JavaScript is required for this website to work.
post

Tegenwind voor Poetin

Dirk Rochtus8/3/2012Leestijd 3 minuten

Poetin behaalde bij de Russische presidentsverkiezingen van 4 maart een score van 64 procent. Hij kan weer president worden, nadat Medvedev vier jaar lang zijn stoel warm had gehouden. Maar of Poetin er over zes jaar nog een tweede ambtstermijn aan kan breien, valt te betwijfelen. De oppositiebeweging heeft een flinke deuk geslagen in zijn imago als ‘onbetwiste leider’.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Sommige waarnemers maken naar het voorbeeld van de Arabische Lente gewag van een Russische Lente, al lijkt het protest gezien de ietwat frissere temperaturen (en de sociale status van vele demonstranten) meer op een ‘bontjasrevolutie’. Als presidentskandidaat zag Poetin de bui al hangen. Hij putte niet alleen uit het klassieke arsenaal van trucjes om de verkiezingen naar zijn hand te zetten, maar kroop ook in de pen om zich met zijn ideeën over binnen- en buitenlandse publiek als staatsman en wereldleider te presenteren. Op 4 oktober 2011 brak hij in de krant Izvestia een lans voor een Euraziatische Unie die van Rusland weer een wereldmacht moet maken. In diezelfde krant mocht hij op 16 januari 2012 onderstrepen hoe hij als krachtdadig politicus Rusland uit chaos en crisis heeft geleid. Een week later sneed hij in de krant Nezavisamaya Gazeta de heikele nationaliteitenkwestie aan. Poetin wilde zo het gras wegmaaien voor de voeten van de Russische nationalisten die zich als ‘ongemakkelijke’ bondgenoten hadden aangesloten bij de liberaal geïnspireerde protestbeweging.

Grimmig

Er komen barsten in de fundamenten waarop de macht van Moskou rust. Rusland wordt op het militaire vlak ingehaald door China en de NAVO. Ook energie is geen sterk wapen meer. Niet de producent, maar de wereldmarkt bepaalt de olieprijs. De Europese Unie (EU) wil bovendien haar afhankelijkheid van Rusland als gasleverancier verminderen, bijvoorbeeld via de Nabucco-pijpleiding waardoor vanaf 2017 aardgas van de Kaspische Zee via Turkije naar Europa zou moeten stromen. De ‘soft power’ van Rusland is ook verbleekt. De Sovjet-Unie genoot nog een zekere aantrekkingskracht op revolutionairen overal ter wereld, maar de Russische Federatie legt het qua uitstraling af tegen de EU en China. Rusland moet het vooral hebben van zijn status als permanent lid van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VN). Daar gebruikt het dan zijn vetomacht om bijvoorbeeld een VN-resolutie tegen Syrië te blokkeren. In de Syrische diepzeehaven Tartus ligt een Russisch vliegdekschip voor anker. Door het Syrische regime de hand boven het hoofd te houden wil Moskou zijn belangen in de Middellandse Zee veilig stellen, maar duikelt het tegelijk naar beneden in de gunst van de Arabische wereld die Assad kwijt wil. De droom van een Euraziatische Unie van Rusland, Wit-Rusland en Kazachstan ziet er met dictatoriale collega’s als een Lukashenko maar grimmig uit.

Uitdaging

De nationale kwestie betekent van binnenuit een uitdaging voor de Russische Federatie met haar 83 ‘federale subjecten’. Daarvan vormen er 21 elk een autonome republiek met een niet-Russische meerderheid. De relatie tussen de federale overheid en de niet-Russische regio’s zoals Tatarstan en de republieken in de noordelijke Kaukasus is gespannen. Bovendien leven er ongeveer negen miljoen immigranten uit Centraal-Azië in Moskou en andere grote Russische steden. Poetin pleit voor een ‘veelvolkerenbeschaving met een Russische kern’. In een poging het Russische element te versterken binnen en te verzoenen met de multi-etnische staat richt hij zich tegen zowel de vreemdelingenhaat van Russische nationalisten als mogelijk separatisme van de niet-Russische volken.
Rusland moet volgens Poetin immers sterk van binnen zijn om wereldmacht te kunnen worden. Doel van de samenwerking met de EU is in die optiek ‘economische modernisering en geen politieke modernisering’. Geen toeval dat de partners die het Kremlin in Eurazië zoekt, zijn visie op democratie en rechtsstaat delen en ‘daarin substantieel verschillen van de door de Europese Unie uitgedragen normen en waarden’, stellen Katlijn Malfliet, Ria Laenen en Niels Smeets verder nog vast in hun paper Het democratisch deficit van de Russische verkiezingen 2011-2012 (Instituut voor Internationaal en Europees Beleid, KU Leuven 2011). Maar de protestbeweging blaast tegenwind in Poetins gezicht. De demonstranten, waaronder veel hooggeschoolden, willen juist ook politieke modernisering, niet de grootheidswaanzin waarmee Poetin zijn achterban uit staatsafhankelijke groepen weet te paaien.

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties