De grote burgerbevraging: een maat voor niets!
Povere en onduidelijke resultaten uit mediatiek groots opgezette enquête
De gewesten en provincies van België.
foto © Stringfixer
De grote burgerbevraging over de toekomst van België is geen succes: slechts 10.605 Belgen namen er aan deel, of amper 0,1% van de bevolking.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe burgerbevraging ‘Een land voor de toekomst’, over de toekomst van België, werd nog zo groots opgevat. En ze kostte 2,1 miljoen euro. Om de bevraging te faciliteren werd er bij koninklijk besluit, van 29 juni 2021, een wetenschappelijk comité opgericht. Dit besluit heet dan ook voluit: koninklijk besluit houdende oprichting van een wetenschappelijk comité in het kader van het online platform over de modernisering, de verhoging van de efficiëntie en de verdieping van de democratische beginselen van de staatsstructuren.
Het genoemde comité was opgericht om ‘de transparantie en de onpartijdigheid te garanderen van het online platform dat werd gelanceerd door de federale regering om burgers, het middenveld, academici en lokale besturen de mogelijkheid te bieden hun mening te geven over de modernisering, de verhoging van de efficiëntie en de verdieping van de democratische beginselen van de staatsstructuren’. Het omvatte twaalf professoren, met daarnaast nog negen andere academici die feedback gaven.
Lage respons
Ze maakten er uitgebreid reclame voor op radio en televisie, en eveneens via pers en de sociale media. Het resultaat van 10.605 respondenten is dan ook bedroevend laag. Dat omvat nog geen 0,1 procent van de bevolking. Zelfs als we abstractie maken van de minderjarigen tot vijftien jaar blijft het pover. De leeftijdsklasse die het meest antwoordde was die tussen 45 en 64 jaar, met bijna 40 procent van de antwoorden.
De deelnamecijfers van de regio’s stemden ongeveer overeen met hun aandeel in de Belgische bevolking: 58,2 procent van de Vlamingen deed mee, tegenover 31,5 procent voor Wallonië en 10,3 procent voor Brussel.
Ook valt het hoge aantal hoger opgeleiden op: 73,3 procent had een diploma van het hoger onderwijs (universiteit of hogeschool).
Vooral dit laatste heeft tot gevolg dat de resultaten van de bevraging geen representatief beeld geven van de mening van de Belgische bevolking. Ze kunnen dus ook niet als dusdanig gebruikt en geïnterpreteerd worden. Bepaalde doelgroepen zijn oververtegenwoordigd, terwijl anderen zich amper lieten horen. Op bladzijde 11 vervolgt het rapport: ‘Het is binnen dit kader onmogelijk om uit de verschillende bijdragen af te leiden dat een bepaald idee of een bepaalde oplossing al dan niet gedragen is door de bevolking. We verzamelen ideeën en mogelijke oplossingen die vervolgens verder kunnen worden besproken en uitgewerkt in het vervolgtraject.’ Of met andere woorden: het is een maat voor niets.
De lat werd hoog gelegd
In de bevraging koos men voor zes thema’s met bijbehorende concrete uitdagingen:
- de organisatie van België;
- de bevoegdheidsverdeling tussen de verschillende overheden;
- de werking van het parlement en de regering;
- de organisatie van de verkiezingen;
- de rol van de burger;
- de grondrechten, of de basisrechten die je hebt om je als persoon of als groep te kunnen ontplooien zoals je dat zelf wil.
Bij ieder thema kwamen er dus nog diverse uitdagingen aan te pas, die de reflectie waren van de huidige maatschappelijke bekommernissen. Zo ging het bij de rol van de burger om de uitdagingen met betrekking tot de pensioenen, de energie en de euthanasie. Men ging heel ver in de bevraging. En dat is relevant, gelet op het feit dat het eerste doel van de bevraging was te weten welke staatsstructuur de Belgen wilden zien tot stand komen. De respondent verzonk als het ware in een overvloed aan uitgangspunten en vragen.
Daarnaast kunnen we nog andere redenen voor de lage respons aanhalen. Het grootste deel van de bevolking blijft onverschillig tegenover de politiek, en vooral met betrekking tot de complexe communautaire kwesties en de huidige ingewikkelde staatsstructuur. Zolang het hen niet direct persoonlijk raakt op financieel vlak, raakt het hun koude kleren niet. De omvangrijke financiële transfers van 7,6 miljard euro hebben wel degelijk een impact op de Vlaamse welvaart op middellange termijn, maar voorlopig voelen de meesten dit nog niet.
De enquête gebeurde vooral digitaal, waardoor sommigen ervoor terugdeinsden eraan deel te nemen, alhoewel een klein aantal ook met papier deelnam.
Open vragen
Maar een belangrijke reden is ook het feit dat de enquête met open vragen werkte. Er werd wel telkens kort een toelichting geven over de huidige staatsstructuur met gewesten en gemeenschappen, maar voor velen is het toch een brug te ver om dit te begrijpen. Daarbij moet de respondent nog creatief zijn en zelf een schriftelijke redenering in zijn antwoord kunnen opbouwen. Dit alles neemt tijd in beslag, en in een periode waar de burger met tal van enquêtes wordt geconfronteerd, wil men die zo snel en kort mogelijk beantwoorden.
Het nadeel van de open vragen is dat je dan een veelvoud van antwoorden krijgt, en het moeilijk is het bos door de bomen te zien. Je kan er qua interpretatie ook diverse kanten mee uitgaan. Onduidelijkheid is dus troef.
Het zou ons niet verwonderen dat de Franstaligen hebben aangedrongen op deze open antwoorden. Om strategische redenen hebben ze steeds geijverd voor compromissen die veel interpretatie openlaten, met als gevolg een slecht functionerende staatsstructuur. Dit past echter in hun kraam om zoveel weinig mogelijk te veranderen, en bijvoorbeeld de transfers in stand te houden.
Resultaten
Al de resultaten worden weergegeven in een omvangrijk rapport van 205 bladzijden. De analyse van de antwoorden gebeurde op twee manieren. Enerzijds door middel van artificiële intelligentie (AI), waarbij alle antwoorden werden geanalyseerd. En anderzijds door een aanvullende analyse van een steekproef van de antwoorden door het onderzoeksteam. Het algoritme voor de AI wordt in een afzonderlijk deelrapport beschreven.
Het rapport is dus zeer uitgebreid. Maar door de ‘open vragen’ krijg je een ruime waaier van mogelijkheden, zonder dat er ene echt boven uitsteekt. Wat de Belgische staatsstructuur betreft gaat dit van het herfederaliseren der bevoegdheden naar de eenheidsstaat zoals vroeger, tot het achtste scenario voor de splitsing van België. Bij dat laatste gaat het zowel om de onafhankelijkheid van de deelstaten, als het samengaan van Wallonië met Frankrijk en Vlaanderen met Nederland. Brussel zou dan de federale hoofdstand van de Europese unie kunnen worden. Onvermeld blijft echter welk van de acht scenario’s de voorkeur krijgt in België: het is enkel een opsomming van de diverse mogelijkheden.
Het heeft ook negen maanden geduurd alvorens het rapport van de bevraging er kwam, alhoewel het eerst de bedoeling was voor oktober 2022. Dit is reeds een teken dat er waarschijnlijk lang over de resultaten gediscussieerd is geweest, zonder dat men finaal een voorkeur de overhand liet nemen. Alles bleef neutraal, zodat men in feite nog even ver staat als een jaar geleden.
OVV-enquête
In maart 2022 had het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen (OVV) ook reeds een bevraging doorgevoerd in samenwerking met het Leuvense iVOX. Om te weten waar de Vlaamse bevolking nu staat met betrekking tot een reeks communautaire thema’s, organiseerden zij in de tweede helft van maart 2022 een bevraging binnen een steekproef van 1.000 personen. En die stelden zij samen op een wetenschappelijke wijze, volgens de wetten van de statistiek. Ze was echter veel goedkoper, en kostte slechts 7.200 euro!
De antwoorden op de meerkeuzevragen waren ook duidelijker, alhoewel ze met betrekking tot de ideale Belgische staatstructuur ook divers waren: 26 procent kiest daarin voor een meer unitaire staat in vergelijking met nu, maar 17 procent is er ook ‘carrément’ tegen. De huidige federale staat, een standstill dus, kan slechts 16 procent bekoren. 12 procent kiest voor een federale constructie met meer autonomie aan de gewesten, en slechts 7 procent voor het beruchte scenario van vier gewesten (inclusief de Oostkantons). Tot slot opteert 20 procent voor de splitsing van België in twee of drie onafhankelijke staten. Al bij al dus een grote versnippering van visies.
Conclusie
De grote burgerbevraging van de federale overheid is dus een maat voor niets. Intellectueel is het misschien wel een interessant document waar veel tijd en energie in werd gestoken, maar praktisch gezien zal het van weinig nut zijn.
Dit gebeurt trouwens met de meeste dure studies in federaal België, zoals die voor de belastinghervorming. Om de wind uit de zeilen te nemen van dit zo delicate onderwerp werd er een expertencomité onder leiding van prof. Mark Delanote ingesteld. Begin juli kwam hij met zijn visienota voor de lange termijn. Dit in tegenstelling tot de politici wier tijdshorizon meestal beperkt is tot die van de volgende verkiezingen. Het werkstuk werd toen op het publieke forum direct afgeschoten door de Franstalige liberalen, en men kreeg de indruk dat al het dure werk reeds direct voor de prullenmand bestemd was. Ondertussen heeft Vivaldi nog geen beslissing genomen over de belastinghervorming.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Personen |
---|
Paul Becue is lic. Rechten, TEW en Diplomatieke Wetenschappen. Hij heeft een lange ervaring in de financiële sector. Zijn boeken over kredietverzekering gelden als de referentie. Hij is algemeen voorzitter van de Vereniging Vlaamse Academici (VVA) en voorzitter OVV.
Om de inflatie te bedwingen gingen de rentevoeten overal sterk omhoog. Maar daardoor komen er meer en meer donderwolken opduiken.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.