De donkere zijde van de PVDA
Totalitaire politiek met een vriendelijk gezicht
‘Broeder Tuck Mertens’ in het bos.
foto © Reporters / QUINET
De PVDA tracht zich als een frisse Robin Hood voor te stellen. Onder de oppervlakte schuilt echter een autoritaire controlemachine.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe PVDA tracht zich als een frisse Robin Hood voor te stellen, met Peter Mertens in de rol van de gezapige broeder Tuck. Vrijbuiters die stelen van de rijken en verdelen onder de armen. Men moet echter niet lang aan het hippe en sociale imago van de PVDA krabben om een zeer autoritaire controlemachine te ontwaren.
Robin Hood en broeder ‘Peter’ Tuck
Een deel van het programma oogt op het eerste zicht ‘conviviaal’: overal ten lande zullen nieuwe treinstations of scholen openen, duizenden sociale woningen worden gerenoveerd of bijgebouwd. Talloze nieuwe leerkrachten zorgen ervoor dat er weer in kleine klasjes kan worden lesgegeven. De privésector wordt op heel wat maatschappelijke terreinen aan de deur gezet; publiek-private samenwerking is voor Peter & zijn ‘posse’ uitgesloten. De Belgische overheid, met zijn befaamde dynamiek en knowhow, zal die heerlijke nieuwe wereld op eigen kracht opbouwen. Het PVDA-programma gonst van de miljarden te investeren euro’s overheidsgeld. En een handvol klimaat- en andere masterplannen ontbreken niet op het feest, al keldert de partij de kilometerheffing en wil de PVDA bovendien de accijnzen op benzine verlagen. Zoals het edele Robin Hoods past, twijfelen ze nooit vanwaar de middelen moeten komen: meer belastingen op superrijken, vermogens en op de meerwaarde van aandelen en ‘een verhoogde progressiviteit’ van de inkomensbelastingen…
Privébedrijven aan de ketting & hoofddoeken vrij
De marxistisch-totalitaire wortels van de PVDA komen pas duidelijk in beeld wanneer men in detail de andere luiken van hun programma onder de loep neemt. Zo is het voor de PVDA onweerlegbaar dat onze samenleving een ‘interculturele samenleving’ moet worden. Elke referentie naar de geschiedenis van onze streken, naar de christelijke-Joodse wortels van de leitcultuur, is uit den boze en wordt desnoods met harde hand uitgerukt. De PVDA wil daarin verder gaan dan een democratische partij zich kan veroorloven. Zo wil ze nu ook aan de privésector streefcijfers opleggen voor het aantal allochtonen in de bedrijven. Verder mogen privébedrijven – net als de overheid – de hoofddoek niet meer verbieden. Daartoe zal die gedroomde PVDA-staat samen met het middenveld allerlei controleacties opzetten. De private ondernemingen lijken in deze filosofie verdachte buitenposten of vazallen van de superstaat.
Bovendien spreekt het PVDA-programma alleen maar over inbreuken op privédomeinen om de hoofddoek te verdedigen. Joodse keppeltjes of tulbanden, wie maalt daar nu over? Zeker niet de PVDA. De diversiteit die ze desnoods manu militari willen afdwingen, is geen echte diversiteit maar het open wrikken van de deur voor een militante islam – net zoals in het verleden in onder meer Iran de communisten mee de weg bereid hebben van de ayatollahs en hun moorddadige fatwa’s.
De nieuwe Sheriffs van Nottingham
De PVDA tracht deze grimmige lading met een hippe verpakking te omhullen. Onder meer via een lange lijst met artiesten die broeder ‘Peter’ Tuck en zijn bosrovers ondersteunen: zanger Daan, schrijver Fikry El Azzouzi (bekend door zijn verketteren van Etienne Vermeersch als ‘verlichtingsfundamentalist’), de dichter Charles Ducal en vele andere vrolijke volgelingen. Nogal wat van de ondertekenaars leiden zelf met de hulp van overheidssubsidies een vrij en vrolijk leventje. Net deze vrije jongens en meisjes die in staat zouden moeten zijn tot enige kritische tekstanalyse, laten zich misbruiken voor de promotie van een nauwelijks verhulde autoritaire staat. Een staat die haar ‘maakbaarheidsmoraal’ op terreinen wil opleggen waar ze niets te zoeken heeft, maar tegelijk een militante islam geen strobreed in de weg legt. In de plaats van het aanprijzen van zo’n anti-vrijheidspartij als de PVDA, zouden die artiesten en academici zich beter bezinnen over het feit dat een democratie alleen kan overleven indien de overheid welbepaalde grenzen respecteert; grenzen die voor de PVDA (net als voor een fundamentalistische islam) onbestaande lijken. De PVDA is dan ook geen partij van Robin Hoods maar van zij die ervan dromen almachtige Sheriffs van Nottingham te worden.
Categorieën |
---|
Chris Ceustermans is een veertiger die ooit van zijn pen leefde als journalist bij onder meer De Morgen. Na andere wegen te hebben verkend, keerde hij terug naar zijn oude liefde: de literatuur. Op Doorbraak pleegt hij af en toe een stuk over dingen die in de eenzijdige media te weinig aan bod komen. 'Ni dieu, ni roi, ni maître', blijft zijn motto, al lijkt dit voor de meeste zelfverklaarde 'links weldenkenden' al lang vergeten.
Hoe de Britse democratie Boris Johnson verteert en de darmen van de auteur door camera’s worden doorploegd. Ons lichaam, dat weet wat.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.