De vlaggen dekken de lading niet
Noch ‘Pegida’, noch ‘Hart boven hard’ hebben de allure van een brede burgerbeweging
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOp 13 april 2015 vond in Gent een manifestatie plaats van Pegida Vlaanderen, de beweging tegen ‘de islamisering van het Avondland’. Zo’n 250 betogers tekenden present, niet bepaald iets wat men zich bij een grote burgerbeweging voorstelt. Een paar kilometer verderop mochten de tegenstanders, zijnde ‘Hart boven hard’, hun ding doen, de zelfverklaarde voorstanders van solidariteit en tolerantie, en critici van het huidige besparingsbeleid. Hier kwamen volgens de pers zowat 400 mensen opdagen, al evenmin een grote massa.
Hoe moeten we deze dubbelmanifestatie nu lezen? We mogen spreken van een dubbele flop: noch de ene, noch de andere mag zich het predicaat ‘burgerbeweging’ toeëigenen. En dat heeft zijn redenen.
Syndicale mantelorganisatie en PvdA-bastion
Eerst en vooral ‘Hart boven hard’. Op zich is er best ruimte voor een breed verzet tegen de rechts-liberale recepten van de Vlaamse en federale regering, de stelselmatige afbrokkeling van de sociale zekerheid, het gebrek aan groene insteken, de stiefmoederlijke behandeling van cultuur, enzovoort. Jammer genoeg is deze organisatie echter louter opgericht als een anti-N-VA-vehikel, al van voor de verkiezingen.
Centrale figuur is enerzijds Wouter Hillaert, theaterrecensent van De Standaard die vooral ijvert voor meer cultuursubsidies en de belangen van die sector behartigt. Niet direct revolutionair dus, wel eerder corporatistisch. Anderzijds is er een duidelijke PvdA-signatuur te bespeuren, o.m. via verbindingsvrouw Ciska Hoet, ook actief in het webmagazine DeWereldMorgen waar ook al diezelfde partij de plak zwaait. Tenslotte heeft de organisatie een syndicale poot, vooral ABVV uiteraard, voor wie ‘Hart boven hard’ een parallel drukkingsmiddel is om haar agenda te legitimeren, bijvoorbeeld bij stakingen.
De organisatie zelf blijft die bindingen hardnekkig ontkennen, maar het is o.m. de linkse nieuwssite Apache die een en ander uit de doeken deed: tamelijk onverdachte bron dus.
De taal van de beweging is hoe-dan-ook ouderwets en 20ste-eeuws, om niet te zeggen 19de eeuws. De manier hoe bijvoorbeeld de treinstakingen, die vooral de gewone man/vrouw treffen, worden goedgepraat met een typisch syndicalistisch vocabularium, spreekt boekdelen. Het publiek draagvlak is dan ook zeer beperkt. Een enorme blamage eigenlijk, als men ziet hoe de ongelijkheid toeneemt en het huidige beleid in Vlaanderen en België nu ook de middenklasse aantast. Deze beweging is géén burgerbeweging maar een banale parapolitieke mantelorganisatie, en dat beseft de doorsnee Vlaming heel goed. 400 man dus, een provinciale voetbalploeg krijgt voor een match meer mensen bij elkaar.
Opvallend is ook de Belgicistische teneur en het dito patriottisme: zoals van oudsher kleurt de zogenaamde sociale beweging in Vlaanderen tricolore (zie foto)
Dewinter-onemanshow
Over dan naar Pegida. De beweging ontstond zoals bekend in Oostelijk Duitsland, met Dresden als epicentrum. Hier werd de slogan tegen het DDR-regime ‘Wir sind das Volk’ gerecycleerd tot een volksnationalistisch motto tegen de arabisering en islamisering, de culturele ontmanteling van Europa, de ongebreidelde massamigratie, het verdampen van de seculiere rechtstaat. Feit is dat we hier wél van een metapolitieke burgerbeweging kunnen spreken, ook al wordt er onderling stevig geruzied, en probeert het politieke establishment hen als neo-nazi’s weg te zetten.
De Vlaamse tak echter, waar vooral het Vlaams Belang de lakens uitdeelt, is al even ongeloofwaardig en marginaal als ‘Hart boven hard’. Voormalig woordvoerder Wim Van Rooy, auteur van onder meer ‘De malaise van de multiculturaliteit’, ‘De Islam, kritische essays over een politieke religie’ en ‘Europa wankelt. De ontvoering van Europa door de EU’, zal het allemaal wel goed bedoeld hebben, maar er is slechts één gezicht dat de betogingen domineert, en dat is dat van Filip Dewinter. Dit afgezien van het feit dat VB-er Rudy Van Nespen momenteel het woordvoerderschap waarneemt.
Hier orakelt Filip zijn grote gelijk uit, hier wapperen de leeuwenvlaggen, maar ook de Voorpost-kentekens. Alleen al uit tactische overwegingen zou het Vlaams Belang nochtans zo verstandig moeten zijn om zich discreet op te stellen en de beweging ook echt de kans te geven om als brede burgerbeweging te groeien, boven de partijgrenzen heen. Quod non.
Voor Filip Dewinter, als boegbeeld van een partij waarvan hij grotendeels zelf de neergang bewerkstelligde, is Pegida de ultieme vlucht vooruit en de laatste strohalm. Hij zuigt met zichtbaar genoegen elk straaltje media-aandacht op. Maar deze partijpolitieke en zelfs persoonlijke recuperatie degradeert Pegida Vlaanderen bij voorbaat tot folklore, voorbehouden aan politieke schemerfiguren.
En jawel, waar Dewinter zich vertoont, is ook beroepsagitator Dyab Abou Jahjah present. Beide schreeuwlelijken hebben elkaar nodig en roepen elkaar op als dag en nacht, elk vanuit hun eigen marginaliteit en irrelevantie. Dat gaf erfvijand N-VA dan weer het excuus om haar leden tot een boycot op te roepen, en burgemeester Bart De Wever een alibi om de Antwerpse Pegida-betoging ‘om veiligheidsredenen’ te verbieden.
De lachende derde
Geef toe: een triest verhaal, tekenend voor het politiek immobilisme in Vlaanderen, en het gebrek aan echt burgerlijk activisme. Een sociaal-republikein voelt zich in geen van beide manifestaties thuis, noch die van Hart boven hard, noch die van Pegida. De vlaggen dekken de lading niet, en het publiek beseft dat ook. Zowel de vrijdenkende linkerzijde als de rechts-identitaire beweging verdienen beter dan deze doorstoken kaarten vol verborgen agenda’s.
In het ideale geval zou de roep om meer sociale rechtvaardigheid zelfs moeten sporen met de eis om de Europese culturele identiteit en het Verlichtingsdenken te handhaven, en de rechtstaat te vrijwaren van alle religieus fanatisme. Als het hen echt menens is om Vlaanderen tot een betere plek te maken, dan is daar geen plaats voor sociale uitbuiting en racisme, maar ook niet voor gedoogbeleid tegen een extremistische ideologie met enorme mondiale tentakels.
De lachende derde is het politieke status-quo zelf. Optochtjes van 300 man zijn leuk behang voor de democratie, ze verontrusten niemand en geven kiesdrempelpartijtjes toch de illusie dat ze iets te betekenen hebben. Dank u PvdA en Vlaams Belang, dank U Abou en Filip, voor het adembenemende schaduwgevecht.
Johan Sanctorum is filosoof, publicist, blogger en Doorbraak-columnist
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Bereid u voor op een oorlog die overal en nergens is, zeggen experts. Misschien bestaat die al veel langer dan we dachten…
‘De papieren krant bestaat nog, maar je voelt aan alles dat dat niet zo lang meer gaat duren’, meent Jonathan Hendrickx.