijn bij het lerarenkorps om de vakanties te hervormen. Ik zal er alleszins niet over zeuren.

Harry De Paepe (1981) is auteur en leraar. Hij heeft een grote passie voor geschiedenis en Engeland.

Commentaren en reacties