De door Groen voorgedragen voorzitter van Belgische Grondwettelijk Hof Luc Lavrysen drukte de groene visie over procederen voor het klimaat door bij een economische VN-organisatie in Genève. Milieu- en klimaatactivisten moeten volgens UNECE gemakkelijker kunnen procederen met klimaatverandering of vervuiling als excuus. De lange mars door de instellingen van milieuactivisten roept in Vlaanderen steeds meer weerstand op door de vermeende invloed van bijvoorbeeld Natuurpunt binnen de Vlaamse administratie en het kabinet van de Vlaamse minister voor Leefmilieu Zuhal Demir (N-VA).…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
De door Groen voorgedragen voorzitter van Belgische Grondwettelijk Hof Luc Lavrysen drukte de groene visie over procederen voor het klimaat door bij een economische VN-organisatie in Genève. Milieu- en klimaatactivisten moeten volgens UNECE gemakkelijker kunnen procederen met klimaatverandering of vervuiling als excuus.
De lange mars door de instellingen van milieuactivisten roept in Vlaanderen steeds meer weerstand op door de vermeende invloed van bijvoorbeeld Natuurpunt binnen de Vlaamse administratie en het kabinet van de Vlaamse minister voor Leefmilieu Zuhal Demir (N-VA). Administratieve rechtscolleges in Vlaanderen blokkeren bouwdossiers, vernietigen vergunningen van landbouwers, enzovoort na juridische procedureslagen door bijvoorbeeld Natuurpunt, Bond Beter Leefmilieu of Klimaatpunt.
Procedureslagen
Op 21 april bleek dat het internationale kader om eenvoudiger en efficiënter dergelijke procedureslagen te voeren weer een stapje dichterbij kwam. De intergouvernementele organisatie waar dat gebeurde zal misschien verbazen. Het gaat om de Europese economische commissie van de Verenigde Naties (UNECE). Dat is de regionale organisatie van de Verenigde Naties die zich normaal met economische groei bezighoudt. UNECE telt 56 lidstaten. De zetel bevindt zich in het Paleis der Natiën in het Zwitserse Genève.
Afgelopen week kwam de organisatie samen voor haar 70ste zitting sinds de oprichting in 1947. België ondersteunt de organisatie vanaf het begin. Dat past in de multilaterale politiek die België al sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog voert. Naast de lidstaten neemt ook de Europese Unie deel via de dienst voor buitenlandse relaties van de Europese Commissie de European External Action Service (EEAS). Die delegatie meldde dat de oorlog in Oekraïne de samenwerking bemoeilijkt. De EU en haar lidstaten drukten hun grootste zorg voor de economische gevolgen uit en veroordeelden daarom nogmaals uitdrukkelijk de Russische agressie tegen Oekraïne. Die agressie ondermijnde volgens de EU-delegatie de samenwerking binnen UNECE. Daarom riep de EU alle leden van UNECE op om haar resolutie tegen Rusland te steunen.
Organisatie
Op 21 april deelde UNECE zelf echter iets geheel anders mee en daarover gaat het hier. De organisatie riep op om de toegang tot rechtbanken eenvoudiger te maken om de klimaatverandering aan te pakken. In haar persbericht deelde UNECE mee dat landen steeds meer kampen met in elkaar verstrengelde problemen van sociale, economische en klimatologische aard. Daarbij sprak UNECE over de uitdagingen die klimaatverandering, vervuiling, verlies van biodiversiteit, het uitsterven van diersoorten, ontbossing, zoönotische ziektes enzovoort vormen en hoe dat allemaal één grote schadelijke cocktail vormt die nefast is voor het welzijn van de mensen en het leefmilieu.
De complexiteit om die samengestelde uitdagingen aan te pakken vergt maatregelen qua regelgeving, wetgevende veranderingen en goed beheer van het leefmilieu. Eén van de zaken die de regionale economische VN-organisatie daarbij voorstelt, is de toegang tot de rechtbank te garanderen. UNECE sprak daarbij over de ‘rule of law protecting the environment, sustainable development and human health and well-being’. Dus de rechtsstaat die leefmilieu, duurzame ontwikkeling, menselijke gezondheid en welzijn beschermt. Leden van het publiek zoeken volgens UNECE in toenemende mate toegang tot rechtbanken om de blootstelling aan vervuiling te verminderen, klimaatactie te verzekeren of de impact op het leefmilieu van niet-duurzame energiebesluitvorming te minimaliseren.
Officiële uitspraken
Dat waren allemaal officiële uitspraken van een regionale economische organisatie van de Verenigde Naties. Die blijkbaar door 56 delegaties van lidstaten ondersteund werd. De ideologische en zeer activistische toon komt dus niet van een milieu- of klimaatorganisatie of een groenlinkse ngo. De logische vraag is dan waar dergelijk discours vandaan komt. UNECE zelf verwees naar de Aarhus Conventie betreft toegang tot informatie, openbare participatie in het beleid en de toegang tot Justitie in zaken betreft leefmilieu. Dat is echter slechts het halve verhaal. UNECE stoelt op een interne werking van allerhande vergadergroepen of task forces.
Twee weken voor de zitting van UNECE vergaderde zo’n groep. Gedurende haar vijftiende bijeenkomst op 4 en 5 april verzamelde de Task Force on Access to Justice under the Aarhus Convention met ongeveer 120 afgevaardigden van regeringen, grondwettelijke hoven, administratieve rechtscolleges, procureurs-generaals, internationale financiële instellingen, niet-gouvernementele organisaties (ngo’s), academici enzovoort.
Momenteel is de voorzitter van het Belgische Grondwettelijk Hof, Luc Lavrysen, voorzitter van deze Task Force. Lavrysen is oud-prof milieurecht van de UGent, hoofdredacteur van het belangrijkste Belgische tijdschrift voor milieurecht en is politiek benoemd als voorzitter van het Grondwettelijk Hof op voordracht van de partij Groen. De afgevaardigden waaronder dus veel milieuactivisten van ngo’s deelden in de Task Force hun ervaringen met toegankelijkheid tot Justitie in verband met energie-gerelateerde rechtszaken. De bedoeling was om belemmeringen weg te nemen zoals de kosten, de toegang tot juridische bijstand en de tijdsduur van de procedures.
Task Force
Voor deze vergadering van de Task Force organiseerde de groep eerst het 2023 Judicial Colloquium op 3 en 4 april met deelnemers uit 26 landen. De nadruk lag op rechtszaken zoals rond de PFAS-vervuiling. Tijdens dergelijke colloquia leren de deelnemers de kneepjes om met internationale verdragen, EU-wetgevingen enzovoort rechtszaken te voeren. Vooral het gebruik van de hogergenoemde Aarhus Conventie kreeg extra aandacht. De deelnemers bespraken ook eventuele verbanden met andere verdragen zoals de Basel Conventie over vervoer van gevaarlijk afval van het UN Environment Programme (UNEP) of andere verdragen zoals de Rotterdam Conventie, de Stockholm Conventie. Natuurlijk passeerden ook alle mogelijke mensenrechtenverdragen de revue als hulpmiddel voor milieuactivisme.
Dat juridisch colloquium bleek een samenwerking tussen UNECE en het United Nations Environment Programme (UNEP) en vond in de gebouwen van de Verenigde Naties plaats. Tussen de andere partners van de organisatie viel vooral de steun op van de vereniging van groene ngo’s: de International Union for Conservation of Nature (IUCN). Het standpunt van UNECE vertegenwoordigt dus niet zozeer het standpunt van de lidstaten, maar vooral het standpunt van ngo’s die op alle niveaus mee aan tafel zitten. Bovendien spelen politiek benoemde figuren zoals de voorzitter van het Grondwettelijk Hof een niet te onderschatten rol in de besluitvorming. De voorzitter van het Belgische Grondwettelijk Hof stuurde dus in een task force achter de schermen mee het faciliteren van het procedureslagen door milieuactivisten.
Op de vraag of de rol van Lavrysen geen probleem vormde voelden veel professoren staatsrecht of grondwettelijk recht zich niet geroepen antwoord te geven. Een uitzondering vormde Hendrik Vuye van de Université de Namur. ‘Het Hof moet daar zelf over waken. De bijzondere wet op het Grondwettelijk Hof bepaalt enkel: “De voorzitters en de rechters die te kort geschoten zijn in de waardigheid van hun ambt of aan de plichten van hun staat, kunnen uit hun ambt ontzet of daarin geschorst worden, bij een arrest dat door het Grondwettelijk Hof wordt uitgesproken”. (art. 49)’. Vuye concludeerde daaruit: ‘Dit betekent natuurlijk dat de controle in de praktijk minimaal is.’
Bij het Grondwettelijk Hof wenste niemand te reageren. Vuye kent Lavrysen als ex-Kamerlid: ‘Overigens, de vorige legislatuur was hij de grote gangmaker van de bijzondere klimaatwet, een voorstel dat toen door Groen werd gedragen. Het heeft nog gespetterd tussen mij en Lavrysen tijdens de hoorzitting en hij was zichtbaar niet tevreden.’