JavaScript is required for this website to work.
post

Maddens: Heeft Di Rupo de kroon ontbloot?

22/12/2011Leestijd 3 minuten

De Belgische propagandamachine draait op volle toeren. De Vlamingen moeten leren houden van Elio Di Rupo. En ze moeten vooral ophouden met zeuren over het ontbreken van een meerderheid in Vlaanderen. Want het scheelt och arme twee zetels. En overigens is het in een federaal land perfect normaal dat een regering niet in elke deelstaat een meerderheid heeft. Een gewone meerderheid in de Kamer volstaat. Wie het anders beweert is een omfloerste separatist die het land naar de bliksem wil helpen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Delpérée

Zo bijvoorbeeld de Franstalige constitutionalist en CdH-senator Francis Delpérée. In zijn gezaghebbende handboek “Le Droit Constitutionnel de la Belgique” (Brussel, Bruylant, 2000) lezen we het volgende over de federale regeringsvorming en de vereiste pariteit in de regering : “La règle veut que chaque ministère soit assuré d’une majorité suffisante au sein des deux grandes communautés qui composent l’Etat et, plus concrètement, au sein de chacun des groupes linguistiques de la Chambre des représentants.” (p.418) Het staatshoofd kan enkel een regering benoemen die aan die voorwaarde voldoet, aldus nog de eminente constitutionalist : “Cette règle veut que le chef de l’Etat vérifie, d’abord, si les ministres qu’il s’apprête à designer bénéficient d’un appui majoritaire à la Chambre des représentants et, ensuite, si chaque ensemble de ministres dispose d’une majorité au sein du groupe linguistique correspondant.” (p.419) En alsof dat nog niet duidelijk genoeg is gaat Delpérée verder : “Il ne suffit pas que le roi nomme sept ministres d’expression française et sept ministres d’expression néerlandaise et se contente d’observer qu’ils disposent ensemble d’une majorité nationale. Il faut encore qu’il s’assure que le gouvernement soit politiquement et linguistiquement équilibré. En clair, chaque aile du gouvernement doit disposer d’une majorité dans son groupe linguistique, à la Chambre des représentants.“ (p.419)

Ongrondwettig

Volgens de constitutionalist Delpérée kan er hierover dus niet de minste twijfel bestaan : de huidige regering is ongrondwettig omdat ze geen meerderheid heeft in elke taalgroep. En er is meer : formateur Di Rupo heeft koning Albert in een zeer lastig parket gebracht door hem voor te stellen om een ongrondwettelijke regering te benoemen. Hij heeft het staatshoofd gedwongen om een delicate politieke keuze te maken : tégen de Vlaamse meerderheid in kiezen voor een ongrondwettelijke regering, of tégen de Franstalige meerderheid in deze ongrondwettelijke regering afwijzen. Di Rupo heeft met andere woorden de kroon ontbloot.

Tenminste, als we mogen voortgaan op Delpérée’s lezing van de Grondwet. Ik ben dan wel geen constitutionalist, maar deze verregaande interpretatie lijkt me zacht gezegd toch wel voor enige discussie vatbaar. Het lijkt eerder een politieke dan een juridische stellingname. In feite verdedigt Delpérée hier het confederale standpunt van de N-VA : België is een optelling van twee democratieën en dus moet de regering in elke democratie een meerderheid hebben.

Geen vuiltje aan de lucht

Vreemd toch dat een overtuigde Belg als Delpérée, tevens baron, zich hier ontpopt als een communautaire hardliner. Maar ook vreemd dat Delpérée zich die passages in zijn eigen handboek vandaag niet meer blijkt te herinneren. Want tijdens het senaatsdebat over de regeringsverklaring vorige week verklaarde hij juist dat er geen vuiltje aan de lucht is met een regering zonder meerderheid in een van de taalgroepen. Precies het tegenovergestelde dus van wat hij generaties rechtsstudenten aan de UCL van buiten heeft laten blokken.

Of toch niet zo vreemd. Want wat de auteur eigenlijk bedoelt in zijn handboek constitutioneel recht, maar natuurlijk niet met zoveel woorden zegt, is dat er geen regering mag komen zonder een Franstalige meerderheid. Dat is in zijn ogen de geest van de Grondwet : de pariteitsregel voor de federale regering dient om de Franstalige minderheid te beschermen. Dit is wat Delpérée in gedachten heeft als hij die straffe passages neerpent. Want gezien het overwicht van Vlaamse zetels in de Kamer is de kans op een regering zonder Franstalige meerderheid mathematisch gezien véél groter dan de kans op een regering zonder Vlaamse meerderheid. Om dat te vermijden zijn alle middelen goed, en mag zelfs een eminente en geadelde constitutionalist even in overdrive gaan en de Grondwet wat naar zijn hand zetten.

Het eigen kraam

Dit alles illustreert vooral hoezeer de Franstaligen de institutionele spelregels in dit land voortdurend interpreteren en toepassen zoals het in hun eigen kraam past. Er wordt met de Grondwet gezwaaid om te vermijden dat er een regering komt zonder Franstalige meerderheid. Maar als het omgekeerde zich voordoet, dan is dit argument plots van geen tel meer. Of neem de BHV-saga. De Franstaligen gebruiken de procedures van de belangenconflicten en de alarmbel om een regelrecht veto te stellen tegen de Vlaamse meerderheid in het parlement. Langs Vlaamse kant wordt die interpretatie van de Grondwet betwist. Maar het zijn wel de Franstaligen die hun visie hebben kunnen doorduwen.

En de Vlamingen, zij laten maar betijen, voor de lieve vrede. Want zoals filosoof Peter De Graeve het ooit stelde : de Vlamingen zijn slechts de huurders van het Belgische huis, de eigenaars dat zijn de Franstaligen, en zij stellen de regels. De huidige premier denkt er trouwens net zo over. Hij was het immers die op 10 oktober 2010 triomfantelijk verklaarde : “La Belgique nous appartient”.

deze tekst verscheen eerder op http://opinie.deredactie.be/2011/12/20/heeft-di-rupo-de-kroon-ontbloot/

Commentaren en reacties