Antisemitisme als self-fulfilling prophecy
Waarom ook dit jaar in Aalst de pijpenkrullen en haakneuzen van de partij zullen zijn
25 januari 2020, Poland, Oswiecim: een herdenkingsplakket met het opschrift ‘Auschwitz-Birkenau’ bedekt met een laagje rijm.
foto © Reporters / DPA
Krampachtig overal antisemitisme bespeuren, creëert een zelfgemaakt spook. Gebrek aan inzicht of… onderdeel van een agenda?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementNaar aanleiding van de 75-jarige herdenking van de bevrijding van het concentratiekamp Auschwitz, wordt door Joodse kringen gewaarschuwd voor een nieuwe opstoot van het antisemitisme. Teken aan de wand: de bakkebaarden en namaak-haakneuzen die nu al vlotjes in de carnavalswinkels van de hand gaan. Dat is een boeiende insteek. We herinneren ons de praalwagen van de Vismooil’n, die in hun Sabbatjoor 2019 joodse karikaturen ten tonele voerden, wat uiteindelijk leidde tot een schrapping van het Aalsterse carnaval als Unesco werelderfgoed.
Een gebeuren dat in de komende editie vast centraal zal staan, het tegendeel zou verbazen. Net de censuur zet aan tot humor en satire, dat is de essentie van carnaval. Hadden de rabiate scherpslijpers van de Joodse gemeenschap niet beter wijselijk gezwegen over die ene carnavalswagen die dan nog gerecycleerd materiaal bevatte? Ja dus. Tenzij dat voortdurend oprakelen van het vermeende ‘antisemitisme’ een systeem uitmaakt.
De Dossin-soap
Het is pijnlijk te moeten vaststellen hoe bepaalde joodse opiniemakers zodanig op alle slakken zout willen leggen, dat er een tegenreactie ontstaat die op haar beurt zelf als ‘antisemitisme’ wordt gekwalificeerd. In se tamelijk onbenullige fenomenen als die carnavalswagen krijgen weerklank tot in de Verenigde Naties, wat uiteraard hilariteit opwekt, die ook weer uitingen van ‘Jodenhaat’ zouden zijn. Is het ‘antisemitisme’ een slang die in haar eigen staart bijt?
Hoewel een aantal Joodse intellectuelen binnen en buiten Israël, naast organisaties zoals Een Andere Joodse Stem, waarschuwen voor dat mechanisme van de selffulling prophecy, blijft het dominerende discours dat van de verontwaardiging en het eeuwige slachtofferdenken. Tot en met het claimen van morele onschendbaarheid op vage religieus-historische gronden.
Heel de pathetische soap rond de Mechelse Dossin-kazerne en het daaraan verbonden Holocaustmuseum, is typerend voor de manier hoe dat slachtofferdenken opnieuw omslaat in agressiviteit en usurpatie. De pogingen van Joods-zionistische kringen rond de Antwerpse politicus André Gantman om dat door de Vlaamse overheid beheerde documentatiecentrum te herbestemmen tot exclusief Holocaustmonument, deed zelfs filosoof en specialist in de materie Ludo Abicht naar adem happen. Het was de reden van het ontslag van directeur Christophe Busch. Notoire historici als Bruno De Wever en Herman Van Goethem waren evenmin te spreken over de gang van zaken. Helaas: de exclusieve-holocaustdrukkingsgroep in de raad van bestuur is niet van plan haar greep te lossen op dit publiek domein, eigendom van de Vlaamse gemeenschap.
Het ‘Auschwitz-gen’
Zo mocht het boek van Ludo Abicht De eeuwige kop van Jood, uitgerekend met de Jodenvervolging als onderwerp, er niet gepresenteerd worden, omdat Brigitte Herremans, die de inleiding schreef, te Israël-kritisch werd bevonden door Gantman en C°. Even later werd een uitreiking van een Pax Christi-prijs in de kazerne zelfs abrupt onderbroken en iedereen aan de deur gezet, weer omdat die dame van de partij was. Het blijkt een georganiseerde hetze, inclusief kettingmails, die vooral vanuit het tijdschrift Joods Actueel wordt aangestuurd.
Voor Gantman is het duidelijk: elke kritische reflectie omtrent het zionisme of het actuele regime in Israël, draagt de kiemen van het antisemitisme in zich. Zo maak je elke tegenstander monddood. De titel van zijn boek anderzijds verwijst naar de onherleidbare, onvergelijkbare lotsbestemming van het Joodse ras, dat doorheen de Holocaust een moreel vrijgeleide heeft gekregen, tot aan het einde der tijden. Verboden te lachen. Ofwel snapt men niet dat die overgevoeligheid juist tot spot en satire aanzet, ofwel is het de bedoeling, om dan het grote antisemitische spook op te roepen.
Untermenschen
Met de actuele Auschwitzherdenking wereldwijd draait de holocaustindustrie overuren. De term is, zoals bekend, in 2000 gelanceerd door de Amerikaanse politicoloog en historicus Norman Finkelstein, zelf van Joodse komaf, wiens ouders Auschwitz overleefden. Het huidige regime in Israël voert de dans aan, en getuigt vooral van een respectloos cynisme tegenover de slachtoffers van de Holocaust.
De manier waarop Benjamin Netanyahu van de Auschwitz-herdenking gebruik maakt om in Jeruzalem een internationale show op te voeren met alle groten der aarde, waarbij aartsvijand Iran door de Israëlische premier tot ‘het meest antisemitische regime van de planeet’ werd uitgeroepen, bagatelliseert de Holocaust tot een puur retorische stijlfiguur voor politiek gebruik.
Ook binnenlands liet Netanyahu er geen gras over groeien. In 2018 werd de superioriteit van het Joodse ras wettelijk verankerd, wat de facto de Arabische inwoners (ik spreek dan niet over deze in Gaza en de Westelijke Jordaanoever, maar volwaardige Arabische staatsburgers in Israël die ongeveer 20 procent van de bevolking vormen) tot Untermenschen degradeert. Ik gebruik bewust de naziterminologie: het ontnemen van burgerrechten is maar een eerste stap naar het ontnemen van mensenrechten. Over het Palestijnse probleem in de bezette gebieden zwijg ik nog. Het Netanyahu-regime heeft elk spoor van de Joods-Europese verlichting zorgvuldig uitgewist, en vervangen door iets dat zelf ongemakkelijke herinneringen aan het verleden oproept.
Uit zelfverdediging zeggen de pro’s. Nogmaals: dit vraagt om kritische reflectie naast een satirische lezing, mét pruiken en haakneuzen, het spijt me voor Gantman en co. De Holocaust valt niet te bagatelliseren, en de Dossinkazerne mag en moet een gedenkplek blijven, met een ruime link naar het globale genocidefenomeen en ja, waarom niet, het religieuze fanatisme. Als men die educatieve verbreding probeert af te stoppen, slaat men zijn eigen ruiten in en zullen de carnavalswinkels gouden zaken doen. Hopelijk mag deze gedachte ook eens aan bod komen in de ruime waaier van herdenkingen.
Categorieën |
---|
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Bij de docu-film van Jambers over BDW blijft de vraag hangen waar de N-VA als ‘republikeinse partij’ nu eigenlijk nog voor staat.
Professor Dirk Rochtus leidt zoals elk jaar een reis naar Duitsland. Deze kaar naar het onbekende Silezië.