Alles wat u wou weten over Iran
Titel | l'Iran, une puissance en mouvement |
---|---|
Auteur | Thierry Coville |
Uitgever | Editions Eyrolles |
ISBN | 9782416006142 |
Onze beoordeling | |
Aantal bladzijden | 192 |
Prijs | € 16,90 |
Wat voor staat is Iran nou eigenlijk? Thierry Coville schreef een gedegen handleiding over dit belangrijke Aziatische land.
In L’Iran, une puissance en mouvement, analyseert de Franse Iran-specialist Thierry Coville het Aziatische land. Hoe kunnen we haar buitenlandse politiek verklaren? Wat is de aard van het regime?
Om te beginnen heeft Iran een uitgesproken Perzisch, nationalistisch en sjiitisch karakter. Het is geen Arabisch land, en in tegenstelling tot de meeste andere islamitische landen is de soennitische vorm van de islam er niet dominant. Ook al zijn er in Iran duidelijk niet-sjiitische, en niet-Perzische minderheden. En ook al werd Iran nooit ‘officieel’ gekoloniseerd, in de negentiende en twintigste eeuw leefde Iran een aantal jaren onder de knoet van Russen (in Noord-Iran), en de Britten (in Zuid-Iran).
Islamisering na modernisering
De modernisering die er gekomen is onder de dynastie van de Pahlavi’s (1925-1979) heeft het land grondig veranderd. Ze heeft echter ook een culturele en identiteitscrisis veroorzaakt, die uiteindelijk geleid heeft tot de islamitische revolutie van 1979. Toen werd de sjah afgezet en de imam Khomeini kwam aan de macht. En die revolutie is er ook gekomen omdat door een zekere secularisering de sjiitische clerus een deel van zijn prerogatieven had verloren, en dat niet kon aanvaarden.
Het politieke systeem van Iran is, zoals geweten, heel complex. De echte macht ligt niet bij de president, maar bij de geestelijke leider. En om zich kandidaat te mogen stellen als president moet men aan heel wat voorwaarden voldoen. Er is een democratisch verkozen parlement, maar de bevoegdheden daarvan zijn eerder beperkt. En er is een Raad van Wijzen die nagaat of de Iraanse wetgeving wel compatibel is met de islam.
Er is een radicale politieke stroming binnen de Iraanse politiek, en een ‘gematigde’. Het komt door de beslissing van de gewezen Amerikaanse president Donald Trump om in 2018 het nucleair akkoord met Iran op te zeggen, dat de gematigden in hun hemd werden gezet en de radicalen opnieuw de bovenhand kregen. De overheid controleert 60 procent van de economie, en van economische liberalisering is nauwelijks sprake. Het opheffen van de westerse economische sancties tegen Iran zal dan ook niet zozeer de privésector ten goede komen, maar het regime.
Onderwijs en demografie
Sedert de revolutie van 1979 heeft Iran getracht het onderwijs te islamiseren. Dit had als gevolg dat vanaf dat moment meer meisjes en jongeren naar school gingen. Voordien stonden velen afkerig tegenover de ‘seculiere’ scholen van de sjah. Zo is het alfabetisme gestegen van 47,4 procent in 1976 tot 88 procent in 2016. Door de betere scholing van jongeren werden meer jongeren mondiger, waarmee mede de basis werd gelegd voor de protesten voor meer democratie die we momenteel meemaken.
De verdere islamisering van Iran is overigens maar gedeeltelijk gelukt. Thierry Coville verwijst daarbij onder meer naar het rechtssysteem en de economie. Maar er zijn nog andere opmerkelijke cijfers. In 1986 had de gemiddelde Iraanse vrouw 6,4 kinderen, in 2019 was dat al gedaald tot 1,7. In 1988 voerde de ayatollah Khomeini, die op heel veel vlakken duidelijk een reactionair was, een politieke van familieplanning in. Daarbij had hij aandacht voor contraceptie, terwijl men in vele Arabische en soennitische landen afkerig staat tegenover een politiek van geboortebeperking.
Maar er bestaan duidelijk nog steeds discriminerende maatregelen ten nadele van vrouwen. Een aantal beroepen, waaronder dat van rechter, is ontoegankelijk voor vrouwen. Het recht op polygamie (voor mannen wel te verstaan) werd heringevoerd. Mannen kunnen eenzijdig beslissen om te scheiden van hun vrouwen (maar niet omgekeerd). De minimumleeftijd om te trouwen voor vrouwen werd verlaagd van vijftien tot negen jaar (!). Vrouwen worden ook benadeeld bij erfenissen.
Geopolitiek
Wil Iran haar sjiitisch model exporteren? Ja en nee, meent de auteur. Lange tijd was de oprichting van Hezbollah in Libanon het enige buitenlandse succes van Iran. Maar doordat de Amerikanen in 2003 Irak binnenvielen om het soennitische regime van Saddam Hoessein (1937-2006) omver te werpen, kwamen de sjiieten daar aan de macht. Dat liet Iran toe haar invloed daar te vergroten. En ja, ondertussen is Iran ook solidair met de sjiitische president Assad van Syrië, en steunt het de sjiitische Houthi’s in Jemen. Ook al gaat het hier in beide gevallen om sjiieten van een andere strekking dan die in Iran (alevieten voor wat betreft Assad, zaidieten voor wat betreft Houthi’s). Het zijn overigens strekkingen waar de Iraniërs vaak misprijzend naar kijken.
Maar de sjiitische solidariteit heeft ook haar grenzen. Wat betreft het conflict tussen buurland Azerbeidzjan (waar sjiitische moslims de eerste viool spelen) en het christelijke Armenië over onder meer Nagorno-Karabach, steunt Iran… Armenië. Terwijl Israël en Turkije weer Azerbeidzjan steunden. (Dat Israël de joods-christelijke beschaving zou verdedigen tegenover de islam is een hardnekkig fantasme.)
Iran heeft schrik dat een eventueel Azerbeidzjans nationalisme een invloed zou kunnen hebben op de Azeri’s, die een grote minderheid vormen in Iran. De obsessie met Israël is een constante in de Iraanse politiek sedert 1979. Met hun onverzoenbare standpunt met betrekking tot Israël tracht Iran sympathie op te wekken bij soennitische moslims wereldwijd.
Kernwapens
En dan is er natuurlijk het nucleaire dossier. Thierry Coville wijst erop dat de interesse van Iran voor het nucleaire in de eerste plaats een defensieve houding is van het land. Want ten eerste: toen eind jaren ’80 het Irak van Saddam Hoessein Iran binnenviel, hebben de Verenigde Naties daar nooit tegen geprotesteerd. Iran had dus het gevoel dat het er alleen voor stond. Ten tweede heeft Iran op zijn minst twee vijandige buren (het streng soennitische Afghanistan en Pakistan). Ten derde vraagt Iran zich af waarom Israël en Pakistan wel over nucleaire wapens mogen beschikken, en Iran niet.
Iran heeft zich altijd strikt gehouden aan de bepalingen van het nucleaire akkoord dat het had gesloten met de internationale gemeenschap. Maar, vervolgt de auteur, daar de Verenigde Staten het akkoord eenzijdig hebben opgezegd, kan men al moeilijk verwachten van Iran dat het dat akkoord blijft respecteren.
Europa snijdt zich af van gas
Ten slotte nog dit. De auteur wijst erop dat Iran aan Europa het gas kan leveren dat nu niet meer uit Rusland komt. Wegens de sancties die de Verenigde Staten hebben opgelegd aan Iran (naast de Europese sancties), met als enige bedoeling Israël een plezier te doen, blijven honderden miljoenen Europeanen echter van dat gas verstoken. Of hoe we met onze blinde solidariteit met Israël een kogel in eigen voet schieten.
Dit en nog veel meer komt aan bod in het boek. Voor wie Iran verder in detail wil bestuderen, is deze publicatie een must.
Lieven Van Mele is Midden Oosten-reiziger en volgt sedert de jaren '90 de actualiteit in de Arabische wereld en het fenomeen van de islamisering in de islamitische wereld en het Westen. Eerder verschenen al bijdragen van hem in diverse media
Hezbollah-leider Hassan Nasrallah is niet meer, maar de oorlog is nog lang niet voorbij.