Cordon sanitaire tegen de islam versterkt het fundamentalisme
Vrijdaggebed in de Al-Nourmoskee in Hamburg
foto © Reporters / DPA
In Van Rooy’s fundamentalistische interpretatie van ‘de ware islam’, maken hervormers alleen maar ‘denkfouten’ en zijn ze grenzeloos naïef.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementIn Sam Van Rooy’s obsessioneel fundamentalistische interpretatie van ‘de ware islam’, maken hervormers alleen maar ‘denkfouten’ en zijn ze grenzeloos naïef.
Vanaf zijn eerste reactie op mijn brief aan sp.a-politica Hilde Sabbe richt Sam Van Rooy zich obsessioneel op wat hij ‘de inhoud’ noemt van de islam, verwijzend naar de bronnen en de fundamenten van die godsdienst. Althans naar de basisteksten zoals hij die definieert, samen met anderen zoals Yasmine Mohammed, Hamid Zanatz of Anne-Marie Delcambre. Zelf zou ik hier nog tientallen andere auteurs aan kunnen toevoegen die vanuit eenzelfde sombere of negatieve duiding overtuigd zijn dat hún interpretatie van de Koran en de Hadith de enige ware of juiste lezing is.
Fundamentalistische lezing van de Koran
Het dwangmatig focussen door Sam Van Rooy op een fundamentalistische lezing als zijnde de enige ware ‘inhoud’ van de islam, komt bij mij over als een strategie om andersdenkenden de mond te snoeren: wie om het even welke andere uitleg durft te geven van de Koran of de Hadith — en dus afwijkt van wat volgens Van Rooy de enige ‘bronnen’ en ‘fundamenten’ zijn van de ‘ware islam’ —, dwaalt. Zoals voor de belijders van het wahabisme of het salafisme en voor aanhangers van Islamitische Staat, kan de islam in zijn ogen uitsluitend in zijn meest retrograde, middeleeuwse en reactionaire versie authentiek zijn. Wie daar enigszins anders over denkt, maakt ‘denkfouten’ of weigert de ware aard van de islam te erkennen. Mij lijkt dergelijke houding perfect in overeenstemming te zijn met wat men fundamentalisme noemt.
Van Rooy beweert nochtans dat ‘oprechte pogingen tot fundamentele hervorming van de islam onze steun verdienen’, maar tenzij ik opnieuw een denkfout maak, klinkt die opstelling bijzonder contradictorisch met wat hij in heel zijn repliek voortdurend verkondigt, met name: dat de islam niet hervormbaar is of anders geïnterpreteerd zou kunnen worden dan op een fundamentalistische manier! Om de polarisatie tussen moslims en niet-moslims in stand te kunnen houden, klampt hij zich vast aan die volgens hem enig mogelijke lectuur van de islamitische leerstellingen. Zoals islamfundamentalisten dit doen.
Polarisering rond de islam
In zijn repliek van 2 juli schrijft Van Rooy: ‘Niet ik, maar de islam kwetst en polariseert’. Hij meent zelfs dat ik polariseer, omdat ik getuig dat ‘de intolerantie van de islam met de jaren groter wordt’. Dit is echter geen aanzetten tot polarisatie, het is gewoon een feitelijke constatering die ik doe met talloze gematigde moslims. Miljoenen aanhangers van een open, tolerante islam, tot in het traditioneel verdraagzame Indonesië en in grote delen van Afrika, vechten tegen de polariserende verkankering van hun religie. Maar volgens Van Rooy doen ze dit alleen vanuit hun volksaard, niet vanuit de ware aard van de islam.
Hoe dan ook, was een traditioneel cultureel zeer diverse en tolerante beleving van de islam in de meeste geïslamiseerde landen buiten Saudi-Arabië eeuwenlang een feit. Tot die pluralistische islambeleving, na de eeuwwisseling, zowat overal onder druk kwam door de machtsgreep van wahabitische/salafistische predikanten, steeds vaker via Facebook en Twitter surfend op een mistevredenheid onder de gelovigen.
Een onbehagen dat enerzijds in groeilanden, zoals Indonesië en Nigeria, werd aangewakkerd door economische en sociologische schokken die het gevolg waren van een opgedrongen ultraliberalisering en globalisering, in nauwelijks twee tot drie decennia tijd. Anderzijds, in het Westen, door botsende culturen in onze ‘multiculturele samenlevingen’ ten gevolge van een decennialange laksheid van onze beleidsmakers, met een mislukte integratie van moslims tot gevolg.
Multiculturele excessen
‘Salafistische predikers, van wie de meesten niet vertrouwd zijn met de bronnen van de islam, maken van de islam een komedie, een godsdienst om mee te pronken en te provoceren’, aldus de Franse imam Tareq Oubrou. Hij bestempelt het propageren van halal-producten, hoofddoeken, burkini’s of islamkleding in het algemeen, als pure commercie die niets te maken heeft met godsdienstige verplichtingen. Sjeik Abdallah Al-Mutlaq zei onlangs op de Saudische televisie dat vrouwen niet verplicht zijn de abaja (een lang zwart kleed) te dragen. Ibn-Taïman stelt ondubbelzinnig dat moslims de plicht hebben zich aan te passen aan niet-islamitische meerderheden. Voor deze hervormers is ‘de ware’ islam dus de volstrekte tegenpool van wat Sam Van Rooy en de wahabisten als de enige waarheid claimen.
Ze gaan er zelfs van uit dat niet elk vers van de Koran toepasbaar is; zelfs een Hadith die door de Profeet als authentiek werd gecertificeerd is niet altijd en overal toepasbaar (Oubrou). Amper twee procent van de 6236 verzen uit de Koran en slechts 500 van de tienduizenden Hadiths zijn bindend of rechtscheppend. Er is in hun visie van de ‘ware’ islam evenmin sprake van wat Van Rooy ‘een toestand van permanente vijandigheid tussen moslims en ongelovigen’ noemt. Bovendien veroordelen islamgeleerden zoals Abu-Hamid Al-Ghazâli, Abu-Hanîfa, Abu-Mansûr al-Maturidî en Abu-Hassan al-Ascharî het bestraffen van kâfirs en afvallige moslims.
Koran en Bijbel verbieden?
Als de islam niet hervormbaar is, dan moet hij in de binaire logica van Sam Van Rooy wettelijk worden verboden. Maar wat doen we dan met de Bijbel? ‘Breng mijn vijanden hierheen die niet wilden dat ik over hen regeer, dood ze in mijn aanwezigheid’, zegt Jezus (Lucas 19,27-28); wat met het aansporen tot kindermoord door Abraham op zijn zoon? (zes korte verzen daarover in de Koran, tegen 19 met meer schokkende details in de Bijbel). Er zijn ook auteurs als Richard Dawkins, Daniel Dennett of wijlen Christopher Hitchens, die met verve ‘het ware christendom’ de grond inboren.
Wat Al-Azhar betreft, citeer ik opnieuw Tareq Oubrou: ‘Die instelling lijdt aan een sclerose van het religieuze denken en ook aan haar miserabele ondergeschiktheid aan een van de meest totalitaire regimes uit de Arabische en islamitische wereld’. Niettemin dragen tienermeisjes in de afdeling van Al-Azhar in Jakarta geen hoofddoek; in Vlaamse scholen wél.
Het juk afwerpen van het fundamentalisme
Kortom, tegenover de tientallen lezingen die stellen dat intolerantie diep ingebakken zit in de oorsprongsbronnen en de geschiedenis van de islam, kan je er evenveel plaatsen die zoals Ibn-Hajardie binnen het soennisme de pluraliteit van de waarheid erkennen. Sam Van Rooy maakt, mijns inziens, een denkfout wanneer hij beklemtoont dat gelukkig ‘heel wat religiecritici in de vorige eeuw lak hadden aan verdere polarisatie en aan de gevoelens van (zelfverklaarde) katholieken, of we leefden vandaag nog onder het juk van de Kerk.’
Immers, het lijkt mij niet de ‘polarisatie’ en de antagonistische logica van Sam Van Rooy te zijn die met zijn fundamentalistische lectuur van de ‘ware islam’ de moslims zal bevrijden van het juk van de islamfundamentalisten of van de jihadisten van Islamitische Staat en andere would-be kalifaten. Laat die taak maar over aan miljoenen moslims die dag na dag die strijd voeren. Terwijl progressievelingen bij ons retrograde praktijken enthousiast toejuichen, in reactie op Van Rooy’s partijdige confrontatie met de islam.
Naar een tolerante islam
De strijd is nog lang niet gestreden, maar na verloop van tijd zal een terugkeer naar een meer gematigde islam de bovenhand halen op de extremisten. Na de (op termijn) onvermijdelijke val van de mollahs zullen de Iraniërs gevaccineerd zijn tegen de politieke islam. In Indonesië bleven de radicale islampartijen in de jongste verkiezingen in weerwil van veel gebrul hangen rond 10 procent en kan president Yoko Widodo zijn gematigde koers verderzetten, ondanks compromissen met zijn meer extreme vicepresident, Amin Ma’ruf.
De NU-organisatie (Nahdlatul Ulama) waarvan Ma’ruf tot vóór kort de voorzitter was, benadrukte onlangs trouwens samen met Muhammadiyah (de tweede grootste islamorganisatie), de strijd verder te zetten tegen de radicale vormen van islamisering die overwaaien van buiten Indonesië. Ook in Algerije en Soedan zal de politieke islam op termijn in het zand bijten. Zelfs in Saudi-Arabië is het wahabisme stilaan op zijn retour.
Daarom geloof ik in een gematigde islam op termijn. Als we ophouden met enerzijds een cordon sanitaire te leggen rond en het diaboliseren van de islam en dat anderzijds, Europese beleidsmakers niet langer het wahabisme, verpakt in ‘gematigd’ salafisme, tolereren onder het mom van ‘multiculturalisme’.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Erik Bruyland is beroepsjournalist en auteur van 'Kobalt blues - de ondermijning van Congo (1960-2020)', Uitgeverij Lannoo. Hij is geboren en getogen in Congo, waar hij van 1978 tot 1984 de familiale onderneming leidde en woont nu deels in Indonesië en België.
Westerse analisten maken zich zorgen om de verkiezing van oud-generaal Prabowo Subianto tot president van Indonesië. Terecht?
De Taalbarometer stelt een verdere achteruitgang van het Nederlands vast in de Vlaamse Rand. De bevolking moet mee aan de slag.