JavaScript is required for this website to work.
post

‘De dialoog met Rusland herstellen is broodnodig: net dat ontbrak 100 jaar geleden’

Dirk Rochtus13/8/2014Leestijd 3 minuten

Glijden we in 2014 af in een oorlog met Rusland, net zoals honderd jaar geleden? Even luisteren naar twee gezaghebbende stemmen van bij onze oosterburen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Als er één land is dat een bijzondere relatie tot Rusland onderhoudt, dan is het wel Duitsland. Als land in het midden van het Europese continent, heeft het altijd zowel naar ‘het Westen’ als naar ‘het Oosten’ en meer bepaald Rusland gekeken. De geschiedenis kan rijkelijk getuigenis afleggen over de Duits-Russische relaties. Duitsland en Rusland konden het altijd goed met elkaar vinden totdat Duitse imperialisten en later een vanuit Oostenrijk tot rijkskanselier omhooggeklommen individu het in opeenvolgende wereldoorlogen in hun hoofd haalden om de Russische ruimte te willen veroveren.

Ook vandaag de dag bestaan er nauwe economische en culturele banden tussen Duitsland en Rusland. De visie van Duitse politici en professoren op Rusland kan dan ook verhelderend werken. Neues Deutschland (1) bijvoorbeeld sprak met Egon Bahr (°1922). Als adviseur van de vroegere bondskanselier Willy Brandt gaf hij mee gestalte aan diens Ostpolitik, de politiek die erop gericht was in de jaren ’70 van vorige eeuw de betrekkingen tussen de Bondsrepubliek Duitsland en de Sovjet-Unie, Polen, Tsjecho-Slowakije en de DDR te verbeteren. De historicus Michael Stürmer (°1938) pende in Die Welt (2) dan weer een opiniestuk neer over hoe onze huidige tijd ontwricht is zoals onder andere de escalatie met Rusland aantoont.

Vertrouwensbreuk

Bahr zelf is er vrij gerust in dat uit de escalatie geen oorlog zal volgen. De beide antagonisten, de Verenigde Staten van Amerika (VSA) en Rusland, beseffen dat ze op elkaar aangewezen zijn, alleen al om de vele conflicthaarden over de hele wereldbol aan te pakken. Ook de inspanningen van de Duitse kanselier Angela Merkel en haar minister van Buitenlandse Zaken Frank-Walter Steinmeier zijn erop gericht zulke ‘Unberechenbarkeiten’ (onberekenbaarheden) uit te sluiten zoals die honderd jaar geleden de Europese machten in de Eerste Wereldoorlog hebben doen glijden. Bahr vindt de Russische president Vladimir Poetin zeker niet onbetrouwbaar. Integendeel, lijkt hij te willen zeggen, als hij erop wijst dat Poetin tijdens zijn toespraak voor de Bondsdag, het federale Duitse parlement, op 25 september 2001 de uitbreiding van de NAVO naar het oosten als een ‘onherroepelijke vertrouwensbreuk’ bestempelde. Volgens Bahr zou Poetin toen ook ‘interessante Angebote der Kooperation’ hebben gedaan, zonder dat er een antwoord op volgde. De 92-jarige Duitse sociaaldemocraat vraagt zich dan ook af wat het Westen nu eigenlijk wil: ‘Sicherheit mit Russland oder Sicherheit vor Russland’ (Veiligheid samen met Rusland of veiligheid tegenover Rusland)?

Angstjaar

Waar Egon Bahr het neerhalen van het vliegtuig van Malaysian Airlines (vlucht MH17) nog een element van ‘Unberechenbarkeit’ noemt, ziet professor Michael Stürmer daarin een ‘misdaad en een metafoor van de dreigende catastrofe’. Uit zijn opiniestuk druipt het pessimisme. 2014 zou normaal een jaar van herinnering en waarschuwing moeten zijn (naar aanleiding van de herdenking van het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog een eeuw geleden), maar dreigt een ‘Krisen- und Angstjahr’ te worden. We kijken aan tegen een chaotische aanslepende crisis en het is niet zeker dat ‘die Vernunft’ (de Rede) zal zegevieren. De Eerste Wereldoorlog vloeide voort uit het samenspel van ‘stuurloosheid terwijl tegelijk de hoogste militaire macht ontplooid werd’. Ook nu zien we in oostelijk Oekraïne en in het Midden-Oosten weer stuurloosheid. Er dreigt verlies aan controle, en de autoriteit van de Verenigde Naties gaat niet verder dan morele oproepen.

Bitterheid

Waar is het fout gegaan, vraagt Stürmer zich af. Na de val van de Muur in 1989 heeft het Westen Rusland aan zijn lot overgelaten. De Sovjet-Unie viel twee jaar later uiteen, geen enkel heersend volk ter wereld heeft ooit zoveel van zijn grondgebied vrijwillig afgestaan als het Russische. Het Westen had geen oor voor de bitterheid van Rusland. De uitbreiding van de NAVO naar die gebieden die ooit tot de invloedsfeer van de Sovjet-Unie behoorden, werd gecompenseerd met de NAVO-Rusland Raad. Moskou blijft de uitbreiding steevast ‘expansie’ noemen wat uiteraard een meer negatieve connotatie heeft (zie ook de opmerking van Marcel de Haas van Clingendael Instituut)(3). Ook dat ligt mee aan de basis van de Russische opstelling tegenover Oekraïne.

Stürmer heeft geen goed woord over voor de sancties van het Westen tegen Rusland. Ze verdiepen volgens hem het conflict en helpen Poetin het Westen te demoniseren en de schroeven in het binnenland aan te draaien. Beter is het om de contacten, ook de militaire, weer te activeren. De historicus herinnert aan de oproep van twee voormalige ministers van Buitenlandse Zaken, de Brit Malcolm Rifkind en de Rus Igor Iwanjow, in de ‘International New York Times’ (4), om de dialoog tussen het Westen en Rusland gaande te houden.

Beide denkers, Egon Bahr en Michael Stürmer, zijn het erover eens: dialoog is nodig, het vertrouwen moet hersteld worden. De schuld voor de crisis zou zeker niet eenzijdig mogen afgeschoven worden op Rusland. Inderdaad, als we één zaak uit de Eerste Wereldoorlog kunnen leren, is het wel dat alle partijen boter op het hoofd hadden en door gebrek aan dialoog bijgedragen hebben tot de escalatie.

(Dit stuk verscheen eerder op www.knack.be )

 

(1) http://www.neues-deutschland.de/artikel/941869.was-macht-der-krieg-in-der-ukraine.html

(2) http://www.welt.de/debatte/kommentare/article131038258/Kontrollverlust-Die-Zeit-ist-aus-den-Fugen.html

(3) http://www.clingendael.nl/sites/default/files/20060800_cscp_art_haas_ap.pdf

(4) http://www.nytimes.com/2014/08/04/opinion/the-risk-of-a-new-cold-war.html?_r=0

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties