De racistische natiestaat?
De 'ontmaskering' van de islamofobie (deel 4)
Vluchtelingenkamp van Rohingya
foto © reporters
KifKif vindt de natiestaat intrinsiek racistisch. Ondanks dat natiestaten asiel bieden. Denk maar aan de vervolging van de Rohingya.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe antropoloog Martijn de Koning is in zijn door KifKif gepromoot gratis e-book onverbeterlijk. ‘Door te stellen dat islam geen ras is, gaan sommige individuen moslims racialiseren, maar dan in religieus-culturele termen,’ schrijft hij.
‘Dat zorgt er ten slotte ook voor dat politici en opiniemakers deze ‘racialisatie’ extra kracht kunnen bijzetten. Want aangezien racisme vooral geassocieerd wordt met radicaal-rechts en met de daarbij horende rabiate (op biologische argumenten gebaseerde) uitingen over Joodse of zwarte burgers, kunnen mainstream politici en opiniemakers dergelijk extreemrechts gedachtegoed expliciet afkeuren terwijl ze tegelijkertijd negeren dat racisme nog steeds een centraal onderdeel is van de eigen westerse natiestaat.’
Moslims als ‘nobles sauvages’
Dat is dus de werkelijke agenda van KifKif: ‘bewijzen’ dat ‘racisme nog steeds een centraal onderdeel is van de eigen westerse natiestaat.’ Er is geen ontkomen aan: wat de boze blanke man ook doet, of hij nu voor of tegen racisme is; voor of tegen opname van mensen, die afkomstig zijn uit gesloten intolerante samenlevingen, in de open en vrije samenleving die onze voorouders (en wij) met vallen en opstaan gecreëerd hebben; wij zijn collectief racisten, meer nog: racisme is ‘een centraal onderdeel van onze natiestaat’. De staat, die een asielplek is waar moslims uit de hele wereld naar toe vluchten, op de loop voor de ellende en het geweld in hun eigen modelstaten.
En de moslims? Dat zijn de ‘nobles sauvages’ van Jean-Jacques Rousseau, kerstekinderen zonder kerststal. Ze houden op mensen te zijn van vlees en bloed met goede en slechte kanten, ze worden een Ideaaltype (in termen van Max Weber), waar wij, vermaledijde racisten, met bewondering naar op moeten kijken.
Martijn de Koning gaat zo nog een tijd verder met zijn eigen mythes, waarin ook de Rohingya in Myanmar als kerstekinderen worden opgevoerd. Dat zij eerst hun boeddhistische medeburgers het bloed van onder de nagels hebben getreiterd, weet de antropoloog natuurlijk niet, en wil hij ook niet weten. Zo min als dat hun leider Ata Ulah getraind werd in Saudi-Arabië. Ik raad daarbij steeds een roman aan van de Vlaamse (vrijzinnige) auteur Aster Berkhof, die overigens zijn sporen verdiende in de strijd tegen de Apartheid in Zuid-Afrika, met die andere roman Het huis van Mama Pondo (1971).
Behoefte aan slachtoffers
Het Dagboek van een Missionaris (1962) draait rond een Vlaamse priester die katholieke parochies bediend heeft in Chota Nagpur, Indisch Bengalen, maar stervende is in een ziekenhuis in Calcutta. Hij wordt verteerd door schuldgevoelens omdat hij er niet in geslaagd is zijn parochianen te beschermen tegen hun ‘muzelmanse’ buren (sic) die hen aangevallen en uit hun dorp de jungle ingedreven hebben (en die hij overigens goedpraat, omdat ze honger hadden en de Britten de stamtegenstellingen indertijd uitgebuit hadden).
Berkhof beschrijft, op basis van getuigenissen van een jeugdvriend, in tempore non suspecto wat er in dat deel van de wereld echt aan de hand was en is: een agressieve (en vandaag vanuit Saudi-Arabië aangemoedigde) vorm van mohammedanisme dat zijn buren (hindoes, boeddhisten en christenen) tot wanhoop drijft. Wat in Myanmar zich uit in een politiek van inderdaad etnische zuivering, gebaseerd op het verdrijven van illegale en intolerante immigranten, al dan niet medeburgers.
Hier, veilig op afstand, wenen we met de Saudi’s over de slachtoffers, verguizen we Aung Sang Suu Kyi die met haar volk meeleeft, en realiseren we ons niet dat de wahabieten slachtoffers als de Rohingya nodig hebben om zichzelf te kunnen blijven wentelen in de illusie zelf slachtoffers te zijn. Tot nu toe volstonden de Palestijnen, maar ondertussen is de salafistische agressie wereldwijd zo tomeloos geworden, dat er nieuwe treurvelden dienen gevonden te worden.
Als de Rohingya niet bestonden, dan zouden de Saudi’s ze uitvinden. Terwijl in geheel Afrika christenen worden aangevallen door met oliegeld gefinancierde jihadische moordbendes, heulen wij met de daders en wij doen dat in naam van de strijd tegen de islamofobie.
Dit is het vierde deel in een reeks van vijf. Lees hier deel 1 |2 | 3.
Volgende keer het laatste deel: Vrouwen bewaken de achterlijkheid
Categorieën |
---|
Eddy Daniels is gewezen hoofdredacteur van Intermediair. Hij publiceerde recent een boek over de rol van de profeet Mohammed in het ontstaan van het jihadisme, ‘De kwestie M. Een gekaapte godsdienst’, dat enthousiast aangeprezen werd door Etienne Vermeersch.
Bij Vooruit blijft na het vertrek van Rousseau een niet-geëngageerde club van moreel voortreffelijken over, meent Eddy Daniëls.
Jack London was een veelschrijver én avonturier. Zijn omzwervingen overtuigden hem van de noodzaak van een socialistische samenleving, een idee dat hij verwerkte in zijn boeken.