JavaScript is required for this website to work.
Politiek

AfD zoekt naampatroon

Dat haar politieke stichting de naam van rijkskanselier Gustav Stresemann zou dragen, veroorzaakt heibel in de Bondsrepubliek Duitsland

Dirk Rochtus29/12/2017Leestijd 3 minuten
Propaganda-affiche die het door Stresemann gesloten verdrag tussen Frankrijk en
Duitsland om het Rijnland te verlaten symboliseert.

Propaganda-affiche die het door Stresemann gesloten verdrag tussen Frankrijk en Duitsland om het Rijnland te verlaten symboliseert.

AfD wil haar politieke stichting vernoemen naar boegbeeld van de Weimarrepubliek Gustav Stresemann. De Duitse elite reageert verontwaardigd.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De Duitse belastingbetaler hoest jaarlijks een half miljard euro op voor de subsidiëring van stichtingen die een nauwe band met politieke partijen hebben – ‘parteinah’ heet dat in het Duits. De politieke stichtingen houden zich voornamelijk bezig met vorming en lobbying en hebben ook kantoren in het buitenland. Bij elke gevestigde partij leunt een stichting aan die de naam van een ‘richtinggevende’ politicus of politica draagt. Voor de christendemocraten van de CDU bijvoorbeeld is er de ‘Konrad-Adenauer-Stiftung’, zo genoemd naar de eerste bondskanselier, die de ‘Westbindung’, de integratie van de Bondsrepubliek Duitsland in het Westen, voorstond.

Geborneerde nationalist

De rechts-nationalistische, veelal als rechts-populistisch weggezette Alternative für Deutschland (AfD), die in september met haast 13% van de stemmen in het federale parlement werd verkozen, wil nu ook een eigen politieke stichting. Op zich is daar niets ongewoons aan, maar de naampatroon waaraan AfD-voorzitter Alexander Gauland denkt, doet de goegemeente in Duitsland steigeren van verontwaardiging. Gustav Stresemann, zegt de AfD? ‘Ongehoord!’, weerklinkt het in de Duitse pers. Wolfgang Kubicki, de ondervoorzitter van de liberale FDP, vindt het voorstel zelfs ‘macaber.

Was Stresemann  (1878-1929), oprichter van de nationaal-liberale Deutsche Volkspartei (DVP), rijkskanselier in 1923, en daarna tot aan zijn overlijden minister van Buitenlandse Zaken, immers niet de man die de verzoening tussen Duitsland en Frankrijk tot stand gebracht had? Kreeg hij daarvoor in 1926 samen met zijn Franse ambtsgenoot Aristide Briand niet de Nobelprijs voor de Vrede? Was hij niet een voorvechter van de Europese idee en dus geen ‘geborneerde nationalist’ zoals dat heet?

Douane-oorlog

De gevestigde machten van de Bondsrepubliek Duitsland vereren Gustav Stresemann als de staatsman die de Republiek van Weimar door de woelige jaren ’20 van vorige eeuw loodste. Stresemann was tot het einde van de Eerste Wereldoorlog een overtuigde imperialist die het Duitse grondgebied wilde uitbreiden. Het wordt hem echter ten goede aangerekend dat hij zich daarna tot de waarden en principes van de Republiek bekeerde en zich ontpopte tot aanhanger en verdediger van de parlementaire democratie. Als zijn grootste prestatie geldt het afsluiten van het Verdrag van Locarno (1925). Daarmee legde Duitsland zich definitief neer bij zijn nieuwe westelijke grenzen. Met het Verdrag van Versailles (1919) waren eerder Elzas-Lotharingen bij Frankrijk en Eupen-Malmedy bij België aangehecht.

Tegenover de Poolse staat was Stresemann echter helemaal niet zo toegeeflijk. Polen was in 1918 heropgericht en had door Versailles grote delen van de Duitse provincies Posen en Westpreußen toegewezen gekregen. De Duitse regering waarvan Stresemann deel uitmaakte, bevond zich vanaf 1925 in een ‘Zollkrieg’, een douane-oorlog, met Polen. Zo probeerde ze het economisch zwakke land tot grensrevisies ten gunste van Duitsland te nopen. Van een soort ‘Ost-Locarno’ zoals met Frankrijk in het westen moest Stresemann niets weten.

Grootmacht

Stresemann streefde de integratie van Duitsland in de internationale gemeenschap na en deed dat met succes. In 1926 trad Duitsland toe tot de Volkenbond en werd zo weer een geacht lid van de internationale gemeenschap. Vandaag de dag eren de elites van de Bondsrepubliek hem dus voor dat streven. In tegenstelling tot hen dacht Stresemann er echter nooit aan de Duitse natiestaat te laten oplossen in een Europese superstaat.

Volgens de historicus Karl-Heinrich Pohl (Christian-Albrechts-Universität zu Kiel) klopt het verhaal van de bekering van Stresemann van ‘annexionistische Saulus’ tot ‘republikeinse Paulus’  niet. ‘Sein Herz schlug monarchisch, und zwar sein Leben lang’, schreef Pohl in zijn Stresemann-biografie (2015). Stresemann was een ‘Vernunftrepublikaner‘, iemand wiens rede hem deed kiezen voor de Republiek, maar die in de grond van zijn hart treurde om het verdwijnen van het Keizerrijk. Ook zijn anti-Poolse opstelling zou zijn nationalistische inborst aantonen. Zijn buitenlandse politiek zou nog volgens Pohl een uitermate handige revisiepolitiek geweest zijn om voor Duitsland de status van Europese grootmacht terug te winnen.

De Duitse nationalisten (van de Deutschnationale Volkspartei DNVP) en de nationaalsocialisten (NSDAP) richtten hun haat op Stresemann tot zijn dood op 3 oktober 1929. Ze aanvaardden de tactische aanpak niet van onderhandelingen met de oude vijanden voor het herstel van een sterke internationale positie van Duitsland. Zo paste ook het vriendschapsverdrag dat Stresemann sloot met de Sovjet-Unie in die strategie.

Erfenis

Het hoeft niet te verbazen dat de nationalistische AfD haar oog heeft laten vallen op Stresemann als naampatroon voor haar stichting. De partij, die economisch-liberale wortels heeft, ziet Stresemann als wie hij werkelijk was: een liberaal-democraat die ook nationalist was. Dat sluit elkaar niet uit aangezien de natiestaat de soevereiniteit van het volk en de democratie garandeert. 

Volgens Gauland herinnert Stresemann aan de ‘nationaal-liberale erfenis van Duitsland’. In het hedendaagse Duitsland waar nationalisme gelijk staat met nationaalsocialisme en rechts met extreemrechts, ligt die interpretatie op zijn zachtst gezegd echter moeilijk. Buiten Duitsland wordt vaak nuchterder gereageerd op de omgang met alles wat met natie en identiteit te maken heeft.  Zo schrijft Marc Felix Serrao in de Zwitserse kwaliteitskrant Neue Zürcher Zeitung van 22 december 2017: ‘Stresemanns Name wird die Vereinnahmung ohnehin überstehen. Dafür ist er gross genug. (De naam van Stresemann zal de claim hoe dan ook overleven. Daarvoor is hij groot genoeg).

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties