The King of pop, of de valstrik van de idolatrie
Michael Jackson-fans gelieven dit niet te lezen
foto © Reporters
Cultuur van de hysterie, extreem materialisme en machtswellust vormen één cocktail die het fenomeen Michael Jackson opleverden.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementAfgelopen vrijdag zond VRT-Canvas de documentaire Leaving Neverland uit, waarin twee mannen uitgebreid getuigen over de manier waarop zij als kind door de popster Michael Jackson (gestorven in 2009) verwend, verleid en seksueel misbruikt werden. Als 8- en 10-jarige raakten ze bevriend met de zanger, hij nodigde hun families uit op wereldreizen en voor luxueuze vakanties in één van zijn landhuizen of buitenverblijven. De ouders gingen vaak mee met de jongens, maar Jackson zorgde er altijd voor dat ze in aparte kamers of gastenverblijven logeerden, terwijl hun kinderen bij hem sliepen. Een vraag waar de vier uren durende docu een antwoord op poogt te geven: hoe komen moeders ertoe om hun zoon uit te lenen aan een pederast? En een andere kwestie: waarom hebben die mannen dat eerst in een proces ontkend? Het antwoord ligt besloten in heel de entourage en de sfeer zelf: Jackson was god, en zijn performances religieuze ceremonieën. En de kinderoffers een onderdeel van de cultus.
Hysterie
Het bizarre aan heel deze historie is dan ook niet het kindermisbruik op zich, hoe aberrant ook –wij hebben ook onze kerkschandalen- maar de ontreddering die de onthulling veroorzaakt bij de fans. Verwarring, hysterie, tot en met zelfmoord. Mensen die het jarenlang weigerden te geloven omdat ze door de figuur van Jackson en zijn charisma zo bezeten waren. En nu in een zwart gat vallen, tenzij de ontkenning doorgaat: ook na Leaving Neverland schieten er fanclubs in actie om groots gefinancierde campagnes te organiseren tegen deze ‘belachelijke aantijgingen’. #MJINNOCENT.
Dat brengt ons op het fenomeen van de idolatrie, de extreme personencultus die overgaat in de welbekende cognitieve dissonantie, tot en met absolute blindheid. Daarom vind ik deze Jackson-docu de moeite: als cultuurfenomeen en bewijs van waartoe de hedendaagse, door de media mee aangedreven popindustrie in staat is. De King of pop wordt nu ontmaskerd als een manipulator, maar, eerlijk gezegd, is voor mij heel dat artistieke oeuvre van de man grotendeels een ballon gebakken lucht. Voor een niet-gelovige smaakt het plat, schreeuwerig, hektisch en übertriviaal.
De manier hoe zo’n afgebleekte zwarte als een marionet het podium op en afdweilt, in decibels die een een aanslag vormen op de trommelvliezen, dat kan hypnotisch werken op puberzielen, maar vreemd genoeg bleef die zinsverbijstering duren, ook bij veertigers en vijftigers, tot op vandaag. Begrijpe wie kan. De immense geldstromen rond die hype, waardoor het gekkenhuis genaamd Neverland mogelijk werd en de popster kon zwelgen in luxe, hebben mee de persoon getekend die zich werkelijk alles kon permitteren en iedereen kon kopen. Tot en met de moeders die hun kinderen bij hem te slapen legden.
Ik heb natuurlijk gemakkelijk praten als operaliefhebber, en de Jacksonfans zullen mij vervloeken om dit iconoclast proza, maar popmuziek is nu eenmaal een commercieel aangestuurd massaproduct dat de wetten van de markt volgt, die zich, zoals bekend, niets aantrekken van kwaliteit en diepgang. Ik bedoel maar: er is wel degelijk een verband tussen de hysterische popcultuur, het extreem materialisme, en het instrumentaliseren van alles en iedereen, die in de figuur van Michael Jackson samen kwamen. Om dat zelfbeeld van machtswellust te kunnen counteren, vluchtte de artiest in een cultus van de kinderlijke onschuld, beter bekend als het Peter Pan syndroom. Waarbinnen dan, paradoxaal genoeg, de pedoseksuele activiteiten floreerden.
Voortschrijdend inzicht
Natuurlijk moet men iedereen zijn verslaving gunnen. Hoewel. In De Standaard laat ene Stijn De Wolf, ‘Chef van dS Magazine en geboren als fan van Michael Jackson’, vandaag zijn tranen de vrije loop na het bekijken van Leaving Neverland. Zijn wereld is ingestort: ‘Ik heb niet nagedacht, we hebben niet nagedacht, hoe stom ben ik geweest…’, zo lamenteert de redactiechef omdat hij de signalen over Jacksons pedofilie systematisch verdrong. Voor een journalist is dat natuurlijk een zielige bekentenis, en dan is onze volgende bedenking: waar is die man nog allemaal met open ogen ingelopen? Hoeveel flauwekul heeft de kwaliteitskrant al niet geserveerd wegens te weinig kritisch instinct van de redacteurs?
Een en ander strookt misschien wel met het radioclipje dat De Standaard de ether instuurde naar aanleiding van haar honderdjarig jubileum, over voortschrijdend inzicht. Daarin doet de krant een serieuze bekentenis, door te zeggen niet meer voor de waarheid te gaan, maar voor de waarheid van het moment, die dus eigenlijk samenvalt met de waan van de dag. Je koopt dus eigenlijk een krant die niet achter de façades of onder de oppervlakte kijkt, maar gewoon mee surft met trends en hypes. Anders gezegd: een journalist die fan is/was van Michael Jackson, daar komt je weinig van te weten wat je al niet wist. Scepsis, daar begint de wijsheid mee, stelde de filosoof Kant al, en kranten die pas achteraf tot inzicht komen, zijn het papier niet waard waarop ze gedrukt worden. En zo gaat dit artikel toch weer over de media, want ik wil nog eens de presentatie op 2 april van mijn boek aankondigen ‘Na het journaal volgt het nieuws’.
Voortschrijdend inzicht, dat is de moeder van een van de misbruikte jongens, Stephanie Safechuck, die in de film probeert uit te leggen waarom ze toen niet wist wat ze moest weten, en niet deed wat ze moest doen. Confronterend. En een les voor ons allemaal.
Het boek van Johan Sanctorum ‘Na het journaal volgt het nieuws’ wordt op 2 april in De Zandloper/Wemmel voorgesteld. Met een inleiding van Jan Peumans, Vlaams parlementsvoorzitter. Lees de uitnodiging.
Meer over de nieuwe media-lezing van Johan Sanctorum: klik hier.
Categorieën |
---|
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Het tumult na de lokale verkiezingen legt een aanslepend democratisch deficit in Vlaanderen bloot. Het cordon blijft het grote pijnpunt.
Waterramp in Spanje gebeurde in gebied waar meer dan 50 dammen gesloopt zijn.