Donderdag 14 januari trad Lodewijk Asscher terug als lijsttrekker van de Nederlandse Partij van de Arbeid. Een maand eerder hield hij nog de Den Uyl-lezing. Het kan verkeren. Tussen die twee data zit de bekendmaking van het rapport van een parlementair onderzoek naar de toeslagenaffaire. Asscher was van 2012 tot 2017 minister van Sociale Zaken. Het rapport raakte 17 december bekend. Voor 16 januari stond een digitaal partijcongres gepland. Daar wilde hij zich verdedigen tegen een motie van kritische PvdA-leden,…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Donderdag 14 januari trad Lodewijk Asscher terug als lijsttrekker van de Nederlandse Partij van de Arbeid. Een maand eerder hield hij nog de Den Uyl-lezing. Het kan verkeren. Tussen die twee data zit de bekendmaking van het rapport van een parlementair onderzoek naar de toeslagenaffaire. Asscher was van 2012 tot 2017 minister van Sociale Zaken.
Het rapport raakte 17 december bekend. Voor 16 januari stond een digitaal partijcongres gepland. Daar wilde hij zich verdedigen tegen een motie van kritische PvdA-leden, die vonden dat hij vanwege de affaire beter afzag van het lijsttrekkerschap. Aanvankelijk wilde hij zijn positie verdedigen op het congres. Zijn mening veranderde toen bleek dat een derde van de achterban sympathiseerde met de motie.
Trendsetter
Zijn vertrek zou een extra drijfveer geweest zijn voor de Nederlandse regering om de volgende dag af te treden. Alleen daarin lijkt de PvdA nog trendsetter. Het is de tweede partij waarvan de lijsttrekker plaatsmaakt voor een ander, het CDA was de eerste. Afgelopen maandag werd Lilianne Ploumen, nummer drie op de lijst, voorgedragen als nieuwe lijsttrekker. Waarmee de PvdA de derde linkse partij is met een vrouwelijke lijsttrekker.
Dagblad De Telegraaf merkte op dat de lijsttrekker van GroenLinks, Jesse Klaver, inmiddels moet balen. Hij is nu de enige mannelijke linkse lijsttrekker. In 2010 betrad hij de Tweede Kamer als veelbelovend jong talent. Tien jaar later is hij het laatste overblijfsel van het patriarchaat. Probeer daarmee maar progressieve stemmen te winnen….
Afgestraft om Paars III?
Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2012 behaalde de rechts-liberale VVD 41 zetels. De PvdA werd tweede met 38 zetels. Gezien de uitslag verbaasde het niet dat de twee partijen samen gingen regeren. Er was bovendien externe druk. Middenin de eurocrisis had de PVV van Geert Wilders de gedoogsteun aan het eerste kabinet-Lubbers opgezegd. Men wilde snel een regering.
Wat aanstoot gaf, was de snelheid waarmee dat gepaard ging. Na drie weken felle campagne (‘Als je de PvdA de Sahara laat beheren, raakt het zand op!’) werd niet alleen meteen besloten om samen te werken. Al op de avond van de verkiezingsuitslag werd een locatie gekozen om de bijbehorende foto te nemen.
Goede verstandhouding
Lijsttrekker Diederik Samson besloot als fractievoorzitter in de Kamer te blijven. Asscher, die wethouder (schepen) was in Amsterdam, werd minister en vicepremier.
Politieke verslaggevers viel de goede verstandhouding op tussen Samson en VVD-premier Mark Rutte. Samen zouden ze Nederland wel even hervormen! Geen van beiden leek zich veel gelegen te laten liggen aan wat de achterban daarvan dacht. Rutte is daarmee weggekomen, maar PvdA’ers zijn kritischer. Een PvdA-minister van Sociale Zaken die akkoord gaat met het sluiten van de sociale werkplaatsen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt? Bij de verkiezingen van 2017 kelderde de partij tot negen Kamerzetels. Niet eerder verloor een partij in één keer 29 zetels.
Asscher nieuwe leider
Samson maakte dat niet meer mee. De PvdA dacht dat het een goed idee zou zijn om in 2016 een ledenreferendum uit te schrijven om de lijsttrekker te kiezen. Nederland kent geen praktijk van periodieke partijleidersverkiezingen, dus dit was niet nodig geweest. Samson had zo weer lijstrekker kunnen worden.
Dat Asscher zich opwierp als tegenkandidaat was opvallend, aangezien ze toch samen het beleid van Rutte II hadden uitgevoerd. Asscher stelde zich nadrukkelijk op als uitdager. Het resultaat was een afrekening van de leden met Samson, die besloot per direct de Kamer en de politiek te verlaten.
Het jaar 2002
Voor de PvdA zou het probleem langer kunnen spelen. Na de verkiezingen van 2002 werd CDA-leider Jan Peter Balkenende (christendemocraat) premier, behaalde de partij van Pim Fortuyn 26 zetels en groeide de Socialistische Partij (SP) van vijf naar negen zetels. Alle drie de paarse partijen verloren. De kiezer leek uitgekeken op paars.
De naam ‘Socialistische Partij’ zegt genoeg, zeker als je bedenkt dat de PvdA zichzelf omschreef als ‘sociaaldemocratisch’. De SP was mede opgekomen, omdat de PvdA ‘de ideologische veren’ had afgeschud onder partijleider en paars premier Wim Kok.
Ideologische voorkeur
De VVD wisselde onder paars ook van ideologische voorkeur. Openlijk, door in 1998 partijleider Frits Bolkestein te laten opvolgen door de link-liberale Hans Dijkstal. Toch heeft de VVD sinds 1994, op drie jaar oppositie ten tijde van Balkenende IV (2007-2010) na, altijd geregeerd. Sinds 2010 als grootste partij. Ook D66, altijd al kleiner dan VVD, CDA en PvdA, heeft zich aardig hersteld, ondanks een dieptepunt van drie zetels in 2006.
De PvdA lijkt daarmee de enige ‘paarse’ partij geweest te zijn die de klap van 2002 nooit te boven is gekomen. Sindsdien heeft ze electoraal vaker verloren dan gewonnen en vaker in de oppositie dan in de regering gezeten.
Wouter Bos
Van Rutte wordt doorgaans gezegd dat hij weinig persoonlijke overtuigingen heeft, maar wel meer heeft met ‘paars’ dan met een rechtse VVD zoals onder Bolkestein of Hans Wiegel. Dat roept op zijn minst de vraag op waarom de VVD, ondanks 2002, succesvol kon worden onder zijn leiderschap, terwijl de PvdA is blijven sukkelen.
Een mogelijke verklaring kan zijn dat Rutte pas voor de schermen kwam als staatssecretaris onder Balkenende in 2002. Dus pas ná de verkiezingen van 2002. De PvdA koos najaar 2002, ook via een interne ledenraadpleging, Kamerlid Wouter Bos als lijsttrekker voor de vervroegde verkiezingen van 2003. Bos was Kamerlid geworden in 1998 en van 2000 tot 2002 staatssecretaris van Financiën.
Geen geschikte oppositievoerder
Bos zou partijleider blijven tot 2010, toen hij de PvdA terugtrok uit het kabinet-Balkenende IV. Daarin was hij vicepremier en minister van Financiën geweest. Als nieuwe lijsttrekker nomineerde hij Job Cohen, sinds 2001 burgemeester van Amsterdam. In de verkiezingscampagne van 2003 had Bos, die zichzelf nog te onervaren noemde, Cohen al als kandidaat-premier genoemd.
De PvdA belandde echter in de oppositie. De ervaren bestuurder Cohen bleek geen geschikte oppositievoerder. Hij werd door de partij aan de kant geschoven. Het was Samson die in 2012 de ledenraadpleging won.
Sinds 2017 stellen kritische partijleden dat het ‘afschudden van de ideologische veren’ en het omhelzen van het ‘neoliberalisme’ verkeerd was. Bos en Cohen waren allebei staatssecretaris in het tweede kabinet-Kok (1998-2002). Waarom heeft de PvdA tot 2012 paarse partijleiders gehandhaafd?
Schone lei?
Asscher werkte als vicepremier samen met Samson. Als raadslid vanaf 2002 en wethouder vanaf 2006 had hij partijgenoot Cohen als burgemeester. Toch liet hij hun namen achterwege in zijn Den Uyl-lezing. Succesvolle voorgangers noemde hij wel.
In zijn lezing positioneerde hij zich als een sociaaldemocraat die afstand neemt van doorgeschoten marktwerking. Had hij dan niet beter ook Bos achterwege gelaten?
Ploumen, die onlangs haar levensverhaal uitbracht, was minister in het kabinet-Rutte II (Buitenlandse handel en Ontwikkelingssamenwerking) en partijvoorzitter van 2007 tot begin 2012. Zij zit al anderhalf decennium in de partijtop. Kan van haar werkelijk een andere koers verwacht worden?