Een politiek president
Een Duits president heeft weinig macht, maar kan wel geestelijke bakens zetten. Roman Herzog kwam op voor verzoening en hervorming.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHij hield van het ‘duidelijke woord’, zo eert de huidige bondspresident Joachim Gauck zijn voorganger Roman Herzog die op 10 januari 2017 op 82-jarige leeftijd overleed. Het woord is het machtigste wapen van de president van een land dat als geen ander lessen uit de geschiedenis heeft getrokken. Ten tijde van de Republiek van Weimar (1919-’33) beschikte de Reichspräsident over de macht om kanseliers te benoemen en te ontslaan, om het wetgevend werk van het parlement aan te vullen of zelfs te vervangen door noodverordeningen en zelfs om het parlement te ontbinden. Vergeten is niet dat het rijkspresident Paul von Hindenburg was die op 30 januari 1933 Adolf Hitler tot rijkskanselier aanstelde. De Bondsrepubliek Duitsland wilde de institutionele zwakheden van ‘Weimar’ vermijden. Dat maakt dat een bondspresident zich niet met regeringsbeleid mag ophouden. Zijn werken is vooral ‘repräsentativ’, ‘integrativ’ en ‘sinnstiftend’: hij (en misschien ooit een zij) vertegenwoordigt de Bondsrepubliek volkenrechtelijk, belichaamt als staatshoofd de ‘eenheid van de staat’ en beschikt over de ruimte om een bepaalde visie te verkondigen.
Verzoening
Roman Herzog (1934-2017) hield zijn meningen niet voor zich. Als rechter en later voorzitter van het Bundesverfassungsgerichtshof, het Grondwettelijk Hof, bekommerde hij zich om de naleving van de burgerlijke vrijheidsrechten die het wezen van de democratie uitmaken. Toen hij in 1994 bondspresident werd, liet hij er geen twijfel over bestaan dat hij een ‘politischer Präsident’ zou zijn. Bij het begin van zijn ambtstermijn reisde hij naar Warschau ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van de opstand van de Polen in ‘augustus 1944’ tegen de toenmalige Duitse bezetter. Een voormalige bondskanselier Willy Brandt had al in 1970 in Warschau opzienbaren gewekt door neer te knielen aan het monument voor de doden van het joodse getto, maar nu was er dus een bondspresident die ook hulde bracht aan het Poolse verzet zelf. Zo leverde Herzog ook zijn bijdrage tot de verzoening tussen Duitsland en Polen. Ook de invoering in 1996 van de ‘Tag des Gedenkens an die Opfer des Nationalsozialismus’ op 27 januari – de dag waarop in 1945 het Rode Leger de overlevenden van het vernietigingskamp Auschwitz had bevrijd – ging terug op een initiatief van bondspresident Herzog. Sinds 2005 is de 27ste januari de door de Verenigde Naties ingestelde internationale herdenkingsdag voor alle slachtoffers van de nationaalsocialistische dictatuur.
Hervorming
Vandaag de dag is Duitsland een dynamisch land. De Bondsrepubliek kan prat gaan op een bloeiende economie en geldt als de sterkhouder binnen de Europese Unie. Maar toen Herzog in 1994 aantrad als president, trappelde Duitsland ter plaatse. De Duitse eenmaking verliep niet zo gesmeerd als gehoopt. De sanering van de economie van de opgedoekte DDR kostte vele honderdduizenden Oost-Duitsers hun job. De Duitse staat kreunde onder een zware schuldenlast, de burgers moesten meer en meer belastinggeld ophoesten. In die donkere jaren hield Roman Herzog een rede die de Duitsers uit hun vertwijfelen moest losrukken. Dat had hij in zijn ‘Berliner Rede’ of ‘Ruck-Rede’ van 26 april 1997 ook letterlijk gezegd: ‘Durch Deutschland muss ein Ruck gehen’. Hij riep de burgers op om vol zelfverzekerdheid aan de slag te gaan en de offers niet te schuwen: ‘Alle sind angesprochen, alle müssen Opfer bringen, alle müssen mitmachen.’ Duitsland kon zo’n opsteker wel gebruiken. Herzog zou daarmee naar eigen zeggen de ‘Trend zur Lähmung’ (trend naar verlamming) gebroken hebben. Enkele jaren later zou de sociaaldemocratische bondskanselier Gerhard Schröder het tij helpen keren met een hervorming van de arbeidsmarkt die effectief offers zou vergen.
Foto: Roman Herzog, (c) Reporters
(Dirk Rochtus publiceerde ‘Van Reich tot Republik. Denken over Duitsland vroeger en nu’ Doorbraak; hier te bestellen.)
Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.
Een volledige ambtstermijn zat er niet in voor de SPD’ers Brandt, Schmidt, Schröder en nu Scholz.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.