JavaScript is required for this website to work.
post

On-Britse Britsheid

hoofddoekdebat in Groot-Brittannië

Harry De Paepe17/9/2013Leestijd 2 minuten

In Birmingham ontstond een hoofddoekrel, die aantoont dat ook de Britten niet echt goed weten waar persoonlijke vrijheid begint of eindigt.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een maatregel in het Birmingham Metropolitan College – laten we het gemakshalve vergelijken met een technische hogeschool – bracht het instituut in het oog van een politieke storm. Het bestuur van de hogeschool vaardigde acht jaar geleden een hoofddoekenverbod uit.

Eén van de studentes kloeg daar vorige week over in een lokale krant. Binnen de 48 uren na het verschijnen van het artikel werd een petitie met 8 000 handtekeningen voorgelegd om te protesteren tegen de beslissing. De motivatie van het schoolbestuur luidde  destijds dat alle studenten herkenbaar moeten blijven. De tegenstanders beroepen zich op de Human Rights Act van  1998, waarin de vrijheid van godsdienst en levensbeschouwelijke kentekens verzekerd wordt. Ook scholen moeten zich daar aan houden. De voorstanders van het verbod steunen op de begeleidende omzendbrief die stipuleert dat leraars en scholen het recht hebben om de vrijheid in te perken in bepaalde gevallen zoals gelaatsbedekking of de kirpan (de ceremoniële dolk die Sikhs dragen). Het schoolbestuur trok de regel uiteindelijk toch in.

Ondertussen liet premier David Cameron via zijn woordvoerder verstaan dat hij zich niet zou verzetten tegen zo’n maatregel mocht die worden ingevoerd op de school waar zijn kinderen les volgen. Meer en meer stemmen binnen de Conservatieve Partij roepen op om in het parlement een debat te voeren om een nationale maatregel op te leggen. Daar is de premier niet voor te vinden, omdat zo’n beslissingen volgens Cameron de schoolhoofden toekomt. Maar de druk op de regeringsleider vanuit zijn eigen backbench neem toe.

Nick Clegg, de vicepremier en hoofd van de Liberal Democrats, liet eerst verstaan dat hij het ‘on-Brits’ zou zijn om mensen op te leggen wat ze wel en niet mogen dragen maar tegelijkertijd vindt hij het niet gepast dat mensen gesluierd in de klas staan of dat mensen met gelaatsbedekking de luchthavenbeveiliging passeren. Binnen zijn partij klonken luide tegenklanken.

Jeremy Browne, Minister of State (een junior minister) van Binnenlandse Zaken en aanstormend talent bij de LibDems liet op maandag 16 september weten dat hij, hoewel hij zich ‘ongemakkelijk’ voelt bij het verbieden van kledij, een nationaal verbod voor scholen en openbare gebouwen wenselijk acht om vrije keuze voor vrouwen te garanderen binnen de islamitische gemeenschap. Nick Clegg blijkt dat idee nu plots niet meer ongenegen voor het onderwijs maar staat niet achter een verbod voor openbare ruimtes.

De moslimgemeenschap reageert onthutst op de verklaringen. Het standpunt van Labour is onduidelijk. De school in Birmingham genoot acht jaar geleden de volle steun van de toenmalige Labour-minister van binnenlandse zaken David Blunkett. Het plaatselijke Labourparlementslid verwelkomde vorige week de terugtrekking van het verbod.

Het hele debat biedt alleszins een interessante kijk op de Britse visie op persoonlijke vrijheid. In theorie wordt die beschouwd als het hoogste goed. In de praktijk (met o.m. camera’s op elke Britse grootstedelijke straathoek) wordt daar minder strikt mee omgesprongen.

<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>

 

 

 

Harry De Paepe (1981) is auteur en leraar. Hij heeft een grote passie voor geschiedenis en Engeland.

Commentaren en reacties