JavaScript is required for this website to work.
post

Angst voor ‘Afrikaans Afghanistan’

Dirk Rochtus10/5/2012Leestijd 3 minuten

Vorig jaar zag een nieuwe staat het licht in Afrika. De mensen van Zuid-Soedan oefenden hun zelfbeschikkingsrecht uit en de wereld aanvaardde dit. Nu de Toearegs, de legendarische ‘blauwe mannen’ in de Sahara, dit ook doen door zich af te scheuren van Mali, regent het afkeurende reacties vanuit de internationale gemeenschap.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het nomadenvolk van de in indigoblauw gehulde Toearegs verloor door zijn nederlaag tegen de Franse koloniale troepen in 1902 ook de heerschappij over zijn woestijnrijk dat zich uitstrekte over gebieden van het huidige Mali, Nigeria, Libië en Algerije. Een halve eeuw later, in volle dekolonisering, vroegen de Toearegs aan Frankrijk om een eigen staat. Maar Parijs dacht er anders over en hechtte het territorium van de Toearegs aan bij Mali. Sindsdien rebelleerden de ‘blauwe mannen’ regelmatig maar vergeefs tegen het staatsgezag. Begin 2012 volgde er weer een opstand van Toearegs onder leiding van officieren en huurlingen die voor Khaddafi hadden gevochten, maar nu waren teruggekeerd uit Libië. De legerleiding van Mali vond dat de president zich te zwak opstelde tegen de rebellen en pleegde uit protest een staatsgreep eind maart. In de daaropvolgende chaos kregen de rebellen het noorden van het land onder controle, veroverden samen met militanten van de islamfundamentalistische Ansar al Din Timboektoe (Verdedigers van de Islam) en riepen op 6 april de onafhankelijkheid van een eigen Toearegstaat uit: Azawad, ‘het land van de nomaden’.

Gepasseerd

Voor de Mouvement National de Libération de l’Azawad (MNLA) was Mali als ‘anarchic state’ een gepasseerd station. Billal Ag Acherif, secretaris-generaal van de MNLA en gewezen kolonel in het Libische leger, verdedigde de onafhankelijkheidsidee door te verwijzen naar een halve eeuw slecht bestuur door en de pogingen van Mali om de identiteit van de Toearegs uit te wissen. Maar de Europese Unie, Rusland en Amerika moeten er niet van weten, van die onafhankelijkheid. Gérard Longuet, de Franse minister van Defensie, beschouwde haar als ‘nul en nietig’ zolang niet ook de andere Afrikaanse staten haar erkennen. De West-Afrikaanse Economische Gemeenschap (ECOWAS), het regionale samenwerkingsverband van vijftien staten, dreigt zelfs met interventie.

Doorkliefd

Er zijn verschillende redenen waarom Azawad niet mag, waar Zuid-Soedan nog wel zijn eigen weg kon gaan. Territoriale integriteit bijvoorbeeld. Zo goed als alle grenzen tussen Afrikaanse staten werden getrokken op de Kongo-conferentie van Berlijn in 1884-’85, waar kanselier Otto von Bismarck als bemiddelaar tussen de westerse koloniale machten optrad. Bij de dekolonisering begin jaren 1960 werden ze als staatsgrenzen geformaliseerd, al doorkliefden ze zo de leefruimte van vele volken. Anderhalf miljoen Toearegs leven in de buurstaten van Mali. De Afrikaanse Unie vreest een precedent dat ook andere volken zou aanmoedigen de bestaande staatsgrenzen in twijfel te trekken. De spanningen aan de grens tussen Soedan en Zuid-Soedan, dat vorig jaar onafhankelijk werd, voeden de vrees dat zelfbeschikkingsrecht slechts instabiliteit teweeg brengt. Er is geen buitenlandse macht die de Toearegs de hand boven het hoofd houdt. In het geval van Soedan was er nog de tweedeling tussen het islamitische noorden en het christelijke zuiden waarbij het laatste op sympathie van het Westen kon en kan rekenen. Maar de Toearegs werden aangevoerd door officieren die in Libië aan de verkeerde kant – van Khadaffi – hadden gestaan.

Ongewenst

Bovendien zorgde de opstand ervoor dat islamfundamentalisten een voet aan huis kregen in het noorden van Mali. Al vochten ze zij aan zij met de Toeareg, verdreven ze deze laatste uit Timboektoe en kantten ze zich zelfs tegen de onafhankelijkheid van Azawad. Revoluties in naam van de natie verwerpen ze. De wereldgemeenschap vreest nu dat Mali verandert in een ‘Afrikaans Afghanistan’. De Toearegs willen de genoemde tegenargumenten ontkrachten door hun respect te betuigen voor de bestaande grenzen en hun bereidheid om mee te vechten tegen het islamitisch fundamentalisme. Of dat veel helpt, is zeer de vraag. De rebellen hebben de wereld geen extra voordelen van strategische aard te bieden. Hun strijd voor zelfbeschikking lijkt als ongewenst neveneffect het islamfundamentalisme in de hand te spelen. Federalisering zou een oplossing kunnen bieden. Maar als de junta in het zuiden en de rebellen in het noorden daar om tegenovergestelde redenen niet mee willen leven, dreigen geweld en humanitaire nood.

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties