Struikelen over onderwijsstatistieken

Om de start van het schooljaar van zijn kant toch een beetje op te fleuren, verklaarde minister van onderwijs Pascal Smet in De Standaard dat voor het eind van het schooljaar de slaagkansen in het voortgezet onderwijs voor leerlingen uit diverse richtingen en scholen zullen kunnen worden geraadpleegd op een webstek.

Ouders en jongeren ‘gebruiken die gegevens best niet zonder omkadering. Die zullen we er dan ook bij geven’, zegt Smet. De Standaard geeft meteen een voorbeeld. Wie Economie-Moderne Talen volgt, heeft een slaagkans van 81% voor een professionele bachelor – wat vroeger het hoger niet–universitair onderwijs was – en 55% voor de academische bachelor – de vroegere kandidaatsgraad op de universiteit. Van degenen die Wetenschappen-Wiskunde volgen, komt 89% succesrijk uit zo’n professionele bachelor en 76% slaagt voor de academische versie.

Besluit van De Standaard, na de nodige omkadering door de minister nemen we aan, luidt dat Economie-Moderne Talen goed opleidt voor een professionele maar minder voor een academische bachelor, terwijl Wetenschappen-Wiskunde voor beide opleidingen goed voorbereidt. Dat besluit dus een kwaliteitskrant op haar voorpagina!

Complete onzin natuurlijk, want er wordt van uitgegaan dat de instroom in beide afdelingen identiek is. Misschien trekt zo’n Economie-Moderne Talen gemiddeld minder sterke leerlingen en verklaart dat verschil aan instroom ook het verschil in resultaten, niet de gevolgde afdeling. Als eenzelfde leerling Economie-Moderne Talen dan wel Wetenschappen-Wiskunde volgt, leidt dat tot een verschillend resultaat in het hoger onderwijs? Als een wat zwakkere leerling niet Economie-Moderne Talen volgt maar Wetenschappen-Wiskunde, heeft die dan een hogere slaagkans in het voortgezet onderwijs – zoals geïnsinueerd door De Standaard – of juist een lagere wegens slechte oriëntering? Verlaagt het diens kansen op succes na het middelbaar als een bolleboos voor Economie-Moderne Talen kiest? Het zijn vragen waarop de cijfers van Smet absoluut geen antwoord geven, hoewel De Standaard de indruk wekt van wel.

Hier zitten we op het niveau van: als je groente (courgette) in een blender mixt dan is de prak groener dan wanneer je groente (tomaat) met de vork plet.

‘Van een cijfer is nog niemand doodgegaan’, citeert de krant Smet. Dat hebben die cijfers dan gelijk met ‘le ridicule’, ‘ça ne tue pas non plus’.

Misschien toch een beetje opletten met het publiceren van rangschikkingen die zelfs een kwaliteitskrant niet correct kan interpreteren.

<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>