Mijn Charleroi: expeditie naar de lelijkste stad ter wereld
Titel | Mijn Charleroi |
---|---|
Subtitel | Een gids voor ontdekkingsreizigers |
Auteur | Pascal Verbeken |
Uitgever | Uitgeverij Luster |
ISBN | 9789946058376 |
Onze beoordeling | |
Aantal bladzijden | 239 |
Prijs | € 25 |
Koop dit boek |
Pascal Verbeken trekt graag op geschiedkundige ontdekkingsreis naar Wallonië. Deze gids voor Charleroi is meer dan de moeite waard!
Een nieuw boek van Pascal Verbeken is altijd een revelatie van ongekende en onbeminde schatten. Met Mijn Charleroi. Een gids voor ontdekkingsreizeigers is dat opnieuw het geval: hij weerlegt met doorgedreven persoonlijk onderzoek zowat alle clichés die in Vlaanderen en elders bestaan over deze merkwaardige stad, ooit het welvarende middelpunt van de Belgische industrie.
De eeuwige verdienste van Pascal Verbeken is hoe hij met zijn Arm Wallonië het helaas vergeten verhaal van de massale Vlaamse emigratie naar het zuiden van België in herinnering bracht. Tussen 1850 en 1950 trok een half miljoen Vlamingen naar Wallonië met een even eenvoudige als duidelijke motivatie: een beter lot voor zichzelf en hun families.
Dit indrukwekkend onderdeel van de Belgische geschiedenis is bijna vergeten, terwijl het essentieel is om iets van België te begrijpen en te beseffen dat er ook in Vlaanderen ooit 500.000 inheemse ‘economische’ vluchtelingen waren. Vóór Verbeken was er enkel de onvolprezen Standaard-journalist Guido Fonteyn die de moeite deed het over die massale volksverhuizing te hebben.
Tom Waes, die het verhaal van Vlaanderen wilde vertellen, vond het niet eens de moeite om hier ook maar één woord aan te wijden. Waarschijnlijk omdat zijn onderzoekers over deze fase van onze geschiedenis heen keken. Bijzonder jammer, want het zou een manier zijn geweest om een ruim publiek anders te doen aankijken tegen migratie.
Gaston Onkelinx
Een manier ook om aan te tonen hoezeer alles in een land kan veranderen. ‘Panta rhei’ (‘Alles vloeit’), zoals de Grieken dat met een monkellach tegen elkaar zeiden. Waar nu — zoals het stereotiepe beeld dat wil — zowat iedereen steuntrekker is in Charleroi, de Borinage of Seraing, daar bloeide tot bij het begin van de Tweede Wereldoorlog het rijke centrum van de Belgische industrie.
In het begin van de vorige eeuw stak de Waalse industrie de Engelse naar de kroon. Wie er naartoe trok had meteen werk. Gaston Onkelinx vertelde me ooit dat als je het werk beu was in één fabriek, je meteen een nieuwe job had in een andere. Dat wisten de miserabele Vlaamse sukkelaars ook, die hun dorpen ontvluchtten omdat er geen toekomst was en ze niet meer wisten waar ze het eten voor hun kroost moesten halen.
Fonteyn en Verbeken wezen dus geprezen en hun boeken zouden verplichte lectuur moeten zijn in Vlaamse scholen, al was het maar om te weten hoe alles verandert en niets zal blijven zoals het nu is.
Lelijkste stad ter wereld
Verbeken zet zijn intellectuele zoektocht verder en levert altijd interessante werken af waaronder het onvolprezen Grand Central Belge, een verslag van een voettocht langs een spoorlijn tussen Vlaanderen en Wallonië. Verbeken is dus eigenlijk een ontdekkingsreiziger in eigen land en dat is ook wat hij doet met zijn nieuw boek Mijn Charleroi.
In de inleiding haalt Verbeken de ‘prijs’ aan die Charleroi van de Volkskrant kreeg als ‘lelijkste stad ter wereld’, hoewel het aantal Nederlanders dat de stad ooit echt gezien heeft verwaarloosbaar is. Maar sinds de teloorgang van de industrie, heeft de stad ondanks zichzelf een negatieve connotatie. Verbeken schreef zelf ooit in Humo dat het hem de ultieme nachtmerrie van de Vlaming leek om in panne te vallen op de bochtige stadsring van Charleroi.
Weerbarstige stad
Hij toont aan dat Charleroi een weerbarstige stad die je moet ontdekken. ‘Het is geen gemakkelijk te vatten museaal stadje zoals Brugge of Delft’, schrijft hij. ‘Wie Charleroi haat, heeft nooit geleefd’, staat als motto aan het begin van het boek. Hij neemt de nieuwsgierige bezoeker bij de hand en leidt hem over de terrils met afval van steenkool en geschiedenis. Hij beschrijft het unieke karakter van de stad met kleurrijke wandelingen door alle wijken, waarbij hij uiteraard ook het Vlaamse aspect van de stad in herinnering brengt, wat nog altijd blijkt uit het grote aantal familienamen uit onze regionen.
Mijn Charleroi is een zeer mooie liefdesverklaring aan een stad die dankzij dit rijkelijk geïllustreerde boek de perfecte gids is voor alle reizigers die bereid zijn hun vooroordelen opzij te zetten en aan een unieke ontdekkingsreis beginnen!
Luckas Vander Taelen (1958) werkte als tv-regisseur, en was voor Groen schepen, Vlaams en Europees Parlementslid en senator.
Bij de Franstalige partijen in Brussel steekt het franskiljonisme complexloos de kop op.